Ten aanzien van feit 1:
Naar aanleiding van een tip van een anonieme getuige d.d. 1 mei 2007 stelt de politie een onderzoek in naar de [adres] te [woonplaats].
Het stroomverbruik van het pand wordt op 9 mei 2007 door Eneco gemeten. Het verbruik was op dat moment 40 ampère. Dit duidde op de vermoedelijke aanwezigheid van een hennepkwekerij en een mogelijke gevaarlijke situatie.
Op 9 mei 2007 gaan verbalisanten met een machtiging tot binnentreden de woning aan de [adres] te [woonplaats] binnen en treffen daar een hennepkwekerij aan.
In de woning waren twee ramen en een deur aan de binnenkant dichtgetimmerd met platen hout. Er werden in totaal 430 hennepplanten van ongeveer één week oud aangetroffen. Na onderzoek bleek dat deze planten hennepplanten waren van het geslacht Cannabis. Uit het ingesteld onderzoek in de woning bleek tevens dat er eerder hennep is geoogst. Dat bleek onder andere uit aangetroffen plantenresten. Ook deze plantenresten bleken na onderzoek van het geslacht Cannabis te zijn. In de keuken stonden op het aanrecht twee flesjes parfum.
Ter terechtzitting d.d. 25 november 2008 heeft verdachte alle betrokkenheid bij deze kwekerij ontkend. Verdachte zegt niet meer dan 2,5 maand in de woning te hebben gewoond en uiterlijk eind januari uit de woning te zijn vertrokken. Wel verklaart verdachte dat hij, begin december, samen met zijn medeverdachte balken en planken de woning binnen heeft gedragen, maar dat was niet bestemd voor een hennepkwekerij.
Een buurman, getuige [getuige 1], heeft verklaard dat een klein mannetje met een dikke buik, samen met een grote, brede, kale man, een bodybuilder, blanke houten balkjes en platen hout naar de woning van nummer [huisnummer] heeft gebracht. De getuige heeft ‘die twee’ nadien zo’n drie maal samen de woning in en uit zien gaan. Het oude mannetje heeft hij daarna nog zo’n twee maal alleen gezien. De laatste keer zag de getuige het oude mannetje met 4 á 5 gevulde zwarte vuilniszakken op een karretje de woning uitkomen. Getuige heeft toen de politie gebeld met het vermoeden dat er op nummer [huisnummer] een hennepkwekerij was opgezet.
De buurvrouw, getuige [getuige 2], heeft verklaard dat er rond december 2006 een nieuwe bewoner in de woning op nummer [huisnummer] is gekomen. Ze zag dat twee mannen grote stukken hout de woning in droegen. De ene man was kaal, groot, een body-builderstype. De ander was klein en gedrongen en rond de 60 jaar oud. In januari viel haar op dat de luxaflex nooit open was en het licht elke dag precies om 17.00 uur aanging. Ergens in februari of maart 2007 zag de getuige ‘die grote, kale meneer’ en ‘die oude meneer’ met volle vuilniszakken sjouwen vanuit het appartement. Ze roken allebei sterk naar parfum.
Medeverdachte [medeverdachte 1] heeft bij de politie d.d. 7 september 2007 verklaard dat verdachte [verdachte] via hem het pand aan de [adres] te [woonplaats] ging huren. Hij vertelde aan [medeverdachte 1] dat hij daar een hennepkwekerij in ging maken. [medeverdachte 1] heeft verklaard dat hij zelf met de latten, bestemd voor die hennepkwekerij, heeft gesjouwd en het klopt dat de getuigen hem daarmee hebben zien lopen.
Ter terechtzitting d.d. 25 november 2008 heeft [medeverdachte 1], gehoord als getuige, voorts verklaard dat hij verdachte [verdachte] heeft helpen verhuizen naar de [adres] te [woonplaats]. Hij heeft daarbij ook verhuisdozen naar binnen gedragen waarin bijzondere lampen en transformatoren zaten die mogelijk voor de hennepkwekerij bedoeld waren. Tevens heeft [medeverdachte 1] ter terechtzitting verklaard dat hij de gehele periode huur van verdachte heeft ontvangen en deze afgedragen heeft aan [WB], de dochter van de hoofdhuurder [B] van de woning te [woonplaats].