ECLI:NL:RBSHE:2012:BV8575

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
15 maart 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
01/825449-11
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van gewapende overval op juwelier

Op 15 maart 2012 heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan in de zaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van een gewapende overval op een juwelier in Eindhoven. De tenlastelegging betrof een overval die op of omstreeks 27 augustus 2011 zou hebben plaatsgevonden, waarbij de verdachte samen met anderen sieraden heeft weggenomen met geweld en bedreiging. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat er geen gronden waren voor schorsing van de vervolging. Tijdens de zitting heeft de officier van justitie om vrijspraak verzocht, omdat er onvoldoende wettig bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte. De verdediging heeft dit standpunt ondersteund en ook gepleit voor vrijspraak. Na zorgvuldige overweging heeft de rechtbank geoordeeld dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte schuldig te verklaren voor de ten laste gelegde feiten. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de beschuldigingen, omdat het bewijs niet wettig en overtuigend was. Tevens is de benadeelde partij in haar vordering niet-ontvankelijk verklaard, en zijn de kosten van de partijen gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten draagt. Dit vonnis is uitgesproken door de meervoudige kamer van de rechtbank, met inachtneming van de vordering van de officier van justitie en de argumenten van de verdediging.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH
Sector Strafrecht
Parketnummer: 01/825449-11
Datum uitspraak: 15 maart 2012
Vonnis van de rechtbank ’s-Hertogenbosch, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [1992],
wonende te [woonplaats], [adres].
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 1 maart 2012.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.
De tenlastelegging.
De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 8 februari 2012.
Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 27 augustus 2011 te Eindhoven tezamen en in vereniging met
een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke
toe-eigening heeft weggenomen een hoeveelheid sieraden, in elk geval enig
goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer 1] gelegen aan de [adres] te Eindhoven en/of [benadeelde], in elk geval aan een ander of anderen dan
aan verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of
vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [slachtoffer 2]
en/of [slachtoffer3] en/of [slachtoffer4] en/of [slachtoffer5], gepleegd met het oogmerk om
die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij
betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s) hetzij de
vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld hierin bestond(en) dat verdachte
en/of een of meer van zijn mededader(s) een vuurwapen, in elk geval een op een
vuurwapen gelijkend voorwerp, heeft/hebben gericht op voornoemde personen
en/of een telefoon uit de handen van [slachtoffer 2] heeft/hebben gerukt;
art. 312 Wetboek van Strafrecht
De formele voorvragen.
Bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken dat de dagvaarding geldig is. De rechtbank is bevoegd van het tenlastegelegde kennis te nemen en de officier van justitie kan in zijn vervolging worden ontvangen. Voorts zijn er geen gronden gebleken voor schorsing van de vervolging.
Het standpunt van de officier van justitie.
De officier van justitie heeft tot vrijspraak van het ten laste gelegde gerekwireerd wegens het ontbreken van wettig bewijs.
Een kopie van de vordering van de officier van justitie is als bijlage aan dit vonnis gehecht.
Het standpunt van de verdediging.
De verdediging is eveneens van mening dat verdachte dient te worden vrijgesproken van het hem ten laste gelegde.
Vrijspraak.
De rechtbank acht niet wettig bewezen hetgeen aan verdachte is ten laste gelegd, zodat de verdachte daarvan behoort te worden vrijgesproken. Er is onvoldoende rechtstreeks bewijs voor betrokkenheid van verdachte bij de ten laste gelegde overval.
De vordering van de benadeelde partij.
Nu verdachte van het hem tenlastegelegde feit zal worden vrijgesproken, dient de benadeelde partij [benadeelde] in de vordering niet ontvankelijk te worden verklaard.
De rechtbank zal de kosten van partijen compenseren aldus, dat elke partij de eigen kosten
draagt.
DE UITSPRAAK
Vrijspraak, achtende de rechtbank het tenlastegelegde niet wettig bewezen.
Niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij
[benadeelde], in haar vordering.
Compenseert de kosten van partijen aldus, dat elke partij de eigen kosten
draagt.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. N.M. Spelt, voorzitter,
mr. W.M. Weerkamp en mr. W.T.A.M. Verheggen, leden,
in tegenwoordigheid van L. Scholl, griffier,
en is uitgesproken op 15 maart 2012.
Mr. Verheggen is buiten staat dit vonnis te ondertekenen.