ECLI:NL:RBUTR:2008:BF3960
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- A. Wassing
- N.V.M. Gehlen
- A. Muller
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak in zaak van verkrachting met twijfel over dwang of vrijwilligheid
In de zaak tegen de verdachte, geboren in 1972 en zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland, heeft de rechtbank Utrecht op 1 oktober 2008 uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van verkrachting, gepleegd op 26 juli 2006 te Amersfoort. De aanklacht omvatte het dwingen van de aangeefster tot seksuele handelingen door middel van geweld en bedreiging. Tijdens de zitting op 17 september 2008 heeft de aangeefster een consistente verklaring afgelegd over de gebeurtenissen, waarbij zij stelde dat de verdachte haar tegen haar wil seksueel heeft benaderd. De rechtbank heeft echter ook de verklaringen van de verdachte en getuigen in overweging genomen. De verdachte ontkende de beschuldigingen en stelde dat de seksuele handelingen vrijwillig waren.
De rechtbank heeft vastgesteld dat er twee consistente lezingen van de feiten zijn, maar dat er onvoldoende ondersteunend bewijs is om de verklaringen van de aangeefster te bevestigen. De getuigenverklaringen gaven geen doorslaggevende duidelijkheid over de vraag of de seksuele gemeenschap onder dwang of vrijwillig heeft plaatsgevonden. Gezien de ontstane twijfel over de bewijsvoering heeft de rechtbank geoordeeld dat het tenlastegelegde niet wettig en overtuigend bewezen kon worden. Daarom heeft de rechtbank besloten om de verdachte vrij te spreken van de beschuldigingen.
De uitspraak werd gedaan door de meervoudige kamer voor strafzaken, met mr. A. Wassing als voorzitter, en is openbaar uitgesproken op de zitting van 1 oktober 2008. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de verdachte niet schuldig is aan de hem verweten gedragingen en heeft hem vrijgesproken.