ECLI:NL:RBUTR:2000:AA8299
Rechtbank Utrecht
- Eerste aanleg - meervoudig
- H.W. Koksma
- H.A. Gerritse
- N.J. van Weelden-de Ruijter
- Rechtspraak.nl
Heropening van het onderzoek naar de geestvermogens van de verdachte
Op 14 november 2000 heeft de Rechtbank Utrecht een vonnis gewezen in een strafzaak tegen een verdachte, waarbij het onderzoek naar de geestvermogens van de verdachte centraal stond. Dit vonnis volgde op een terechtzitting die plaatsvond op 31 oktober 2000. Tijdens de beraadslaging in de raadkamer bleek dat het onderzoek niet volledig was geweest, met name ten aanzien van de persoon van de verdachte. De rechtbank besloot daarom het onderzoek te heropenen.
De rechtbank overwoog om de verdachte ter observatie over te brengen naar het Pieter Baan Centrum in Utrecht, zodat er een onderzoek naar de geestvermogens kon plaatsvinden. Voordat een definitieve beslissing hierover werd genomen, werd bepaald dat het onderzoek zou worden hervat op de terechtzitting van 12 december 2000 om 13.30 uur. Op deze zitting zouden de officier van justitie, de raadsman en de verdachte de gelegenheid krijgen om hun standpunten naar voren te brengen.
Daarnaast werd de deskundige, de heer G.W.C. van den Berg, psychiater, opgeroepen om zijn oordeel te geven over het voornemen van de rechtbank. De rechtbank handhaafde de voorlopige hechtenis van de verdachte op de bestaande gronden en hield iedere verdere beslissing aan. Dit vonnis werd uitgesproken op de openbare terechtzitting van de rechtbank op 14 november 2000, waarbij de rechtbank werd bijgestaan door griffier R.H. Boekelman.