ECLI:NL:RBSHE:2011:BQ2707
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van poging tot doodslag en zware mishandeling door inconsistentie in verklaringen
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 27 april 2011 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van poging tot doodslag en zware mishandeling. De zaak was aanhangig gemaakt na een aangifte van de aangever op 23 juni 2009, die stelde dat hij op 8 april 2009 in 's-Hertogenbosch door de verdachte met een mes was verwond. De rechtbank heeft tijdens de zittingen, die plaatsvonden op verschillende data, de verklaringen van de aangever en getuigen zorgvuldig onderzocht. De rechtbank concludeerde dat de verklaring van de aangever inconsistent was en niet voldoende steun vond in de verklaringen van de getuigen. De getuigenverklaringen verschilden op essentiële punten van de verklaring van de aangever, wat de geloofwaardigheid van de aangifte ondermijnde. De officier van justitie had gevorderd tot bewezenverklaring van de poging tot zware mishandeling, maar de rechtbank oordeelde dat de aangifte en de getuigenverklaringen onvoldoende bewijs boden voor een veroordeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat er geen gronden waren voor schorsing van de vervolging. Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat er niet wettig en overtuigend bewezen was dat de verdachte de dader was van de verwondingen aan de aangever. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van de tenlastegelegde feiten.