Ten tijde van het plegen van het onder 1. en 2. tenlastegelegde was er bij betrokkene sprake van een persoonlijkheidsstoornis, met vooral antisociale, maar ook paranoïde kenmerken. Tevens is er sprake van polydruggebruik en alcoholabusus.
Betrokkene moet als verminderd toerekeningsvatbaar worden gezien voor het tenlastegelegde onder 1. en als enigszins verminderd toerekeningsvatbaar voor het tenlastegelegde onder 2.
De mate van verwaarlozing, de gestoorde agressiehuishouding en het onverwerkte seksueel misbruik maken in combinatie met de verslavingsproblematiek, dat betrokkene onder een voortdurende druk staat, waarbij het ophopen van een aantal afwijzingen, frustraties of teleurstellingen voldoende kan zijn voor een agressieve ontlading als ten tijde van het tenlastegelegde.
De aard en ernst van het delict, de ernst van betrokkenes persoonlijkheidsproblematiek en de verslavingsproblematiek maken, dat slechts een maatregel in het kader van een T.B.S. toereikend wordt geacht. Rapporteur meent dat betrokkene zeker geen 'geschikte kandidaat' is voor een T.B.S. met voorwaarden. Betrokkene is weliswaar bereid te erkennen dat hij hulp nodig heeft, maar beschikt ingeval van een langerdurende behandeling niet over de frustratietolerantie om teleurstellingen en frustraties, die een dergelijke behandeling ongetwijfeld met zich meebrengen vol te houden. Tevens bestaat de ernstige twijfel - opnieuw gezien de ernst en complexiteit van betrokkenes problematiek - of de duur van een dergelijke behandeling in het kader van een T.B.S. met voorwaarden toereikend zal zijn. Derhalve ziet rapporteur slechts mogelijkheden om betrokkene adequaat te behandelen in het kader van een T.B.S. met verpleging.
- de inhoud van een psychologische rapportage omtrent verdachte, opgemaakt d.d. 30 juli 2001 door drs. P.E. Geurkink, psycholoog, voor zover luidend - zakelijk weergegeven -:
Betrokkene is lijdende aan een ernstige persoonlijkheidsstoornis met paranoïde en antisociale trekken in combinatie met polydrugsmisbruik.
Betrokkene is voor het onder 1. tenlastegelegde als verminderd toerekeningsvatbaar te beschouwen en voor het onder 2. tenlastegelegde als enigszins verminderd toerekeningsvatbaar.
De kans is groot dat betrokkene bij het blijven voortbestaan van de ernstige gecombineerde psychische problematiek opnieuw in een toestand van psychische ontregeling raakt waarbij massale gevoelens van angst, boosheid en woede hem drijven naar een situatie waarin hij een daad moet stellen om een einde te maken aan het feit dat anderen hem in zijn beleving niet serieus nemen en misbruiken.
Gezien het duidelijke verband tussen de ernstige gecombineerde problematiek van betrokkene en het tenlastegelegde, is het noodzakelijk dat betrokkene wordt behandeld. Gezien het ontbrekende ziekte-inzicht, zijn neiging tot verbloemen van zijn problemen, de ernst van de gecombineerde problematiek en het ontbreken van een sociaal of maatschappelijk fundament, is een behandeling in de voorwaardelijke sfeer naar de mening van de rapporteur volstrekt ontoereikend.
Rapporteur is deze gegevens beschouwend van mening dat betrokkene een reëel gevaar voor anderen oplevert. Om die redenen adviseert rapporteur de maatregel terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege op te leggen teneinde een langerdurend verplicht behandelkader te kunnen aanbieden, waarmee ook op de langere duur de kans op een eventuele recidive tot aanvaardbare proporties kan worden teruggebracht.
De rechtbank neemt de conclusies en adviezen van voornoemde deskundigen over en maakt deze tot de hare.
De rechtbank oordeelt verdachte voorts ten aanzien van het onder 3. begane feit verminderd toerekeningsvatbaar en ten aanzien van de onder 4. en 5. begane feiten enigszins verminderd toerekeningsvatbaar.
De door verdachte onder 1.(primair) en onder 2. begane feiten zijn misdrijven waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van meer dan vier jaren is gesteld, terwijl de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen de oplegging van de maatregel van terbeschikkingstelling zowel als het geven van een bevel tot verpleging eist.
De rechtbank zal derhalve bevelen dat verdachte ter beschikking wordt gesteld en dat hij
van overheidswege zal worden verpleegd.
Op grond van al het bovenstaande acht de rechtbank tevens een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van na te melden duur passend en geboden.
Onttrekking aan het verkeer:
De inbeslaggenomen en niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
- 1 bolletje wit, bevattende cocaïne;
- 1 bolletje bruin, bevattende heroïne,
zijn vatbaar voor onttrekking aan het verkeer, aangezien deze aan verdachte toebehorende voorwerpen, bij gelegenheid van het onderzoek naar het door verdachte begane misdrijf zijn aangetroffen en deze voorwerpen van zodanige aard zijn dat het bezit daarvan in strijd is met de wet.
Voornoemde voorwerpen zullen mede gelet op artikel 13a van de Opiumwet onttrokken worden aan het verkeer.