ECLI:NL:RBUTR:2009:BJ3332
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurprijsverlaging door wateroverlast en toegankelijkheidsgebrek op flatgalerij
In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Utrecht op 15 juli 2009, ging het om een geschil tussen de besloten vennootschap Interco B.V. en meerdere gedaagden over de huurprijs van woonruimten. De gedaagden hadden bij de huurcommissie verzocht om een tijdelijke huurprijsverlaging vanwege gebreken aan de door hen gehuurde woningen, specifiek door wateroverlast op de galerijen na regenval. De huurcommissie oordeelde dat de huurprijs met ingang van 1 juni 2005 moest worden vastgesteld op 40% van de maximaal redelijke huurprijs, omdat de galerijvloeren onvoldoende afschot hadden, wat leidde tot plassen water en een gevaarlijke situatie voor de bewoners.
De kantonrechter bevestigde deze beslissing en oordeelde dat de toegankelijkheid van de galerijen voor bewoners met een rollator of in een rolstoel onvoldoende was, wat als een ernstig gebrek werd aangemerkt. De kantonrechter wees erop dat de verhuurder, Interco, niet had voldaan aan de verplichting om de gebreken te verhelpen en dat de huurprijs daarom op 40% van de maximaal redelijke huurprijs moest blijven. De rechter ging voorbij aan het bewijsaanbod van Interco, omdat dit niet concreet genoeg was en de eerdere constateringen van de huurcommissie niet waren weerlegd.
De uitspraak bevatte ook bepalingen over de proceskosten, waarbij Interco werd veroordeeld tot betaling van de kosten aan de zijde van de gedaagden. De kantonrechter benadrukte dat de huurprijsverlaging zou blijven gelden totdat de gebreken waren hersteld. Dit vonnis is een belangrijke uitspraak in het huurrecht, vooral met betrekking tot de verantwoordelijkheden van verhuurders bij gebreken die de woonomstandigheden van huurders negatief beïnvloeden.