ECLI:NL:RBUTR:2008:BG4807

Rechtbank Utrecht

Datum uitspraak
19 november 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
244612 / HA ZA 08-422
Instantie
Rechtbank Utrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste en enige aanleg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis inzake overdruk in pdf-bestand en deskundigenbenoeming

In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Utrecht, is een geschil ontstaan tussen de besloten vennootschap Labro Verpakkingen BV en een gedaagde partij over de vraag of er overdruk aanwezig is in een pdf-bestand dat door de gedaagde is aangeleverd. De rechtbank heeft eerder, in een tussenvonnis van 30 juli 2008, een bindende eindbeslissing genomen over bepaalde aspecten van de zaak. De gedaagde heeft echter nieuwe vragen voorgesteld aan de deskundige, die betrekking hebben op de technische aspecten van overdruk in digitale media. De rechtbank heeft geoordeeld dat de voorgestelde vragen niet relevant zijn voor de eindbeslissing, omdat deze al eerder zijn behandeld en er geen bijzondere omstandigheden zijn die rechtvaardigen dat de rechtbank hierop terugkomt. De rechtbank heeft besloten dat er slechts één deskundige benoemd zal worden, die kennis heeft van digitale media en desktop publishing. De gedaagde heeft een specifieke deskundige voorgesteld, maar de rechtbank heeft Labro de gelegenheid gegeven om zich uit te laten over deze benoeming. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling op 3 december 2008.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK UTRECHT
Sector handels- en familierecht
zaaknummer / rolnummer: 244612 / HA ZA 08-422
Vonnis van 19 november 2008
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
LABRO VERPAKKINGEN BV,
gevestigd te Eindhoven,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. M.C. Franken- Schoemaker,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats],
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. E.R. Jonker.
Partijen zullen hierna respectievelijk Labro en [gedaagde] genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het tussenvonnis van 30 juli 2008;
- de akte na tussenvonnis van Labro;
- de akte na tussenvonnis van [gedaagde].
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De verdere beoordeling
in conventie en reconventie
2.1. De rechtbank heeft kennis genomen van het tussen partijen gevoerde debat over het aantal te benoemen deskundigen en de aan de deskundige(n) voor te leggen vragen.
2.2. Met betrekking tot de door [gedaagde] voorgestelde vragen aan de deskundige overweegt de rechtbank als volgt. Voor het goede begrip van wat overdruk in een pdf-bestand is, is de rechtbank van oordeel dat de vragen na het tweede en derde gedachtenstreepje in de akte van [gedaagde] ook aan de deskundige moeten worden voorgelegd.
2.3. [gedaagde] heeft zich, kort gezegd, op het standpunt gesteld dat een drukker gebruik maakt van computerprogrammatuur (RIP) voor het omzetten van het geleverde bestand naar kleurenplaten. Volgens [gedaagde] kunnen de instellingen van deze programmatuur ervoor zorgen dat de kleurenplaten overdruk bevatten, terwijl het aangeleverde bestand zelf geen overdruk bevat. Op grond van deze stellingen heeft [gedaagde] nog enkele andere vragen voorgesteld die betrekking hebben op RIP. De rechtbank is van oordeel dat deze vragen niet dienstig zijn voor het nemen van een eindbeslissing. De door [gedaagde] voorgestelde vragen veronderstellen immers dat overdruk is ontstaan bij de verwerking van het pfd-bestand door Matthys, terwijl de deskundige de vraag – die daaraan vooraf gaat – dient te beantwoorden of het artwork in het door [gedaagde] aangeleverde pdf-bestand overdruk bevat.
2.4. De overige vragen die [gedaagde] beantwoord wenst te zien, hebben betrekking op onderwerpen waarover de rechtbank in haar tussenvonnis van 30 juli 2008 reeds uitdrukkelijk en zonder voorbehoud heeft beslist en aldus een eindbeslissing heeft gegeven. Voor een dergelijke beslissing geldt de regel dat daarvan in dezelfde instantie niet meer kan worden teruggekomen, behoudens indien bijzondere, door de rechter in zijn desbetreffende beslissing nauwkeurig aan te geven, omstandigheden het onaanvaardbaar zouden maken dat de rechter aan de eindbeslissing in kwestie zou zijn gebonden. Dit laatste kan met name het geval zijn als sprake is van een evidente feitelijke of juridische misslag van de rechter of indien de desbetreffende beslissing blijkt te berusten op een, niet aan de belanghebbende partij toe te rekenen, onjuiste feitelijke grondslag. Nu [gedaagde] geen bijzondere omstandigheden heeft gesteld die de conclusie rechtvaardigen dat op voornoemde eindbeslissing teruggekomen dient te worden, is de rechtbank van oordeel dat de door [gedaagde] voorgestelde vragen geen beantwoording door de deskundige behoeven.
2.5. Partijen zijn het erover eens dat volstaan kan worden met de benoeming van één deskundige op het gebied van digitale media en desktop publishing.
2.6. Gelet op het voorgaande zullen de volgende vragen aan de te benoemen deskundige worden voorgelegd:
1. Wat is overdruk?
2. Hoe ontstaat overdruk?
3. Bevat het artwork zoals dit door [gedaagde] middels een pdf-bestand aan Labro en Matthys is aangeleverd, overdruk?
4. Is het juist dat overdruk een functie is in het door [gedaagde] gebruikte tekenpakket, die aan- en uitgezet kan worden?
5. Is het juist dat overdruk niet zichtbaar is indien het artwork wordt gepresenteerd in Adobe Acrobat versie 6, maar wel in hogere versies van Adobe Acrobat, in het bijzonder versie 8?
6. Hebt u nog overige opmerkingen die voor de beoordeling van de zaak van belang zouden kunnen zijn?
2.7. [gedaagde] heeft voorgesteld [deskundige] te [woonplaats], werkzaam als DTP-er en vormgever bij Drukkerij [naam bedrijf] te [woonplaats], tot deskundige te benoemen. Nu Labro niet in de gelegenheid is geweest zich uit te laten over de benoeming van deze persoon tot deskundige, zal de rechtbank Labro in de gelegenheid stellen aan te geven of zij akkoord is met de benoeming van [deskundige] voornoemd tot deskundige dan wel gemotiveerd bezwaar te maken tegen diens benoeming tot deskundige.
3. De beslissing
De rechtbank
in conventie en in reconventie
3.1. bepaalt dat de zaak weer op de rol van 3 december 2008 zal komen voor het nemen van een akte door Labro over hetgeen is weergegeven onder r.o. ?2.7,
3.2. houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. M.E. Heinemann en in het openbaar uitgesproken op 19 november 2008