ECLI:NL:RBUTR:2008:BD2026

Rechtbank Utrecht

Datum uitspraak
7 mei 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
148004/ FA RK 02-3593
Instantie
Rechtbank Utrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verbetering van een eerdere beschikking in een familierechtelijke zaak

In deze zaak heeft de man, vertegenwoordigd door zijn raadsvrouwe mr. M.W. Riezebosch, de rechtbank verzocht om verbetering van een beschikking die op 7 november 2007 was gegeven. De man stelde dat er een fout was gemaakt in de beoordeling van het saldo van een rekening, dat ten onrechte als creditsaldo was opgevat in plaats van als debetsaldo. De vrouw, vertegenwoordigd door mr. B.M.E. Drykoningen, heeft bezwaar gemaakt tegen dit verzoek tot verbetering.

De rechtbank heeft de zaak beoordeeld en vastgesteld dat de man gelijk had in zijn bewering dat er een fout was gemaakt. De rechtbank erkende dat het saldo van de rekening negatief was, zoals aangegeven met een letter D op het overzicht dat door de man was overgelegd. Echter, de rechtbank merkte op dat de man niet een volledig overzicht had overgelegd, wat had kunnen helpen om de fout eerder te ontdekken.

De rechtbank overwoog of de fout eenvoudig hersteld kon worden, maar concludeerde dat de beschikking een afsluiting vormde van een lange en complexe procedure. Beide partijen hadden besloten om geen hoger beroep in te stellen, en de termijn daarvoor was inmiddels verstreken. De rechtbank oordeelde dat het in strijd zou zijn met de eisen van een goede procesorde om de beslissing nu nog te wijzigen. Daarom werd het verzoek om verbetering afgewezen.

De beschikking werd gegeven door mr. E.A.A. van Kalveen, rechter, in aanwezigheid van mr. N.I. Ganzevoort, griffier, en werd openbaar uitgesproken op 7 mei 2008.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK UTRECHT
Sector handels- en familierecht
zaaknummer / rolnummer: 148004 / FA RK 02-3593
Herstelbeschikking
Beschikking van 7 mei 2008
in de zaak van
[de vrouw],
wonende te [woonplaats],
hierna te noemen de vrouw,
procureur voorheen mr. R.R. Katerberg, daarna mr. J.C. Herweijer,
nu mr. E.H. de Jonge-Wiemans,
tegen
[belanghebbende],
wonende te [woonplaats],
belanghebbende,
procureur mr. B.M.E. Drykoningen.
1. Het verzoek tot verbetering
De man heeft bij brief van zijn huidige raadsvrouwe mr. M.W. Riezebosch, advocaat te Ede, van 15 februari 2008 de rechtbank verzocht om verbetering van de op 7 november 2007 in deze zaak gegeven beschikking, omdat daarin een fout gemaakt is.
Bij fax van 4 maart 2008 heeft mr. M.M. Weijand, eveneens advocaat te Ede, namens de vrouw aan de rechtbank bericht tegen inwilliging van dat verzoek bezwaar te maken.
2. De beoordeling
De man voert aan dat in de beschikking van 7 november 2007 een fout gemaakt is, omdat het saldo van een bepaalde rekening ten onrechte niet als debetsaldo maar als creditsaldo is opgevat.
De rechtbank is van oordeel dat de man hierin gelijk heeft. Op het indertijd door hem overgelegde overzicht van die rekening is met een letter D aangegeven dat het saldo negatief was. De rechtbank heeft dit over het hoofd gezien. Daarbij mag worden opgemerkt dat de man indertijd geen volledig overzicht heeft overgelegd (en overigens nog steeds niet). Wanneer hij dat wel gedaan had, zou de rechtbank bij het narekenen van het saldo op de peildatum de fout zeker ontdekt hebben. Dat neemt niet weg dat de rechtbank inderdaad een fout gemaakt heeft.
De volgende vraag is of deze fout zich voor eenvoudig herstel leent. De rechtbank neemt daarbij het volgende in overweging. De beschikking in kwestie vormde de afsluiting van een lange en complexe procedure. Partijen zijn ongetwijfeld allebei ongelukkig geweest met onderdelen van die beschikking, maar zij hebben op basis van de beslissing als geheel besloten om daarvan geen hoger beroep in te stellen. De termijn voor dat hoger beroep was verstreken toen de man zijn verzoek om verbetering deed, en van een herstelbeschikking is geen afzonderlijk hoger beroep mogelijk. De rechtbank acht het daarom in strijd met de eisen van een goede procesorde om de beslissing nu nog te wijzigen. De fout leent zich daarom niet voor eenvoudig herstel, zodat het verzoek moet worden afgewezen.
3. De beslissing
De rechtbank wijst het verzoek om verbetering van de op 7 november 2007 tussen partijen gegeven beschikking af.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.A.A. van Kalveen, rechter, in aanwezigheid van mr. N.I. Ganzevoort, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 7 mei 2008.
De griffier is buiten staat deze herstelbeschikking mede te ondertekenen.