ECLI:NL:RBSHE:2012:BX3861

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
8 augustus 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
01/006812-67
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling en wijziging van voorwaarden in verband met recidivegevaar

In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 8 augustus 2012 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een 69-jarige man, die ter beschikking was gesteld na een veroordeling voor feitelijke aanranding van de eerbaarheid. De rechtbank heeft de terbeschikkingstelling met twee jaar verlengd, na een grondige beoordeling van het recidivegevaar en de behandelgeschiedenis van de betrokkene. De terbeschikkinggestelde verblijft sinds 18 juli 2011 in een gesloten setting en heeft een lange voorgeschiedenis van TBS, waarbij hij meerdere keren is ontvlucht. De rechtbank heeft geconstateerd dat de huidige setting geen gevaarsrisico oplevert, maar dat er nog steeds een hoog recidivegevaar bestaat, vooral gezien de aard van de delicten en de psychische problematiek van de betrokkene. De rechtbank heeft de voorwaarden van de terbeschikkingstelling aangepast, waarbij de betrokkene onder toezicht van de reclassering moet blijven en zich aan specifieke aanwijzingen moet houden. De rechtbank heeft ook de noodzaak van een zorgvuldige afweging van de resocialisatiemogelijkheden benadrukt, gezien de lange behandelgeschiedenis en de risico's die gepaard gaan met onbegeleide vrijheden. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de TBS met twee jaar te verlengen, toegewezen, en de verzoeken van de raadsman om de voorwaarden te versoepelen, afgewezen. De beslissing is genomen in het belang van de veiligheid van anderen, met name kinderen, en de algemene veiligheid van personen.

Uitspraak

uitspraak
RECHTBANK 's-HERTOGENBOSCH
[terbeschikking gestelde]
Parketnummer: 01/006812-67
Uitspraakdatum: 8 augustus 2012
Beslissing verlenging terbeschikkingstelling en wijziging voorwaarden
Beslissing in de zaak van:
[terbeschikking gestelde]
geboren te [plaats] op [1942],
verblijvende in de [kliniek]
Het onderzoek van de zaak.
Bij arrest van het gerechtshof te 's-Hertogenbosch van 6 december 1967 is betrokkene ter beschikking gesteld. Deze terbeschikkingstelling is voor het laatst, bij beslissing van het Gerechtshof te Arnhem van 10 juni 2011 op het hoger beroep van de terbeschikkinggestelde tegen de beslissing van de rechtbank te 's-Hertogenbosch van 12 juli 2010 met twee jaar verlengd. Bij deze verlenging is de verpleging van overheidswege voorwaardelijk beëindigd met ingang van het tijdstip waarop er een plaats voor de terbeschikkinggestelde beschikbaar is op de [kliniek 1][plaats]. Daarbij zijn - naast de voorwaarde dat de terbeschikkinggestelde zich niet zal schuldig maken aan enig strafbaar feit - de volgende bijzondere voorwaarden gesteld:
De terbeschikkinggestelde stelt zich onder toezicht van Reclassering Nederland en gedraagt zich naar de (indien nodig of gewenst schriftelijk door de reclassering vast te leggen) aan hem door of namens deze instelling te geven aanwijzingen. Onderdeel van deze aanwijzingen maakt in ieder geval uit:
1. de terbeschikkinggestelde verblijft op de locatie van de [kliniek] tot hij van de reclassering toestemming krijgt om te gaan verblijven op de [kliniek 1][plaats];
2. op het moment dat de reclassering dit aangeeft, zal de terbeschikkinggestelde meewerken aan een opname op de [kliniek 1][plaats], en zal hij vanaf dat moment aldaar verblijf houden;
3. de terbeschikkinggestelde zal zich houden aan de hem door medewerkers van [kliniek 1][plaats] te geven aanwijzingen;
4. de terbeschikkinggestelde zal indien dit door de reclassering noodzakelijk wordt geacht, meewerken aan een in het kader van Forensisch Psychiatrisch Toezicht tijdelijke terugplaatsing naar de [kliniek], dan wel een vergelijkbare instelling. Deze time-outplaatsing duurt zolang als door de reclassering en/of behandelaars nodig wordt gevonden om de terbeschikkinggestelde op verantwoorde en veilige wijze terug te laten keren naar de omstandigheden voorafgaand aan de time-out. Tijdens de time-out zullen partijen in overleg beslissen op welke wijze voortzetting van het traject al of niet mogelijk en haalbaar is.
De vordering van de officier van justitie d.d. 8 mei 2012 strekt tot verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling voor de duur van twee jaren.
Het onderzoek ter zitting is aangevangen op 21 juni 2012.
Op 21 juni 2012 is het onderzoek - in verband met verhindering van de raadsman op die datum - geschorst. Vervolgens is de vordering behandeld ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 25 juli 2012.
Hierbij zijn de officier van justitie, getuige-deskundige ] (psychiater), de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman mr. C.F. Korvinus gehoord.
In het dossier bevinden zich onder andere:
- een afschrift van het arrest van het Gerechtshof 's-Hertogenbosch d.d. 6 december 1967;
- een afschrift van de verlengingsbeslissing van het Gerechtshof Arnhem d.d. 10 juni 2011;
- het verlengingsadvies van [terbeschikking gestelde], namens de reclassering, d.d. 12 april 2012;
- het Psychiatrisch onderzoek Pro Justitia van drs. [terbeschikking gestelde], psychiater d.d. 5 april 2012.
De beoordeling.
De terbeschikkingstelling is toegepast ter zake van feitelijke aanranding van de eerbaarheid, terwijl de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen het opleggen van die maatregel eiste. Het hiervoor genoemde misdrijf betreft een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen.
In voornoemd advies van de reclassering is onder meer het navolgende gesteld:
"Betrokkene verblijft sinds 18 juli 2011 in de gesloten setting van de [kliniek 1] Daarvoor verbleef hij ongeveer vijftig jaar aaneengesloten in verschillende TBS klinieken, waarbij moet worden aangetekend dat hij een aantal keren ontvlucht is geweest. De huidige setting levert geen gevaarsrisico op, er is continu toezicht en verlof vindt enkel onder toezicht plaats.
Het is de bedoeling dat binnen deze setting een inschatting gemaakt gaat worden van het gevaarsrisico van betrokkene en dat deze taxatie meegenomen gaat worden in het zoeken naar een mogelijke vervolgsetting. Op dit moment is er nog geen uitspraak te doen over waar een dergelijke vervolgsetting aan moet voldoen.
Betrokkene is een 69-jarige man die sinds 1960 tot 18 juli 2011 onafgebroken de maatregel TBS (voorheen TBR) met dwangverpleging heeft gehad. Hij kreeg deze maatregel opgelegd vanwege recidiverende ontucht met minderjarigen. De delicten zijn indertijd gepleegd vanwege de pedofiele geaardheid van betrokkene, zijn gebrekkige sociale vermogens,impulsiviteit en de normloze thuissituatie waarin hij opgroeide. De laatste recidive dateert van ruim vijfentwintig jaar geleden, sindsdien heeft hij geen onbegeleide verloven meer gehad. Hij verbleef zijn hele volwassen leven in TBS-instellingen. Diagnostisch is er bij betrokkene sprake van pedofilie van het exclusieve type en daarnaast is er sprake van een persoonlijkheidsstoornis NAO met narcistische en antisociale kenmerken. De onafhankelijke gedragsdeskundigen en de rechtbank vonden gedurende deze tijd het recidiverisico onverantwoord hoog. Pas in juli 2011 is de dwangverpleging door het Gerechtshof Arnhem voorwaardelijk beëindigd onder voorwaarde dat hij (o.a.) opgenomen zou worden op de afdeling [naam] [plaats][kliniek 1] De lange behandelgeschiedenis maakt dat er letterlijk en figuurlijk sprake is van een zwaar dossier, het is omvangrijk en de focus op het voorkomen van recidive is altijd hoog gebleven. Daarmee zijn de resocialisatiemogelijkheden met name door de recente jaren heen onderbelicht gebleven.
Binnen de huidige setting moet eerst onderzocht worden in hoeverre nog sprake is van recidivegevaar. Wanneer dit duidelijk is kan er gezocht worden naar een mogelijke vervolgsetting. Met dit doel voor ogen heeft [kliniek 1] een uitgebreide risicotaxatie afgenomen welke eind maart 2012 is afgerond.
Behandelaar en reclassering willen nu samen een plan opstellen waarbij de verlofmogelijkheden van betrokkene langzaam uitgebreid kunnen worden zodat uit ervaring
opgemaakt kan worden hoe betrokkene zich verhoudt tot afspraken die in dit kader gemaakt
zullen worden. Op deze wijze kan verder onderzocht worden in hoeverre betrokkene in staat is om zich aan afspraken te houden en gebruik te maken van zijn vrijheden. De huidige setting en het huidig strafkader lenen zich er voor om uitbreiding van de mogelijkheden hierin verder te exploreren. Omdat het recidiverisico op voorhand moeilijk te voorspellen is kan er hierbij eventueel gebruik gemaakt worden van GPS controle door de reclassering. Betrokkene zou dan een enkelband moeten dragen voor enige tijd waarbij zijn -onbegeleide- verlofmomenten gemonitord kunnen worden.
Het recidiverisico wordt binnen de huidige setting ingeschat als laag gemiddeld. Er zijn geen minderjarige kinderen en betrokkene geeft geen blijk van bovenmatige belangstelling voor kinderen bij de begeleide verloven die tot nu toe hebben plaatsgevonden. Wanneer er gebruik gemaakt gaat worden van mogelijk onbegeleide verloven is het op voorhand niet duidelijk in te schatten hoe groot het recidivegevaar is. Hij is enerzijds verstandelijk in staat om te beredeneren dat zijn acties onder een vergrootglas bekeken zullen worden en dat een misstap hem zwaar aangerekend zal worden. Aan de andere kant moet opgemerkt worden dat hij al zeer lange tijd (vijfentwintig jaar) niet meer in de gelegenheid is geweest om onbegeleide bewegingen te maken in de vrije maatschappij. Het gevaarsrisico werd de afgelopen vijfentwintig jaren onafgebroken als zeer hoog ingeschat, bij de laatste beslissing van het gerechtshof Arnhem oordeelt dit nog steeds dat betrokkene als onverminderd delictgevaarlijk wordt ingeschat. Daarnaast moet er rekening mee gehouden worden dat er bij betrokkene sprake is van een hoge mate van impulsiviteit waarbij hij met name in situaties waar hij zich onder druk voelt staan zijn beperkte oplossingsvaardigheden
een recidiveverhogende factor zijn. Overigens wordt het feit dat hij de seksuele component van zijn delicten in de afgelopen jaren is gaan ontkennen, door deskundigen in dit geheel gezien als een zorgwekkende ontwikkeling.
Ingeschat wordt dat er een laag / gemiddeld risico op onttrekken aan voorwaarden is. Er is
momenteel sprake van een klinische voorziening waarbij voortdurend toezicht is, daarnaast is er wekelijks contact met de reclassering. Wanneer er sprake is van onoverzichtelijkheid of stress dient betrokkene extra ondersteund te worden om zich aan de gestelde voorwaarden te houden.
Ingeschat wordt dat er risico op letselschade is voor: Personen met specifieke kenmerken, nl. kinderen. Als betrokkene terug zou vallen in delictgedrag dan zijn minderjarige kinderen de meest waarschijnlijke slachtoffers.
Op grond van het recidiverisico, de criminogene factoren en de interventies in het verleden, is een toezicht op bijzondere voorwaarden met onderstaande (gedrags-)interventie(s) en/of
behandeling(en) geïndiceerd.
Invulling van het toezicht:
Huisvesting en wonen:
-In samenspraak met behandelaar zoeken naar passende woonvoorziening die geen gevaar oplevert voor anderen;
- aanmelden via IFZ als de tijd daarvoor rijp is.
Relaties met partner, gezin en familie:
- Toezicht op omgang met minderjarigen;
- Betrokkene wordt niet alleen gelaten met minderjarigen.
Emotioneel welzijn:
In samenwerking met behandelaar blijven onderzoeken wat betrokkene nodig heeft aan begeleiding om hem uiteindelijk toe te kunnen leiden naar een woonvoorziening.
Denkpatronen, gedrag en vaardigheden:
Met aanvulling van een forensisch casemanager.
Geadviseerd wordt Verlenging van de maatregel voor de duur van twee jaren op te leggen.
Hierbij worden de volgende bijzondere voorwaarden geadviseerd:
-Meldingsgebod:
De veroordeelde moet zich houden aan de aanwijzingen die de reclassering hem geeft, voor
zover deze niet reeds zijn opgenomen in een andere bijzondere voorwaarde.
-Opname in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang:
De veroordeelde wordt verplicht om in [kliniek 1] (niet per se afd. [terbeschikking gestelde]) te
verblijven en zich te houden aan het (dag-)programma dat deze voorziening in overleg met de reclassering heeft opgesteld.
-Andere voorwaarden het gedrag van de veroordeelde betreffende:
- Betrokkene verblijft op de [kliniek 1] en verandert niet van adres zonder voorafgaande toestemming van de reclassering;
- Betrokkene werkt mee aan opname bij de [kliniek 1] te
[plaats] en zal zich houden aan de hem door medewerkers van [kliniek 1] te geven aanwijzingen;
- Wanneer betrokkene gebruik maakt van onbegeleid verlof zal hij zich conformeren aan de
daarvoor nader op te stellen afspraken door behandelaar, Openbaar Ministerie en reclassering, ook als dit inhoudt het gebruik van het GPS systeem van de reclassering;
- Betrokkene zal, indien dit door de reclassering noodzakelijk wordt geacht, meewerken aan
een tijdelijke terugplaatsing naar de [kliniek] in het kader van FPT.
Betrokkene heeft vanwege verschillende factoren nog onvoldoende kunnen profiteren van de resocialisatiemogelijkheden van het kader Voorwaardelijke Beëindiging van de dwangverpleging. De behandelaar van de Longcare wil, nu de risicotaxatie voltooid is, samen met de reclassering graag een voorzichtige start gaan maken met eventueel onbegeleide vrijheden voor betrokkene zodat de mogelijkheden voor resocialisatie verder geëxploreerd kunnen worden. Er zal voordat er onbegeleide verlofbewegingen toegekend gaan worden eerst overleg plaatsvinden tussen behandelaar, Openbaar Ministerie en de reclassering. Daarbij kan te zijner tijd mogelijk gebruik gemaakt gaan worden van het GPS systeem van de reclassering, dit om de transparantie van betrokkene achteraf te kunnen controleren. Op het moment van het uitbrengen van deze rapportage is het nog onduidelijk of GPS ingezet kan worden in deze casus."
In voornoemd advies van de psychiater is onder meer het navolgende gesteld:
"De kans op recidive wordt op een schaal van laag - matig - hoog onveranderd als hoog ingeschat. De voorspellende waarde van de historische items vormt de belangrijkste bijdrage aan de kans op recidive bij onderzochte. Vanuit de onveranderbaarheid van historische items zal het 'basisrisico' op recidive onverminderd hoog blijven.
In het geval van onderzochte komt\vanuit de beschikbare gegevens het beeld naar voren van onvoldoende behandelresultaat na uitputtende behandelpogingen. Het huidige onderzoek sluit aan bij deze bevindingen.
De rol van impulsief gedrag en/of verminderde impulscontrole is onverminderd aanwezig. De aanwezigheid van (vaak statische) risicofactoren staat op de voorgrond, zonder dat een duidelijk beeld aanwezig is van mogelijke beschermende factoren.
Kort samengevat komt het beeld naar voren van een man met beperkte mogelijkheden op het vlak van coping en communicatie; die zijn huidige (klinische) woonsetting en bestaande
hulpverlening accepteert, bij wie onder de huidige omstandigheden de aanwezigheid van
externe structuur en 24-uurszorg als belangrijkste beschermende factoren naar voren komen.
De klinische taxatie sluit hier in grote lijnen bij aan. Onderzochte is een voor zijn leeftijd zeer vitale man die vanuit zijn behoefte aan contact zich gericht toont op relatievorming.
Doorgaans neemt met de leeftijd de mate van impulsiviteit af, wat doorgaans als een beschermende factor wordt opgevat. Bij onderzochte lijkt hier nauwelijks sprake van, waarbij hij onverminderd blijk geeft van hyperseksualiteit.
Hoewel onderzochte de principes van vroegsignalering niet actief weet te hanteren, geeft hij
wel blijk van aangeleerde (basale) communicatieve vaardigheden en een gerichtheid op de
aanwezige hulpverlening. Het bespreken van problemen met de staf als een soort ingeslepen
gedragspatroon, imponeert als een positieve kant van bestaande hospitalisatie. Het stelt
onderzochte in staat dagelijkse spanningen te reguleren, biedt de hulpverlening de mogelijkheid tot toezicht.
Zorgprognose en beïnvloedingsmogelijkheden
Er is een aantal praktische kanttekeningen te maken.
Ten eerste is de strijd tegen TBS met dwangverpleging weggevallen, een strijd die in belangrijke mate identiteitsbepalend is geweest. Met het wegvallen hiervan dient onderzochte zich opnieuw te oriënteren op de omgang met de staf, medepatiënten en behandeldoelen. Er lijkt sprake van een zekere ambivalentie in de zin dat onderzochte aandringt op snelle resocialisatie en tegelijkertijd zijn behoefte aan hechting aan een klinische afdeling verwoord. Een ambivalentie die vanuit zijn onderliggende hechtingsproblematiek valt te begrijpen, als zodanig in het voorgenomen resocialisatietraject betrokken dient te worden.
Een tweede kanttekening betreft de claim van onderzochte dat relatievorming een beschermend effect heeft op zijn pedofiele geaardheid, dat er een verschuiving heeft plaats
gevonden naar seksualiteit met volwassen vrouwen. Hoewel het aangaan van relaties in een
behandelsetting vaak het gevaar in zich draagt van onttrekking aan behandeling / toezicht,
lijkt het in geval van onderzochte relatievorming bij te dragen aan het reguleren van zijn
onverminderd aanwezige seksuele behoeften, bij te dragen aan zijn spanningsregulatie. In de huidige situatie kan geen uitspraak gedaan worden over een mogelijk beschermend effect van relatievorming op zijn pedofiele stoornis. Monitoring door de kliniek ligt voor de hand.
De eerdere hypothese van Veldzicht dat in geval van frustraties in volwassen contacten een
verschuiving naar jonge meisjes kan volgen, dient hierbij verder getoetst te worden.
Een derde kanttekening betreft de wenselijkheid van een sociaal netwerk. Eerder is
aangegeven dat er op de afdeling weinig aansluiting is, hij zich richt op relatievorming en de staf. Blijkens zijn wens naar de soos te gaan en zijn motivatie voor werk en dagactiviteiten, lijkt er wel een behoefte te bestaan aan sociaal contact. Binnen een resocialisatietraject ligt het voor de hand om buiten de afdeling zelf te oriënteren op mogelijkheden voor een meer steunend sociaal netwerk, voor meer functionele contacten (werk of dagbesteding). Een belangrijke voorwaarde voor deze contacten is, dat deze (op termijn) bij kunnen dragen aan extern toezicht. Er zal onherroepelijk een spanningsveld zijn tussen het belang van meer blijvend extern toezicht vanuit zijn directe omgeving op termijn, de mogelijke risico's bij uitbreiding van vrijheden op de korte termijn. Er zal een gewogen risico genomen dienen te worden, waarbij enerzijds rekening gehouden dient te worden met risico's en beperkingen, anderzijds motivatie voor behandeling en toekomstperspectief. De wenselijkheid van verruiming van vrijheden en verlof ligt vanuit behandelperspectief voor de hand.
Een vierde kanttekening betreft de overweging om aangaande zijn delictgerelateerde problematiek voor een meer toedekkende benadering te (blijven) kiezen. Dit omdat vanuit de beschikbare informatie onderzochte imponeert als een zwak geïntegreerde man met een
gebrekkige realiteitstoetsing / neiging naar fantaseren / cognitieve vervormingen, die onder
druk naar somatiseren en suïcidaliteit kan neigen. Niet uitgesloten kan worden dat in geval
van oplopende spanningen onderzochte in zijn seksualiseren alsnog neigt naar jongere meisjes (hypothese Veldzicht). Bij een meer toedekkende benadering zou het accent vooral gelegd kunnen worden op het leren hanteren van zijn beperkingen in zijn sociaal-maatschappelijk functioneren. De aangeleerde vaardigheden aangaande coping en communicatie zouden als basis kunnen dienen. De principes van vroegsignalering zouden zich hierbij vooral kunnen richten op bestendiging van een zo stabiel mogelijk evenwicht in een woonwerksituatie. Volledigheidshalve kan opgemerkt worden dat onderzochte in principe als langdurig zorgafhankelijk en langdurig toezichtafhankelijk ingeschat kan worden.
Een vijfde kanttekening bestaat die gemaakt kan worden betreft de mogelijkheid van alsnog
inzetten van medicatie op bijvoorbeeld libido en/of impulsiviteit. Een duidelijke afweging van het al dan niet inzetten van medicatie wordt niet in de stukken aangetroffen.
In eerdere verslaglegging heeft het accent vooral gelegen op de aanwezigheid van risicofactoren, onderbouwing van de als hoog ingeschatte kans op recidive. Met de beslissing van het Gerechtshof de TBS met dwangverpleging te beëindigen is een nieuwe situatie ontstaan. Getoetst dient te worden in hoeverre de structuur en toezicht vanuit de huidige klinische setting toereikend is voor een maatschappelijk acceptabel beveiligingsniveau, basis kan zijn voor verdere (resocialiserende) behandeling. Redelijkerwijs bestaat binnen de huidige klinische setting met 24-uurszorg voldoende toezicht op onderzochte. De stap van TBS met dwangverpleging naar de huidige klinische setting als eerste stap in een resocialisatietraject lijkt hiermee gehaald te zijn. Wel dient rekening gehouden te worden met de mogelijkheid van alsnog onttrekken aan behandeling (vanuit impulsiviteit en/of hechtingsproblematiek).
Samenvattend kan bij afweging van risicofactoren en beschermende factoren vanuit
behandelperspectief redelijkerwijs voldoende onderbouwing verondersteld worden voor het
ingezette behandeltraject. Geadviseerd wordt de huidige maatregel te verlengen voor de
periode van twee jaar."
De getuige-deskundige [naam] ( behandelend psychiater bij [kliniek 1]) heeft ter zitting van 25 juli 2012 het volgende verklaard, kort en zakelijk weergegeven:
De overgang naar een medium beveiligde setting is goed verlopen. Hoewel betrokkene minder mogelijkheden heeft voor vrijetijdsbesteding dan in Zeeland, heeft hij dit goed opgevangen. Hij is een nieuwe, tweede relatie aangegaan in februari 2012. Ik sluit mij aan bij het advies om de TBS met twee jaar te verlengen. Ik acht een verlenging van de TBS met slechts één jaar te kort. Betrokkene heeft nu 2 uren verlof per week. Het is de bedoeling dat er geleidelijk aan meer vrijheden aan betrokkene worden toegekend. Het risico is thans aanvaardbaar. De behandeling heeft blijkbaar een stabiliserend effect gehad. De uiting van de seksuele voorkeur voor jonge meisjes lijkt zich met name voor te doen als de relatie van betrokkene niet goed verloopt en bij stress. Een woning op het terrein van [kliniek 1] voor betrokkene en zijn partner zou in de toekomst tot de mogelijkheden kunnen behoren.
De terbeschikkinggestelde heeft verklaard, kort en zakelijk weergegeven:
Ik wil dat de TBS wordt beëindigd. Ik praat elke week met de psychiater en de reclasseringsmedewerker, mevrouw Van de Kerkhof. Het contact met mevrouw Van de Kerkhof gaat fantastisch. Wij zitten op één lijn. In Zeeland was het 10 keer prettiger dan op [kliniek 1]. Ik zou worden overgeplaatst naar de [kliniek 3] om meer ruimte en verlof te kunnen krijgen. Ik heb al meer dan 25 jaar niets meer met kinderen gehad. Mijn verloven zijn allemaal perfect verlopen.
De raadsman heeft aangevoerd, verkort en zakelijk weergegeven:
Cliënt heeft een relatie met een mede-TBS gestelde die verblijft op een open afdeling. Zij zal binnenkort in een open setting komen te wonen op het terrein van [kliniek 1]. Onderzocht moet worden of zij gezamenlijk in één van de woningen kunnen wonen. Ik wil de rechtbank verzoeken de voorwaarden uit te breiden zodat ze de mogelijkheid bieden voor cliënt om in een open setting op het terrein van [kliniek 1] te komen wonen. Ik verzoek in dat kader ook om de TBS te verlengen met één jaar. Ik stel voor om het voorstel van de reclassering over te nemen betreffende het verlof met GPS zodat cliënt gebonden blijft aan de kliniek. Ik stel mij op het standpunt dat de voorwaarden kunnen worden aangepast. Momenteel bestaat er geen groot risico meer en cliënt wil overal aan meewerken.
De officier van justitie heeft gepersisteerd bij haar vordering strekkende tot een verlenging van de TBS met een termijn van twee jaren en aangevoerd, verkort en zakelijk weergegeven:
Ik acht op basis van de stukken het recidivegevaar nog steeds heel hoog. Uit de laatste verlengingsbeslissing vloeit voort dat eerdere behandelingen niet succesvol waren. Betrokkene heeft van het Hof Arnhem een kans gekregen met de voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging. Ik acht het bestaan van deze situatie nog te kort om een duidelijk oordeel te vormen over de risico's, en ik vind een verlenging voor de duur van één jaar daarom te kort. Tevens trek ik de oprechtheid van betrokkene voor wat betreft de relaties die hij is is aangegaan, in twijfel. Ik vermoed dat deze relaties louter instrumenteel zijn.
Ik acht het thans nog veel te vroeg voor een verzoek tot aanpassing van de voorwaarden. Eventueel kan, indien de situatie zich daarvoor leent, tussentijds een verzoek tot aanpassing van de voorwaarden worden gedaan. Tijdens voorgaande verloven ging het telkens mis. In aanmerking genomen de beslissing van het hof kan het niet anders dan dat een verlenging van de TBS met twee jaar in de rede ligt.
De rechtbank verenigt zich met het advies van psychiater [naam] en de reclassering en het ter terechtzitting gegeven, daarop aansluitende advies van de getuige-deskundige [naam]. Gelet op het vorenstaande, gezien de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen de verlenging van de terbeschikkingstelling eist en wel voor de duur van twee jaar.
Voor een verlenging van kortere duur, zoals door de raadsman is verzocht, ziet de rechtbank in de adviezen en het (overige) verhandelde ter zitting, geen aanknopingspunten. De rechtbank slaat daarbij, naast het gestelde omtrent het recidive-risico, tevens acht op het feit dat betrokkene feitelijk nog slechts relatief kort onder voorwaarden in de kliniek van [kliniek 1] verblijft.
In het gestelde in het reclasseringsadvies en gelet op het feit dat betrokkene thans feitelijk niet op de longcare afdeling van [kliniek 1] verblijft, maar binnen de kliniek in een medium beveiligde setting, ziet de rechtbank aanleiding de bij het arrest van het Hof van 10 juni 2011 gestelde voorwaarden aan te passen, zodanig dat deze komen te luiden als hierna volgt.
De rechtbank zal daarbij bepalen dat betrokkene binnen de kliniek van [kliniek 1] dient te verblijven, op een afdeling met een voor hem noodzakelijk geacht niveau van beveiliging. Een verdere verruiming van de voorwaarden omtrent het verblijf, zoals door de raadsman bepleit en inhoudende dat het betrokkene wordt toegestaan (in een woning) op het terrein van [kliniek 1] te verblijven, acht de rechtbank prematuur. Het verzoek op dit punt wordt afgewezen.
Gewijzigde voorwaarden:
* De terbeschikkinggestelde zal zich niet schuldig maken aan enig strafbaar feit;
* De terbeschikkinggestelde stelt zich onder toezicht van reclassering Nederland en gedraagt zich naar de (indien nodig of gewenst schriftelijk door de reclassering vast te leggen) aan hem door of namens deze instelling te geven aanwijzingen.
Onderdeel van deze aanwijzingen maakt in ieder geval uit:
1. de terbeschikkinggestelde verblijft binnen de kliniek van [kliniek 1][plaats], op een afdeling met een voor hem noodzakelijk geacht niveau van beveiliging;
2. de terbeschikkinggestelde zal zich houden aan de hem door medewerkers van [kliniek 1][plaats] te geven aanwijzingen;
3. de terbeschikkinggestelde zal indien dit door de reclassering noodzakelijk wordt geacht, meewerken aan een in het kader van Forensisch Psychiatrisch Toezicht tijdelijke terugplaatsing naar de [kliniek], dan wel een vergelijkbare instelling. Deze time-outplaatsing duurt zolang als door de reclassering en/of behandelaars nodig wordt gevonden om de terbeschikkinggestelde op verantwoorde en veilige wijze terug te laten keren naar de omstandigheden voorafgaand aan de time-out. Tijdens de time-out zullen partijen in overleg beslissen op welke wijze voortzetting van het traject al of niet mogelijk en haalbaar is;
4. Wanneer betrokkene gebruik maakt van onbegeleid verlof zal hij zich conformeren aan de daarvoor nader op te stellen afspraken door behandelaar, Openbaar Ministerie en reclassering, ook als dit inhoudt het gebruik van het GPS systeem van de reclassering.
Met betrekking tot de wijzigingen van de voorwaarden voornoemd heeft de rechtbank gelet op de artikelen 38g en 38i van het Wetboek van Strafrecht.
DE BESLISSING
De rechtbank:
verlengt de termijn gedurende welke [terbeschikking gestelde] ter beschikking is gesteld met twee jaren.
wijzigt de bij arrest van het Gerechtshof Arnhem d.d. 10 juni 2011 in het kader van de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege gestelde voorwaarden aldus dat deze thans luiden als volgt:
* De terbeschikkinggestelde zal zich niet schuldig maken aan enig strafbaar feit;
* De terbeschikkinggestelde stelt zich onder toezicht van reclassering Nederland en gedraagt zich naar de (indien nodig of gewenst schriftelijk door de reclassering vast te leggen) aan hem door of namens deze instelling te geven aanwijzingen.
Onderdeel van deze aanwijzingen maakt in ieder geval uit:
1. de terbeschikkinggestelde verblijft binnen de kliniek van [kliniek 1][plaats], op een afdeling met een voor hem noodzakelijk geacht niveau van beveiliging;
2. de terbeschikkinggestelde zal zich houden aan de hem door medewerkers van [kliniek 1][plaats] te geven aanwijzingen;
3. de terbeschikkinggestelde zal indien dit door de reclassering noodzakelijk wordt geacht, meewerken aan een in het kader van Forensisch Psychiatrisch Toezicht tijdelijke terugplaatsing naar de [kliniek], dan wel een vergelijkbare instelling. Deze time-outplaatsing duurt zolang als door de reclassering en/of behandelaars nodig wordt gevonden om de terbeschikkinggestelde op verantwoorde en veilige wijze terug te laten keren naar de omstandigheden voorafgaand aan de time-out. Tijdens de time-out zullen partijen in overleg beslissen op welke wijze voortzetting van het traject al of niet mogelijk en haalbaar is;
4. Wanneer betrokkene gebruik maakt van onbegeleid verlof zal hij zich conformeren aan de daarvoor nader op te stellen afspraken door behandelaar, Openbaar Ministerie en reclassering, ook als dit inhoudt het gebruik van het GPS systeem van de reclassering.
Deze beslissing is gegeven door
mr. N.M. Spelt, voorzitter,
mr. S.J.W. Hermans en mr. R.J. Bokhorst, leden,
in tegenwoordigheid van mr. F. van der Weele, griffier,
en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 8 augustus 2012.
mr. R.J. Bokhorst is buiten staat deze uitspraak mede te ondertekenen.