In voornoemd advies van de inrichting is onder meer het navolgende gesteld:
"Ten tijde van het plegen van het delict waarvoor de vigerende maatregel terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege is opgelegd, is patiënt door Pro Justitia onderzocht en werd bij hem een antisociale persoonlijkheidsstoornis, ADHD en afhankelijkheid van cocaïne gediagnosticeerd.
De diagnose zoals gesteld is ongewijzigd. De problematiek van patiënt is ook in zijn huidige functioneren nog deels zichtbaar. Er is bij hem sprake van drang naar onmiddellijke behoeftebevrediging. Bij tegenslagen en gevoelens van krenking heeft hij de neiging vanuit zijn emotie te reageren. Hij kan doorschieten in discussies en zaken buitenproportioneel neerzetten. Hij is dan tevens geneigd zijn hakken in het zand te zetten en impulsieve uitspraken te doen. Er is wel sprake van verbetering in de zin dat patiënt minder snel uit het lood is geslagen. Daarnaast lijkt hij beter en sneller in staat de balans tussen emotie en ratio te herstellen. Positief is ook dat patiënt over het algemeen zelf terugkomt op zijn gedrag (door in gesprek te gaan met behandelaren), waarvoor hij verantwoordelijkheid neemt voor zijn gedrag. Patiënt beschikt over een ruim scala aan vaardigheden. Deze lijken deels sociaal wenselijk, dan wel indirect gericht op bevrediging van zijn eigen behoeften. Er is sprake van inzicht in eigen problematiek en hij is gemotiveerd hieraan te werken. Hij heeft aan niet terug te willen vallen in zijn oude leven van middelengebruik en crimineel gedrag en is vastbesloten zijn leven op een maatschappelijk aanvaarde manier in te richten. Dit heeft hem er niet van weerhouden om toch eenmalig weer cocaïne te gebruiken.
Op basis van de risicotaxatie-instrumenten wordt het recidiverisico op korte termijn als matig en op lange termijn als hoog ingeschat. Patiënt is recent wederom doorgeplaatst naar resocialisatieafdeling [naam afdeling] - na zijn terugval in cocaïnegebruik is patient korte tijd teruggeplaatst naar de kliniek te Rekken. De komende periode zal in het teken staan van het verder vormgeven van het resocialisatietraject. Op [naam afdeling] kan getoetst worden hoe patiënt omgaat met meer vrijheid en verantwoordelijkheden (onder andere met betrekking tot werk en opleiding). Daarnaast blijft in de behandeling aandacht voor de risicogebieden middelengebruik, copingvaardigheden, impulsiviteit, vijandigheid, sociale en relationele vaardigheden en sociaal netwerk. Concreet betekent dit dat het van belang is dat patiënt zich verder ontwikkelt in het behouden van een goede balans tussen ratio en emotie zodat impulsief gedrag (in de vorm van schenden van afspraken, middelengebruik en vijandig reageren bij tegenslag) afneemt. Deze problematiek is meer zichtbaar bij intieme relaties waardoor relatietherapie verplicht wordt gesteld indien patiënt een relatie aangaat. Waarbij opgemerkt dat heel recent patiënt heeft aangegeven dat hij contact heeft met een vrouw. Middels gesprekken met en begeleiding van zijn zorgplanner, de maatschappelijk werker en de behandelcoördinator, zullen deze risicogebieden continu aandacht krijgen. Patiënt wordt aangemeld bij Tactus Verslavingszorg om hem weerbaarder te maken tegen de verleiding tot middelengebruik. Hiernaast zal patiënt zijn eigen toekomstperspectief moeten vormgeven door werkervaring op te doen en zijn opleiding af te ronden, waarbij hij ondersteund wordt door de individuele trajectbegeleider van [naam afdeling].
De duur van het verdere resocialisatietraject wordt grotendeels bepaald door patiënt zelf. Indien patiënt inzicht blijft geven in de behoeftes die hij heeft en activiteiten die hij onderneemt, zich blijft onthouden van middelen en zich op positieve wijze blijft inzetten op het gebied van werk en scholing, kan een doorplaatsing naar een meer autonome setting (zoals een woning van de kliniek) in het kader van aanvankelijk transmuraal, spoedig gevolgd door proefverlof, in de loop van 2013 gerealiseerd worden. Waarbij de begeleiding dan wordt overgenomen door de Reclassering en het Forensisch Psychiatrisch Toezichtteam van [instelling].
Indien op dit moment wordt besloten tot beëindiging van de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege, wat zou betekenen dat alle huidige controle en ondersteuning wegvalt, zal naar de mening van het behandelteam het recidiverisico snel oplopen. Immers het moet nog blijken of patiënt zijn huidige zinvolle dagprogramma bestaande uit werk en scholing ook voor de langere termijn kan blijven vasthouden. En ook of hij zich in de stedelijke omgeving waarin hij zich sinds kort bevindt ([pleegplaats]) kan onthouden van middelengebruik. Het behandelteam is dan ook van mening dat een gefaseerde en geleidelijke resocialisatie, middels het huidige transmuraal verlof gevolgd door een fase van proefverlof, van belang is om het recidiverisico verantwoord laag te houden.
Wij adviseren de terbeschikkingstelling van overheidswege te verlengen met één jaar waarbij opgemerkt dat de verwachting is dat het doorlopen van het gehele resocialisatietraject zeer waarschijnlijk niet binnen dit jaar gerealiseerd kan worden.