ECLI:NL:RBUTR:2005:AU4896
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- H.J. Schepen
- D.C.P.M. Straver
- R.J. Praamstra
- Rechtspraak.nl
Onteigening van onroerende zaken ten behoeve van landinrichtingsplan Noorderpark in Utrecht
In deze zaak heeft de Rechtbank Utrecht op 12 oktober 2005 uitspraak gedaan in een onteigeningsprocedure. De Staat der Nederlanden, vertegenwoordigd door het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, heeft de onteigening gevorderd van een perceel in Utrecht ten behoeve van de realisering van het landinrichtingsplan Noorderpark. De rechtbank heeft vastgesteld dat de onteigening is gebaseerd op een Koninklijk Besluit van 3 augustus 2004, waarin het perceel is aangewezen voor onteigening. De eigenaar van het perceel, [gedaagde], heeft verweer gevoerd en gesteld dat de Kroon niet in redelijkheid tot het onteigeningsbesluit heeft kunnen komen, onder verwijzing naar gewijzigde omstandigheden en de inwerkingtreding van het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi). De rechtbank heeft in haar beoordeling de vraag centraal gesteld of de Kroon in redelijkheid tot het besluit tot onteigening heeft kunnen komen, en of de noodzaak tot onteigening nog aanwezig is gezien de gewijzigde omstandigheden. De rechtbank concludeert dat de vordering tot onteigening niet kan worden toegewezen, omdat niet is gebleken van een noodzaak tot onteigening van het perceel. De Staat wordt in de proceskosten veroordeeld.