ECLI:NL:RBUTR:2008:BG6721
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Verkoop en bezit van beschermde inheemse vogels zonder pootring
In deze strafzaak, behandeld door de Rechtbank Utrecht op 11 december 2008, stond de verdachte terecht voor het opzettelijk voorhanden hebben van beschermde inheemse vogels zonder de vereiste pootringen. De zaak kwam voort uit een controle op 13 maart 2007, waarbij 51 vogels werden aangetroffen, waarvan een deel ongeringd was en een deel voorzien van gemanipuleerde pootringen. De verdachte, die samen met een medeverdachte handelde, werd beschuldigd van het in voorraad hebben van deze vogels en het voorhanden hebben van een mistnet. Tijdens de zitting op 27 november 2008 werden de standpunten van de officier van justitie en de verdediging besproken. De officier van justitie, mr. Zijlstra, eiste een werkstraf van 240 uren en een geldboete van € 5000,--. De verdediging pleitte voor een lagere boete, gezien de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan de feiten, maar sprak hem vrij van het voorhanden hebben van het mistnet. De rechtbank legde een werkstraf op van 240 uren, waarvan 120 uren voorwaardelijk, en een geldboete van € 5000,--, met de mogelijkheid tot betaling in termijnen. Tevens werd het in beslag genomen geldbedrag van € 430,-- verbeurd verklaard.