ECLI:NL:RBSHE:2012:BW0830
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot terugbetaling van PGB-gelden en proceskostenveroordeling
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 4 april 2012 uitspraak gedaan in een civiele procedure betreffende de terugvordering van PGB-gelden door eiseres, een ziekenfonds gevestigd te Tilburg, van gedaagden, die als ontvangers van deze gelden zijn aangemerkt. De rechtbank heeft vastgesteld dat gedaagden niet tijdig bezwaar hebben gemaakt tegen de vaststellingsbeschikkingen die aan de vordering ten grondslag liggen, waardoor deze beschikkingen onherroepelijk zijn geworden. Eiseres vorderde onder andere wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten, maar de rechtbank oordeelde dat er geen sprake was van onverschuldigde betaling, omdat de verantwoording van de PGB-gelden door gedaagden niet tijdig was ingediend.
De rechtbank heeft in haar overwegingen benadrukt dat gedaagden, ondanks hun stelling dat zij de budgetafrekeningen niet hebben ontvangen, op de hoogte zijn geraakt van het bestaan van deze beschikkingen en de mogelijkheid om bezwaar te maken. De rechtbank concludeerde dat gedaagden niet hebben aangetoond dat zij redelijkerwijs niet in staat waren om bezwaar te maken, waardoor de beschikkingen onherroepelijk zijn geworden. De vordering tot betaling van de restant hoofdsom van € 3.293,44 werd toegewezen, evenals de wettelijke rente over dit bedrag, berekend vanaf de ingangsdatum van de rente tot aan de datum van betaling.
Daarnaast heeft de rechtbank gedaagden in de proceskosten veroordeeld, ondanks het feit dat een groot deel van de aanvankelijke vordering niet langer werd gehandhaafd. De rechtbank overwoog dat gedaagden door hun niet-tijdige verantwoording eiseres tot het starten van de procedure hebben genoodzaakt. De totale proceskosten werden begroot op € 2.605,31. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.