ECLI:NL:RBSHE:2012:BV3489
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor dealen in cocaïne met een gevangenisstraf van 42 maanden
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 9 februari 2012 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen [verdachte1], die werd beschuldigd van het dealen in cocaïne gedurende de periode van 1 juli 2007 tot 15 juli 2011. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk cocaïne heeft verkocht, afgeleverd, verstrekt en vervoerd. De tenlastelegging was gebaseerd op diverse bewijsmiddelen, waaronder tapgesprekken, getuigenverklaringen en in beslag genomen cocaïne. De rechtbank heeft geoordeeld dat er voldoende bewijs was voor de handel in cocaïne, ondanks de verdediging die stelde dat er onvoldoende wettig bewijs was. De rechtbank verwierp het verweer van de verdediging dat de taps onrechtmatig waren en concludeerde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan het dealen van cocaïne op aanzienlijke schaal.
De rechtbank heeft de ernst van het delict meegewogen, evenals het feit dat de verdachte eerder was veroordeeld voor een Opiumwetfeit. De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 42 maanden, met aftrek van voorarrest, en oordeelde dat er geen gronden waren voor een voorwaardelijke straf. De rechtbank benadrukte dat de verdachte geen inzicht had getoond in de ernst van zijn daden en dat zijn handelen schadelijk was voor de gezondheid van anderen en de maatschappij. De uitspraak is gedaan in het kader van de strafrechtelijke procedure, waarbij de rechtbank de vordering van de officier van justitie heeft gevolgd.