ECLI:NL:RBSHE:2012:862

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
14 maart 2012
Publicatiedatum
30 april 2013
Zaaknummer
238207 / HA ZA 11-1582
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vonnis in incident betreffende schadevergoeding en voorlopige voorzieningen in civiele zaak NLC '03

In deze civiele procedure, die diende voor de Rechtbank 's-Hertogenbosch, is een vonnis gewezen in een incident op 14 maart 2012. De eiseres, de vereniging NLC '03, heeft in de hoofdzaak schadevergoeding gevorderd van de gedaagden, [eiser 1] en [eiser 2], wegens verduistering van gelden door [eiser 1], die als penningmeester van NLC '03 fungeerde. [eiser 2], de echtgenoot van [eiser 1], heeft een schuldbekentenis getekend. In de incidentele procedure hebben [eiser 1] en [eiser 2] NLC '03 verzocht om zich te onthouden van uitlatingen die hun eer en goede naam aantasten, en om afgifte van bepaalde financiële documenten. De rechtbank heeft de partijen opgeroepen voor een comparitie van partijen om inlichtingen te geven en te onderzoeken of er mogelijkheden zijn voor een minnelijke regeling. De comparitie is gepland op 8 juni 2012, waarbij de rechtbank heeft bepaald dat [eiser 1] en [eiser 2] persoonlijk aanwezig moeten zijn. De rechtbank heeft ook aangegeven dat zij uit het niet verschijnen van een partij ter comparitie de nodige gevolgtrekkingen kan maken. Het vonnis is openbaar uitgesproken door mr. B.C.W. Geurtsen-van Eeden.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK's-Hertogenbosch
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 238207 / HA ZA 11-1582
Vonnis in incident van 14 maart 2012
in de zaak van
de vereniging met volledige rechtsbevoegdheid
NORBERT LITTA COMBINATIE '03,
gevestigd te Lith, gemeente Oss,
eiseres in conventie in de hoofdzaak,
verweerster in reconventie in de hoofdzaak,
verweerster in het incident,
advocaat mr. A.Th.L. van Zandvoort te Oss,
tegen

1.[eiser 1],

wonende te Lith,
2.
[eiser 2],
wonende te Lith,
gedaagden in conventie in de hoofdzaak,
eisers in reconventie in de hoofdzaak,
eisers in het incident,
advocaat mr. R.H. Kuiper te Zoetermeer.
Partijen zullen hierna NLC '03, [eiser 1] en [eiser 2] worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de conclusie van antwoord tevens houdende:
  • eis in reconventie en
  • incidentele vordering tot inzage/afgifte van bescheiden
  • incidentele vordering tot het treffen van een voorlopige voorziening
  • de incidentele conclusie van antwoord.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald in het incident.

2.De beoordeling

2.1.
In de hoofdzaak vordert NLC '03 veroordeling van gedaagden tot betaling van schadevergoeding bestaande uit door van [eiser 1] in haar hoedanigheid van penningmeester van NLC '03 verduisterde gelden en waarvoor [eiser 2] – gehuwd met [eiser 1] – een schuldbekentenis heeft getekend.
2.2.
[eiser 1] en [eiser 2] vorderen in de incidentele procedure:
2.2.1.
NLC '03 te verbieden – op straffe van verbeurte van een dwangsom - om uitlatingen te doen die de eer en goede naam van [eiser 1] en van [eiser 2] aantasten door zich uit te laten en/of te suggereren dat [eiser 1] gelden van NLC '03 heeft verduisterd of anderszins zich onrechtmatig gelden heeft toegeëigend en dat [eiser 2] hierbij op enigerlei wijze is betrokken;
2.2.2.
NLC '03 te veroordelen – op straffe van verbeurte van een dwangsom - tot afgifte van kopieën aan NLC '03 en [eiser 1] van:
  • het door de kascommissie ondertekende formulier ten behoeve van de algemene ledenvergadering van NLC '03 van 18 januari 2011
  • de notulen van de algemene ledenvergadering van 23 mei 2011 en van 27 juni 2011
  • de gevoerde financiële administratie door de voormalige [penningmeester]
  • de goedkeurende verklaring van de kascommissie van de door[penningmeester] gevoerde administratie.
2.3.
NLC '03 voert verweer tegen de incidentele vorderingen.
2.4.
De rechtbank zal in de incidentele procedure een comparitie bevelen om inlichtingen over de zaak te vragen en om te onderzoeken of partijen het op een of meer punten met elkaar eens kunnen worden.
2.5.
Het komt de rechtbank geraden voor dat in de hoofdzaak eveneens een comparitie van partijen zal worden bevolen en wel op dezelfde terechtzitting en ten overstaan van dezelfde rechter als de comparitie van partijen die de rechtbank in het incident zal bevelen.
2.6.
NLC '03 heeft de gelegenheid de conclusie van antwoord in reconventie ter comparitie te nemen. NLC '03 moet een schriftelijke conclusie uiterlijk twee weken voor aanvang van de comparitie toezenden. Na de comparitie kan deze conclusie niet meer genomen worden.
2.7.
De rechtbank wijst erop dat zij uit een niet verschijnen van een partij ter comparitie de gevolgtrekkingen - ook in het nadeel van die partij - kan maken die zij geraden zal achten.
2.8.
De behandeling van de zaak ter comparitie zal in beginsel de volgende onderwerpen bevatten. De rechter zal beginnen met een aantal formaliteiten. Vervolgens zal de rechter zo nodig vragen stellen over de feiten en over de standpunten van partijen waarin inzicht moet bestaan om tot een oordeel te kunnen komen.
2.9.
In beginsel wordt ter comparitie aan de raadslieden van partijen de gelegenheid geboden de standpunten van partijen nader toe te lichten. Daarbij mag gebruik worden gemaakt van spreekaantekeningen. Verkapte conclusies zijn niet toegestaan.
2.10.
Op de comparitie zal, eventueel aan de hand van een voorlopig oordeel over de zaak, worden nagegaan hoe de verdere gang van de procedure moet zijn. Daarbij kan ook de mogelijkheid van een schikking of inschakeling van een mediator aan de orde komen. Partijen moeten er op voorbereid zijn, dat de rechtbank een mondeling tussenvonnis kan wijzen. De zitting eindigt met een aantal formaliteiten.

3.De beslissing

De rechtbank
in het incident en in de hoofdzaak in conventie en in reconventie
3.1.
beveelt een verschijning van partijen, bijgestaan door hun advocaten, voor het geven van inlichtingen en ter beproeving van een minnelijke regeling op de terechtzitting van mr. O.A.J.M. Lavrijssen in het paleis van justitie te 's-Hertogenbosch aan de Leeghwaterlaan 8 op vrijdag 8 juni 2012 van 9:00 tot 12:00 uur,
3.2.
bepaalt dat [eiser 1] en [eiser 2] dan in persoon aanwezig moeten zijn en dat NLC '03 dan vertegenwoordigd moet zijn door iemand die van de zaak op de hoogte is en hetzij rechtens hetzij op grond van een bijzondere schriftelijke volmacht bevoegd is haar te vertegenwoordigen,
3.3.
bepaalt dat de partij die op genoemd tijdstip niet kan verschijnen,
binnen twee wekenna de datum van dit vonnis schriftelijk en gemotiveerd aan de rechtbank ter attentie van de roladministratie van de sector civiel - om een nadere dag- en uurbepaling dient te vragen onder opgave van de verhinderdata van alle partijen in de drie maanden volgend op het uitstelverzoek,
3.4.
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.C.W. Geurtsen-van Eeden en in het openbaar uitgesproken op 14 maart 2012.