ECLI:NL:RBUTR:2004:AQ6821
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot nakoming koopoptie en beroep op legitieme portie in het kader van de overdracht van een landbouwonderneming
In deze zaak vorderde eiser, [eiser], dat de rechtbank de gedaagden hoofdelijk zou veroordelen om medewerking te verlenen aan de verkoop en overdracht van percelen grond, die kadastraal bekend zijn, tegen een door hem in de nalatenschap van zijn vader in te brengen bedrag. De gedaagden, bestaande uit de zusters van eiser, voerden aan dat de verkoop en levering van de boerderij door hun vader aan eiser in 1991 een materiële schenking inhield, waardoor zij in hun legitieme portie zouden zijn benadeeld. De rechtbank oordeelde dat de overdracht van de boerderij c.a. niet als een materiële schenking kan worden gekwalificeerd. De rechtbank stelde vast dat de prijs die voor de overdracht was overeengekomen niet onzakelijk was en dat er geen bevoordelingsbedoeling van de vader was. De rechtbank wees de vorderingen van de gedaagden af en oordeelde dat eiser recht had op nakoming van de koopoptie die in de akte van levering was opgenomen. De rechtbank veroordeelde de gedaagden in de proceskosten en verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad.