ECLI:NL:RBSHE:2012:BY2346

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
6 november 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
01/035293-00
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging van terbeschikkinggestelde

In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 6 november 2012 uitspraak gedaan over de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging van de terbeschikkinggestelde, die sinds 2002 ter beschikking was gesteld. De rechtbank heeft de terbeschikkingstelling voor het laatst verlengd op 11 mei 2012. De terbeschikkinggestelde verblijft in een kliniek en werkt daar in de montagehal. De reclassering heeft in haar advies aangegeven dat er nog te veel onzekerheid is over de vervolgvoorzieningen, maar heeft een voorwaardelijke beëindiging niet uitgesloten. De rechtbank heeft de aarzeling van de reclassering begrepen, maar heeft in het licht van het rechtsbeginsel van proportionaliteit besloten om de dwangverpleging voorwaardelijk te beëindigen. De rechtbank heeft daarbij voorwaarden gesteld aan de terbeschikkinggestelde, waaronder een meldingsgebod bij de reclassering en het naleven van specifieke gedragsvoorwaarden. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de terbeschikkinggestelde, gezien zijn huidige situatie en de positieve ontwikkelingen, in staat is om aan deze voorwaarden te voldoen. De beslissing is genomen om de terbeschikkinggestelde de kans te geven zich verder te resocialiseren, met de nodige begeleiding van de reclassering.

Uitspraak

uitspraak
RECHTBANK 's-HERTOGENBOSCH
Sector Strafrecht
Parketnummer: 01/035293-00
Uitspraakdatum: 06 november 2012
Beslissing voorwaardelijk einde verpleging van overheidswege
Beslissing in de zaak van:
[terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [1976],
verblijvende in [kliniek].
Het onderzoek van de zaak.
Bij arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 29 januari 2002 is betrokkene ter beschikking gesteld. Deze terbeschikkingstelling is voor het laatst, bij beschikking van deze rechtbank van 11 mei 2012 met één jaar verlengd.
In haar beslissing van 11 mei 2012 heeft de rechtbank bovendien, gelet op hetgeen tijdens de openbare terechtzitting naar voren was gekomen, een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging overwogen. De rechtbank achtte het noodzakelijk voor de vorming van haar eindoordeel zich nader te doen voorlichten omtrent de wijze waarop en de voorwaarden waaronder de terugkeer van de terbeschikkinggestelde in het maatschappelijk verkeer zou kunnen geschieden. Overeenkomstig het bepaalde in artikel 509t vijfde lid van het Wetboek van Strafvordering heeft de rechtbank de beslissing omtrent voorwaardelijke beëindiging van de verpleging voor ten hoogste drie maanden aangehouden.
Op 2 augustus 2012 heeft de rechtbank het onderzoek ter terechtzitting geschorst in afwachting van het maatregelrapport van de reclassering.
Ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 23 oktober 2012 is, in aanwezigheid van de officier van justitie, de terbeschikkinggestelde, diens raadsman mr. M.L. van Gaalen, E.J.M. Schütgens ([kliniek]) en J. Frouws (Reclassering), de vraag behandeld of de verpleging al dan niet voorwaardelijk dient te worden beëindigd.
In het dossier bevinden zich onder andere:
- voornoemde uitspraak tot verlenging van de terbeschikkingstelling d.d. 11 mei 2012;
- een reclasseringsadvies ten behoeve van voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging d.d. 18 oktober 2012.
De beoordeling.
In voornoemd reclasseringsadvies is onder meer het navolgende gesteld:
'(...) De rechtbank wenst geïnformeerd te worden (...) "omtrent de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging en de daarbij behorende voorwaarden."
[terbeschikkinggestelde] werd in februari 2003 opgenomen in de [kliniek]. In 2005 kreeg betrokkene transmuraal verlof, welke in 2011 korte tijd werd opgeschort. De kliniek heeft gepoogd betrokkene over en uit te plaatsen, echter zonder resultaat.
In het verlengingsadvies van de kliniek van november 2011 is te lezen dat [terbeschikkinggestelde] een pervasieve ontwikkelingsstoornis heeft, waardoor hij zich slecht kan inleven in een ander en ook slecht rekening kan houden met anderen. Hij vertoont star en dwingend gedrag. Bij meningsverschillen met anderen, wanneer hij eisen aan zich gesteld voelt waar hij niet mee eens is of wanneer zaken anders lopen dan hij zich had voorgenomen, kan de spanning bij hem snel oplopen en kan hij snel ontregeld raken. In de toekomst zal een vorm van begeleiding van de autistiforme stoornis belangrijk blijven. De inschatting is dat betrokkene lange tijd begeleiding nodig zal blijven houden om ook op langere termijn een stabiele maatschappelijke inbedding te behouden. "Het aanvragen van proefverlof lijkt verantwoord te kunnen gebeuren, wanneer betrokkene een geschikte vervolgvoorziening en/of zelfstandige woonruimte heeft gerealiseerd, de begeleiding daarbij goed geregeld is, hij een goede dagbesteding heeft en er m.b.t. deze levensgebieden gesproken kan worden van aanzetten tot stabiliteit. De praktijk van de afgelopen jaren leert dat dit een lastige opgave is."
Dit schreef de [kliniek] in december 2011. De praktijk leerde inderdaad dat de gewenste doelen niet behaald zijn. Betrokkene woont in de [kliniek] en werkt in de montagehal van de kliniek. In 2011 adviseerde de reclassering niet over te gaan tot voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging omdat,"... zelfs in het gunstigste geval, ingeval van het vinden van een geschikte woonvorm, er een noodzakelijk rol voor De [kliniek] is weggelegd om de resocialisatie te monitoren, te faseren en betrokkene zo nodig te begrenzen."
De kliniek stuit op weerstanden en onmogelijkheden om [terbeschikkinggestelde] verder te resocialiseren; of de instanties weigeren betrokkene op te nemen of te begeleiden, er is een te lange wachtlijst of het ministerie werkt tegen. Voorgesteld wordt om tot voorwaardelijke beëindiging over te gaan om van de strenge toets van het ministerie verlost te zijn en in alle rust een woning te zoeken in Limburg.
Betrokkene wil graag naar het Limburgse verhuizen en als het even kan wil hij op den duur gaan samenwonen met zijn vriendin.
Zijn persoonlijk begeleider heeft er voor gezorgd dat hij is aangemeld bij de sociale werkvoorzieningschap Breed te Nijmegen. Het is onduidelijk of en zo ja wanneer Breed iets voor hem kan betekenen. Bij uitzondering is het [terbeschikkinggestelde] toegestaan bij voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging voorlopig te blijven werken in de montagehal van de kliniek. Om praktische zaken als het verkrijgen van een uitkering, het regelen van de ziektekosten-verzekering, enz., is het wenselijk de hulp in te roepen van de maatschappelijk werker. Deze heeft veel moeite gedaan om hierover in gesprek te gaan met betrokkene, een afspraak was moeilijk te plannen. Het voorstel van de maatschappelijk werkster aan betrokkene was om de hulp in te roepen van Interlokaal, een welzijnsinstelling te Nijmegen welke inwoners helpt met "papieren rompslomp". Betrokkene dient daartoe contact op te nemen met de instelling, maar laat het initiatief over aan de maatschappelijk werkster. Betrokkene heeft een aanvraag tot het verkrijgen van een DigiD verzonden en kan na het verkrijgen beginnen met de aanvraag voor een uitkering.
De behandelcoördinator mailde dat er nu te veel spelers in het veld zijn die de afwikkeling van de TBS verstoren. Bij een VO met als kern zelfstandig wonen met ambulante begeleiding zijn we af van de onneembare barrières die het ministerie en de vervolgvoorzieningen oproepen.
Als we de huidige stand van zaken bezien, komen we tot:
- huisvesting: betrokkene kan in de sociowoning [kliniek] (blijven) wonen, de indicatiestelling is aangevraagd en zal geen probleem opleveren. Betrokkene kan in [kliniek], als nodig, lang blijven wonen, maar de bedoeling is dat er een geschikte woning/woonvoorziening in Limburg geregeld gaat worden. In het verleden hebben instanties betrokkene geweigerd ( o.m. vanwege zijn delict), deze instanties zullen dus ook in de toekomst betrokkene weer weigeren. Het onderzoek van de kliniek zal voortgezet moeten worden, nu is nog onduidelijk welke mogelijkheden er zijn.
- werk/dagbesteding: betrokkene is aangemeld bij Breed en kan voorlopig blijven werken in de montagehal van de kliniek. Het verkrijgen en vooral behouden van een dagbesteding heeft in het verleden veel problemen opgeleverd, ook in de toekomst zal dit niet probleemloos verlopen.
- financiën: een uitkering moet nog worden aangevraagd.
Er moet rekening mee worden gehouden dat ingrijpende gebeurtenissen als een verhuizing bij personen met een autistiforme stoornis veel spanning kunnen opleveren welke tot ontregeling kunnen leiden.
Is het in het belang van de tbs gestelde om de dwangverpleging voorwaardelijk te beëindigen en de rol van de kliniek in het resocialisatieproces te minimaliseren? De aangevoerde redenen dat het ministerie niet meer tegen kan werken zal wellicht opgeld doen, maar ook de reclassering heeft haar eisen en verplichtingen en de eerder geraadpleegde instellingen staan nu niet plotseling met open armen te wachten op [terbeschikkinggestelde]. De mogelijke winst die gehaald kan worden is dat de reclassering in het algemeen meer soepel om kan en durft te gaan met vrijheden van de tbs'er en problemen en incidenten beschouwd als onderdeel van resocialisatie.
Conclusie en advies
Rapporteur heeft de beschikbare rapportages bestudeerd en heeft in de gesprekken kennis gemaakt met [terbeschikkinggestelde]. Duidelijk is geworden dat de kliniek druk doende is geweest om de volgende fase in de resocialisatie van [terbeschikkinggestelde] te bewerkstelligen. Nu de pogingen vooralsnog zijn gestrand, lijkt een oplossing om deze taak aan de reclassering over te dragen, maar het is voor de reclassering geenszins duidelijk geworden dat daarmee de kans op enig succes zoveel groter gaat worden.
De reclassering wijst een voorwaardelijke beëindiging op voorhand niet af, maar de begeleiding en verantwoordelijkheid over te nemen bij een persoon waarbij er nog te veel onzekerheid is over de mogelijk te verkrijgen vervolgvoorzieningen, is een stap te ver. Niet enkel het tijdstip waarop het besluit over al dan verlenging van de tbs genomen wordt, mag een grond zijn om tot voorwaardelijke beëindiging over te gaan, belangrijk is dat de voorwaarden voor het welslagen van de resocialisatie bij een voorwaardelijke beëindiging (redelijk) bekend danwel geregeld zijn. Dit laatste is bij [terbeschikkinggestelde] helaas nog niet het geval, reden voor de reclassering de rechtbank te adviseren niet over te gaan tot voorwaardelijke beëindiging.(...)
Bij beëindiging van de dwangverpleging is het noodzakelijk de volgende voorwaarden in het vonnis op te nemen:
Meldingsgebod
[terbeschikkinggestelde] dient zich bij de reclassering te melden zo frequent en zolang deze organisatie dit noodzakelijk acht.
Opname in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang
[terbeschikkinggestelde] wordt verplicht om in de sociowoning [kliniek] of een ander door de reclassering aan te wijzen woning of woonvoorziening te verblijven en zich te houden aan het (dag-)programma en/of woonregels dat deze voorziening in overleg met de reclassering heeft opgesteld.
Andere voorwaarden het gedrag van de veroordeelde betreffende
[terbeschikkinggestelde] wordt verplicht om de volgende bijkomende bijzondere voorwaarde(n) na te leven en zich te houden aan de opdrachten van de reclasseringsorganisatie die in het kader van het toezicht op de naleving van deze voorwaarde noodzakelijk zijn:
- [terbeschikkinggestelde] dient zich te gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen, welke hem namens Reclassering Nederland gegeven worden.
- [terbeschikkinggestelde] zal toestaan dat Reclassering Nederland door de begeleidende en/of behandelende instelling over de begeleiding/behandeling wordt ingelicht.
- Bijzonderheden, van welke aard dan ook, welke de begeleiding kunnen belemmeren, dient [terbeschikkinggestelde] direct aan de reclassering te melden.
- [terbeschikkinggestelde] zal zich onthouden van criminele activiteiten en/of ongeoorloofde praktijken.
- [terbeschikkinggestelde] zal zich constructief en open opstellen in het contact met de medewerker van de reclassering en zal inzicht geven in zijn psychosociaal functioneren.
-Veranderingen van woonsituatie, zoals een verhuizing, kan slechts na vooroverleg met en goedkeuring van de reclassering plaatsvinden.
- Het is [terbeschikkinggestelde] niet toegestaan alcohol en hard- en of softdrugs te gebruiken en hij zal meewerken aan urinecontroles en of blaastesten.
- [terbeschikkinggestelde] dient te allen tijde (telefonisch) bereikbaar te zijn voor de reclassering.
- [terbeschikkinggestelde] zal, indien de reclasseringswerker dat in het kader van de begeleiding en/of rapportage noodzakelijk acht, contact hebben met de psychiater die verbonden is aan de reclassering.
- [terbeschikkinggestelde] zal iedere zes maanden een pasfoto, welke niet ouder is dan 6 maanden, afgeven aan de reclassering welke gebruikt kan worden voor opsporingsdoeleinden in het geval hij zich aan het toezicht van de reclassering onttrekt.
- Indien noodzakelijk, kan op verzoek van de reclassering in het kader van het Forensisch Psychiatrisch Toezicht tussen o.m. betrokkene, de reclassering en de [kliniek] overlegd worden over het begeleidingstraject. [terbeschikkinggestelde] zal, indien dit door de reclassering noodzakelijk wordt geacht, meewerken aan een tijdelijke terugplaatsing naar de [kliniek], volgens het protocol van de crisisplaatsing.(...)'
De terbeschikkinggestelde verklaart:
Ik verblijf nu in [kliniek]. Ik werk in de montagehal van de kliniek. Ik wil graag in de regio Limburg verblijven. Ik vind het geen probleem om mee te werken aan controles op drugsgebruik. Sinds ik vastzit heb ik geen drugs meer gebruikt. Ik kan in Nijmegen gaan en staan waar ik wil en blijf van de drugs af. Ik vind dat ik goed mijn best doe. Wanneer ik verkeerd met spanningen omga, word ik op de vingers getikt. Als de terbeschikkingstelling nu onvoorwaardelijk zou worden beëindigd dan zou ik daar tegen in beroep gaan omdat ik het daar niet mee eens ben. Wanneer de rechtbank de terbeschikkingstelling voorwaardelijk zou beëindigen ben ik bereid de door de reclassering geformuleerde voorwaarden na te leven. Ik stem ook in met de door reclasseringswerker Frouws ter zitting gewijzigde bijzondere voorwaarde: 'Indien noodzakelijk, kan op verzoek van de reclassering in het kader van het Forensisch Psychiatrisch Toezicht tussen o.m. betrokkene, de reclassering en de [kliniek] overlegd worden over het begeleidingstraject. Betrokkene zal, indien dit door de reclassering noodzakelijk wordt geacht, meewerken aan een tijdelijke terugplaatsing naar de [kliniek] van maximaal 2 (twee) keer 7 (zeven) weken, volgens het protocol van de crisisplaatsing.'
De deskundige E.J.M. Schütgens, optredend namens de [kliniek] te Nijmegen, heeft bij de behandeling ter terechtzitting een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging geadviseerd. Hij heeft voorts het navolgende, zakelijk weergegeven, verklaard:
Betrokkene heeft nu transmuraal verlof. Proefverlof is in zijn situatie een haast onmogelijk traject. Er hoeft namelijk maar iets te gebeuren en dan wordt het proefverlof ingetrokken. Wanneer de dwangverpleging voort zou duren en er proefverlof aangevraagd moet worden, ben ik er op voorhand zeker van dat er vroeg of laat een kink in de kabel komt. Daarom adviseer ik die fase over te slaan en over te gaan tot voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging met reclasseringsbegeleiding. [kliniek] bestaat voor de helft uit resocialisatieplaatsen en voor de andere helft uit sociowoningen. Bij een voorwaardelijke beëindiging wordt de huidige resocialisatieplaats van betrokkene in [kliniek] een sociowoning. De kliniek kan dan via het FPT de nodige diensten blijven verlenen aan de reclassering. Zo kan de kliniek betrokkene via het FPT opnemen voor een time-out wanneer het niet goed met hem gaat.
De terbeschikkingstelling van betrokkene loopt al twaalf jaar waarvan de laatste vier jaar besteed wordt aan onderzoeken naar de mogelijkheden om van de dwangverpleging af te komen. Ik ben van mening dat de eerstvolgende stap is dat betrokkene van de dwangverpleging af moet omdat we anders in rondjes blijven draaien. Een alternatief is er wat mij betreft niet. De kliniek vindt deze stap naar voren verantwoord, gelet op het verloop van de behandeling van betrokkene. Natuurlijk heeft betrokkene de nodige handreikingen nodig, maar vanuit ons perspectief is een voorwaardelijke beëindiging wel verantwoord.
De deskundige J. Frouws, optredend namens Reclassering Nederland, heeft bij de behandeling ter terechtzitting gepersisteerd bij voornoemd reclasseringsadvies. Hij heeft voorts het navolgende, zakelijk weergegeven, verklaard:
Er zijn een heleboel positieve punten te noemen. Er is heel hard gewerkt door betrokkene en de kliniek. De volgende stap naar een sociowoning is gemakkelijk te maken, maar de daaropvolgende stap is moeilijk. Daar is veel onduidelijkheid over. Dat is voor ons ook het omslagpunt om niet positief, maar negatief te adviseren ten aanzien van een voorwaardelijke beëindiging. In het advies zijn toch voorwaarden geformuleerd waaraan betrokkene zich zou moeten houden bij een voorwaardelijke beëindiging. Het is onze standaardwerkwijze dit te doen ondanks een negatief advies voor voorwaardelijke beëindiging.
Dat betrokkene nu bij [kliniek] verblijft en in de werkplaats van de kliniek werkt is goed, maar de vraag is wat er daarna met betrokkene moet gebeuren. Dat is ook de reden dat de reclassering een voorwaardelijke beëindiging niet aandurft. Betrokkene is aangemeld bij Breed, maar ik weet niet precies wat de mogelijkheden daar zijn. Alles wat we nu regelen is een tijdelijke oplossing, omdat betrokkene uiteindelijk naar Limburg gaat. Wanneer betrokkene naar de regio Roermond overgaat, zal daar alles voor betrokkene gevonden moeten worden. Ik denk dat de reclassering meer met de kliniek moet samenwerken om te kijken wat er met betrokkene moet gebeuren na [kliniek]. De reclassering zou voorwaardelijke beëindiging in de toekomst wel aandurven wanneer er een geschikte woonvorm en een goede daginvulling voor betrokkene gevonden zouden worden. Dan zouden namelijk veel problemen voor mij wegvallen. De kliniek is er van overtuigd dat voorwaardelijke beëindiging wel kan en ook ik zie wel mogelijkheden om tot een voorwaardelijke beëindiging te komen, maar ik wil zeker zijn van een redelijke mate van succes. Ik heb er nu te weinig vertrouwen in. De heer Schütgens vindt het een grote stap voor betrokkene om naar [kliniek] te gaan. Ik zie dat anders. Ik ben van mening dat het toch dezelfde woning en hetzelfde werk bij de werkplaats blijft. De situatie blijft voor betrokkene zoals die nu is. Maar hij kan niet eeuwig in [kliniek] blijven en ik wil meer zekerheid over de periode na [kliniek] en wat er dan geregeld is.
Ik wil over de in het advies geformuleerde voorwaarden nog opmerken dat bij de laatstgenoemde bijzondere voorwaarde een gedeelte is weggevallen. Aan deze voorwaarde dient te worden toegevoegd dat een tijdelijke terugplaatsing in de [kliniek] (een time-out) maximaal twee keer zeven weken is.
De officier van justitie voert het woord:
Er ligt een reclasseringsadvies met daarin een aantal geformuleerde voorwaarden waaraan terbeschikkinggestelde zich bij een eventuele voorwaardelijke beëindiging moet houden, maar eigenlijk ziet de reclassering een voorwaardelijke beëindiging niet zitten. Er zijn al een aantal stappen genomen, maar de grootste en laatste stap moet nog genomen worden en de reclassering durft die verantwoordelijkheid niet aan. De reclassering wil wel met de kliniek samen kijken naar de volgende te nemen stappen en de vraag is dan in welk juridisch kader dit dan zou moeten. De kliniek zegt juist dat de reguliere weg geen optie is gebleken en dat dan maar overgegaan moet worden tot voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging. Het is lastig wat daarin de aangewezen weg is. Ik durf niet om een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging te vragen wanneer de reclassering dat niet aandurft. Ik vind wel dat naar een voorwaardelijke beëindiging toegewerkt moet worden, maar de vraag is in welke vorm? Ik ben van mening dat het wenselijk is een vinger aan de pols te houden. Ik wilde vragen om de behandeling van de zaak aan te houden en dan over drie maanden te kijken hoe de zaak er voor staat na overleg tussen de reclassering en de kliniek, maar nu ik van de rechtbank begrijp dat de termijn van terbeschikkingstelling in februari 2013 afloopt, zie ik van dit verzoek af. In plaats daarvan vraag ik de rechtbank het verzoek van de verdediging de verpleging van overheidswege voorwaardelijk te beëindigen af te wijzen, in de hoop dat er in februari 2013 alsnog zicht is op een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging.
De raadsman van de terbeschikkinggestelde heeft ter zitting een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging bepleit onder de gestelde voorwaarden. Hij heeft voorts het navolgende, zakelijk weergegeven, aangevoerd:
Volgens de heer Schütgens is het de juiste stap om over te gaan tot voorwaardelijke beëindiging. Voorts is gelet op de relatief beperkte ernst van het zedendelict (het indexdelict) de proportionaliteit al lang geleden aan de orde geweest. Gelet daarop had de dwangverpleging al eerder beëindigd moeten worden. Ik opteer niet voor een onvoorwaardelijke beëindiging, maar een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege is wat mij betreft prominent aan de orde. Wij zijn al vier jaar bezig om te kijken naar een juiste vervolgstap. Die is er nu, namelijk voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege, waarbij cliënt doorgeplaatst wordt naar een sociowoning in [kliniek]. Als cliënt in die sociowoning zit is er nog tijd en ruimte genoeg voor de reclassering om te kijken en te overleggen met de kliniek wat de volgende stap is. De reclassering heeft in haar rapport zeer algemene voorwaarden opgesteld, maar die zijn mijns inziens afdoende om tot een voorwaardelijke beëindiging over te kunnen gaan.
Het oordeel van de rechtbank.
Het gerechtshof Arnhem heeft op 6 april 2012 geoordeeld dat een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging destijds nog niet opportuun was, maar dat een mogelijke voorwaardelijke beëindiging tijdens een aanstaande verlengingszitting bij de rechtbank nadrukkelijk onder ogen gezien diende te worden. Naar het oordeel van het gerechtshof Arnhem diende gelet op het rechtsbeginsel van de proportionaliteit met voortvarendheid te worden gestreefd naar de realisatie van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging.
Nu, bijna zeven maanden later, is ter terechtzitting gebleken dat het goed gaat met de terbeschikkinggestelde. Hij woont in [kliniek] en werkt in de montagehal van de kliniek. Bij een voorwaardelijke beëindiging kan terbeschikkinggestelde daar ook (voorlopig) blijven wonen en werken.
De reclassering heeft in haar advies en ter terechtzitting van 23 oktober 2012 aangegeven een voorwaardelijke beëindiging op voorhand niet af te wijzen, maar het een stap te ver te vinden de begeleiding en verantwoordelijkheid over te nemen bij een persoon waarbij er nog te veel onzekerheid is over de mogelijk te verkrijgen vervolgvoorzieningen. De reclassering heeft de rechtbank gelet op het voorgaande geadviseerd niet over te gaan tot voorwaardelijke beëindiging.
De heer Schütgens heeft namens de kliniek ter zitting het vertrouwen in de terbeschikkinggestelde uitgesproken en zich op het standpunt gesteld dat het nu tijd is voor de volgende stap, een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging.
De rechtbank begrijpt de aarzeling van de reclassering bij een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege, maar is - in het licht van hetgeen door het Hof in zijn arrest van 6 april 2012 is overwogen - ondanks het reclasseringsadvies van oordeel dat de verpleging van overheidswege voorwaardelijk beëindigd dient te worden, nu het rechtsbeginsel van proportionaliteit dit gebiedt. De rechtbank zal ter bescherming van de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen de hierna te noemen voorwaarden stellen aan het gedrag van de terbeschikkinggestelde, die zich bereid heeft verklaard de na te melden voorwaarden te zullen naleven.
Gezien de artikelen: 38, 38a, 38d, 38g van het Wetboek van Strafrecht.
DE BESLISSING
De rechtbank:
Beëindigt de verpleging van overheidswege voorwaardelijk voor de duur van het bij beslissing van 11 mei 2012 gegeven bevel tot verlenging van de terbeschikkingstelling.
Stelt daarbij als voorwaarden:
*Meldingsgebod. Betrokkene dient zich bij de reclassering te melden zo frequent en zolang deze organisatie dit noodzakelijk acht.
*Opname in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang. Betrokkene wordt verplicht om in de sociowoning [kliniek] of een ander door de reclassering aan te wijzen woning of woonvoorziening te verblijven en zich te houden aan het (dag)programma en/of woonregels dat deze voorziening in overleg met de reclassering heeft opgesteld.
*Betrokkene wordt verplicht om de volgende bijkomende bijzondere voorwaarde(n) na te leven en zich te houden aan de opdrachten van de reclasseringsorganisatie die in het kader van het toezicht op de naleving van na te leven en zich te houden aan de opdrachten van de
Reclasseringsorganisatie die in het kader van het toezicht op de naleving van deze voorwaarde(n) noodzakelijk zijn:
- Betrokkene dient zich te gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen, welke hem namens Reclassering Nederland gegeven worden.
- Betrokkene zal toestaan dat Reclassering Nederland door de begeleidende en/of behandelende instelling over de begeleiding/behandeling wordt ingelicht.
- Bijzonderheden, van welke aard dan ook, welke de begeleiding kunnen belemmeren, dient betrokkene direct aan de reclassering te melden.
- Betrokkene zal zich onthouden van criminele activiteiten en/of ongeoorloofde praktijken.
- Betrokkene zal zich constructief en open opstellen in het contact met de medewerker van de reclassering en zal inzicht geven in zijn psychosociaal functioneren.
- Veranderingen van woonsituatie, zoals een verhuizing, kunnen slechts na vooroverleg met en goedkeuring van de reclassering plaatsvinden.
- Het is betrokkene niet toegestaan alcohol en hard- en of softdrugs te gebruiken en hij zal meewerken aan urinecontroles en of blaastesten.
- Betrokkene dient te allen tijde (telefonisch) bereikbaar te zijn voor de reclassering.
- Betrokkene zal, indien de reclasseringswerker dat in het kader van de begeleiding en/of rapportage noodzakelijk acht, contact hebben met de psychiater die verbonden is aan de reclassering.
- Betrokkene zal iedere zes maanden een pasfoto, welke niet ouder is dan 6 maanden, afgeven aan de reclassering welke gebruikt kan worden voor opsporingsdoeleinden in het geval hij zich aan het toezicht van de reclassering onttrekt.
- Indien noodzakelijk, kan op verzoek van de reclassering in het kader van het Forensisch Psychiatrisch Toezicht tussen o.m. betrokkene, de reclassering en de [kliniek] overlegd worden over het begeleidingstraject. Betrokkene zal, indien dit door de reclassering noodzakelijk wordt geacht, meewerken aan een tijdelijke terugplaatsing naar de [kliniek] van maximaal 2 (twee) keer 7 (zeven) weken, volgens het protocol van de crisisplaatsing.
Verleent aan de Reclassering voornoemd de opdracht als bedoeld in artikel 38 van het Wetboek van Strafrecht.
Deze beslissing is gegeven door
mr. C.A. Mandemakers, voorzitter,
mr. N.M. Spelt en mr. W.T.A.M. Verheggen, leden,
in tegenwoordigheid van mr. E.C.M. Boerboom, griffier,
en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 6 november 2012.
Mr. W.T.A.M. Verheggen is buiten staat deze uitspraak mede te ondertekenen.
10
Parketnummer: 01/035293-00
[terbeschikkinggestelde]