ECLI:NL:RBSHE:2012:BY3457

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
5 november 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
252793 / FT RK 12.69 + 252794 / FT RK 12.570
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een dwangakkoord in het kader van een schuldsaneringsregeling

In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 5 november 2012 uitspraak gedaan in een verzoek tot toepassing van een schuldsaneringsregeling. Verzoekster heeft een schuldregeling aangeboden aan haar schuldeisers, waaronder Agis Zorgverzekeringen N.V. en NS Reizigers B.V. De rechtbank heeft vastgesteld dat Agis akkoord is gegaan met de aangeboden regeling, terwijl NS heeft aangegeven geen vordering meer op verzoekster te hebben. Dit leidde tot de conclusie dat het verzoek tegen deze schuldeisers als ingetrokken kon worden beschouwd.

De rechtbank heeft vervolgens het verzoek van verzoekster om [verweerder 1] te bevelen in te stemmen met de schuldregeling beoordeeld. De rechtbank overwoog dat, op basis van artikel 287a lid 5 van de Faillissementswet, een verzoek slechts kan worden toegewezen indien [verweerder 1] in redelijkheid niet tot weigering van instemming met de schuldregeling heeft kunnen komen. De rechtbank concludeerde dat de belangen van [verweerder 1] niet zwaarder wogen dan die van verzoekster en de overige schuldeisers, vooral gezien het geringe aandeel van [verweerder 1] in de totale schuldenlast van verzoekster.

De rechtbank heeft geoordeeld dat de aangeboden minnelijke regeling voordelen biedt ten opzichte van een wettelijke schuldsaneringsregeling, zoals snellere aflossing voor de schuldeisers. De rechtbank heeft daarom het verzoek van verzoekster toegewezen en [verweerder 1] bevolen in te stemmen met de schuldregeling. Tevens zijn de proceskosten voor [verweerder 1] vastgesteld op nihil. De beslissing is openbaar uitgesproken ter terechtzitting.

Uitspraak

RECHTBANK ‘s-HERTOGENBOSCH
Sector civiel recht
rekestnummers: 252793 / FT RK 12.69 + 252794 / FT RK 12.570
uitspraakdatum: 5 november 2012
bevel in te stemmen met schuldregeling
in de zaak van
[verzoekster],
geboren op [geboortedatum],
wonende te [woonplaats],
hierna te noemen: verzoekster,
tegen
[verweerder 1],
statutair gevestigd te [woonplaats],
hierna te noemen: [verweerder 1],
en
Agis Zorgverzekeringen N.V.,
statutair gevestigd te Amersfoort,
hierna te noemen: Agis,
en
NS Reizigers B.V.,
statutair gevestigd te Utrecht,
hierna te noemen: NS.
1. De procedure
Namens verzoeksters is tegelijk met het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling een verzoek ingevolge artikel 287a lid 1 Fw ingediend om [verweerder 1], Agis en NS, de schuldeisers die weigeren mee te werken aan de door verzoeksters aangeboden schuldregeling, te bevelen in te stemmen met deze schuldregeling, zulks uitvoerbaar bij voorraad.
Per brief van 24 september 2012 heeft Agis laten weten dat zij alsnog akkoord gaan met de aangeboden schuldregeling.
Per brief van 11 oktober 2012 heeft NS laten weten dat zij geen vordering meer op verzoekster hebben.
De verzoeken zijn op 26 oktober 2012 ter terechtzitting behandeld. Ter terechtzitting zijn verschenen verzoekers en mevrouw Appels, beschermingsbewindvoerder. Namens [verweerder 1] is verschenen mevrouw D.H. Verver-van der Meer.
2. Het verzoek
Namens verzoekster is op 19 september 2012 een schuldregeling aangeboden aan haar schuldeisers, inhoudende een aanbod van 11,12 % van elke vordering tegen finale kwijting voor het restant van de vordering. Het betreft een zogenaamd prognoseakkoord.
3. Het verweer
[verweerder 1] heeft aangegeven dat zij de voorkeur geeft aan toepassing van de schuldsaneringsregeling, omdat er dan meer waarborgen bestaan dat er voldoende toezicht gehouden wordt op het nakomen van de verplichtingen door verzoekster.
4. De beoordeling
Aangezien Agis alsnog akkoord is gegaan met de aangeboden schuldregelingen NS geen vordering meer op verzoekster heeft, wordt het ter zake Agis en NS ingediende verzoek als ingetrokken beschouwd.
Voor zover het verzoek is gericht tegen [verweerder 1] overweegt de rechtbank het volgende. Ingevolge artikel 287a lid 5 Fw kan een verzoek als het onderhavige slechts worden toegewezen indien [verweerder 1] in redelijkheid niet tot weigering van instemming met de door verzoekster voorgestelde schuldregeling heeft kunnen komen, in aanmerking genomen de onevenredigheid tussen het belang dat [verweerder 1] heeft bij uitoefening van de bevoegdheid tot weigering en de belangen van verzoekster of van de overige schuldeisers die door die weigering worden geschaad.
Uitgangspunt is dat het iedere schuldeiser in beginsel vrij staat om te verlangen dat zijn vordering, eventueel vermeerderd met rente, volledig wordt voldaan. Nu de aangeboden regeling voorziet in een lagere uitkering dan de volledige vordering van [verweerder 1] staat het belang van deze schuldeiser bij weigering van instemming met de schuldregeling vast.
De rechtbank stelt vast dat indien verzoekster, bij ongewijzigde omstandigheden, zou worden toegelaten tot de wettelijke schuldsaneringsregeling dit een (substantieel) lagere uitkering zou opleveren voor de schuldeisers dan de thans voorgestelde regeling. Het salaris van een in een schuldsaneringsregeling benoemde bewindvoerder wordt immers in mindering gebracht op de uitkering aan de schuldeisers. Bij de thans voorgestelde minnelijke regeling worden geen kosten in mindering gebracht.
Door de weigering van [verweerder 1] worden derhalve in beginsel de belangen van de overige schuldeisers geschaad.
Bovendien krijgen zowel [verweerder 1] als de overige schuldeisers op basis van de aangeboden schuldregeling sneller aflossing dan in de schuldsaneringsregeling. Immers bij de schuldsaneringsregeling wordt pas na afloop van de reguliere looptijd van 3 jaar aan de schuldeisers uitgekeerd, terwijl in de aangeboden schuldregeling jaarlijks zal kunnen worden uitgekeerd.
Voorts merkt de rechtbank op dat de totale schuldenlast van verzoekster € 20.106,42 bedraagt. De vordering van NS is hierbij reeds op de schuldenlast in mindering gebracht. De vordering van [verweerder 1] bedraagt € 177,50. Gelet op dit zeer geringe aandeel van [verweerder 1]d in de totale schuldenlast (0,8 %) ziet de rechtbank geen aanleiding om de belangen van deze schuldeiser zwaarder te laten wegen dan de belangen van verzoekster en van de overige schuldeisers.
Ter zitting heeft verzoekster aangegeven dat zij thans met behoud van uitkering vrijwilligerswerk verricht. Voor zover [verweerder 1] heeft aangevoerd dat de waarborgen in een schuldsaneringsregeling beter zijn dan de waarborgen in een minnelijke regeling merkt de rechtbank op dat de voorgestelde minnelijke regeling is gebaseerd op de gedragscode van de NVVK. Dit betekent dat, voor zover verzoekster arbeidsgeschikt is te achten, ook in de minnelijke regeling een inspanningsverplichting op haar zal rusten. Het is aan de schuldregelende instantie om de nakoming hiervan periodiek te controleren. Gelet op het zeer geringe aandeel van [verweerder 1] in de totale schuldenlast acht de rechtbank de vraag van [verweerder 1] of dit toezicht in de minnelijke regeling voldoende gewaarborgd is onvoldoende zwaarwegend.
Gelet op al het vorenstaande zal de rechtbank het verzoek ex artikel 287a lid 1 Fw toewijzen. Derhalve komt de rechtbank niet meer toe aan de beoordeling van de (subsidiaire) verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling.
Gelet op artikel 287a lid 6 Fw veroordeelt de rechtbank [verweerder 1] in de proceskosten, die worden vastgesteld op nihil.
5. De beslissing
De rechtbank:
- beveelt [verweerder 1] in te stemmen met de aangeboden schuldregeling;
- veroordeelt [verweerder 1] in de proceskosten, die worden vastgesteld op nihil;
- verklaart dit vonnis uitvoerbaar voorraad.
Deze beslissing is gegeven door mr. M.G.A. Poelman en in het openbaar uitgesproken ter terechtzitting van 5 november 2012 in tegenwoordigheid van de griffier.