ECLI:NL:RBUTR:2009:BH4274
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verdeling van een gemeenschappelijke nalatenschap tussen broers en zussen
In deze zaak, die voor de Rechtbank Utrecht is behandeld, gaat het om de verdeling van een gemeenschappelijke nalatenschap tussen de kinderen van de overleden erflater. De erflater is op 23 januari 2004 overleden, en de partijen zijn ieder voor 1/11e deel gerechtigd in de nalatenschap. De procedure is gestart door [eiseres], die verzoekt om de verdeling van een perceel grond van 2089 m², dat onverdeeld is gebleven. De rechtbank heeft vastgesteld dat de broers en zussen van [eiseres] hun medewerking aan de verdeling hebben geweigerd, en dat [eiseres] haar aandeel in het erfland in natura wil ontvangen.
De rechtbank heeft de vorderingen van [eiseres] beoordeeld en geconcludeerd dat zij recht heeft op een deel van het erfland, dat grenst aan haar tuin. De broers en zussen hebben verweer gevoerd, onder andere op basis van een beheersovereenkomst die zij zouden hebben gesloten, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat deze overeenkomst niet in de weg staat aan de vordering van [eiseres]. De rechtbank heeft ook de waarde van het erfland vastgesteld en bepaald dat [eiseres] een bedrag van € 1.998,56 aan haar broers en zussen moet vergoeden voor overbedeling.
Het vonnis, dat op 18 februari 2009 is uitgesproken, bepaalt dat de broers en zussen moeten meewerken aan de verdeling van het erfland en dat zij een dwangsom verbeuren als zij hier niet aan voldoen. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. P. Dondorp.