ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ7562
Rechtbank Utrecht
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot beslaglegging onder deurwaarder en op derdengeldrekening in kort geding
In deze zaak heeft verzoeker, vertegenwoordigd door advocaat mr. R. van Herwaarden, een verzoek ingediend tot het leggen van conservatoir beslag onder de deurwaarder die door verweerster, een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, is ingeschakeld. Dit verzoek is gedaan ter verzekering van vorderingen van verzoeker op verweerster. Tijdens de mondelinge behandeling heeft verzoeker ook verzocht om de executie van een eerder vonnis te staken, maar dit verzoek werd afgewezen omdat het enkel in een procedure bij dagvaarding kan worden gedaan.
Verzoeker wenst beslag te leggen op de gelden die hij aan de deurwaarder zal betalen voor de executie van een vonnis van de rechtbank 's-Hertogenbosch, waarin hij is veroordeeld tot betaling van een bedrag van EUR 36.765,11 aan verweerster. De voorzieningenrechter oordeelt dat het verzoek tot beslaglegging in beginsel misbruik van procesrecht inhoudt, omdat het beslag als een verkapt eigenbeslag kan worden aangemerkt. Dit zou de tenuitvoerlegging van het vonnis frustreren, wat niet de bedoeling van het beslagrecht is.
Er kan echter een uitzondering worden gemaakt als verweerster zelf misbruik van recht zou maken door het vonnis ten uitvoer te leggen. De rechtbank oordeelt dat de enkele stelling van verzoeker dat hij een tegenvordering heeft op verweerster, onvoldoende is om aan te nemen dat er sprake is van misbruik van recht. Het restitutierisico dat verzoeker loopt door de uitvoerbaarheid van het vonnis is inherent aan de situatie en kan niet leiden tot de conclusie dat verweerster misbruik maakt van haar recht.
De voorzieningenrechter concludeert dat verweerster geen misbruik van recht maakt door het vonnis ten uitvoer te leggen en dat verzoeker wel misbruik maakt van het beslagrecht door het verzoek tot beslaglegging in te dienen. Het verzoek wordt dan ook afgewezen. De beschikking is gegeven door mr. E.A. Messer en openbaar uitgesproken op 2 september 2009.