ECLI:NL:RBSHE:2011:BQ1541
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verkeerde toepassing van artikel 122 Faillissementswet door rechtbank hersteld met verwijzing naar aanhangige appelprocedure
In deze zaak, die voor de Rechtbank 's-Hertogenbosch diende, ging het om een vordering van de Ontvanger van de Belastingdienst tegen de besloten vennootschap [X] IJzergieterij B.V. De procedure was een gevolg van een eerder faillissement van Beleggingsmaatschappij [Z]. De rechter-commissaris had partijen verwezen naar de rechtbank, maar verzuimde daarbij de uitzondering toe te passen die geldt wanneer een geschil al aanhangig is. Dit leidde tot een onjuiste toepassing van artikel 122 van de Faillissementswet (Fw). De rechtbank besloot de ten onrechte bij hen gestarte renvooiprocedure te sluiten en verwees partijen naar de procedure die aanhangig was bij het Gerechtshof 's Hertogenbosch. Deze procedure was op dat moment geschorst in verband met het faillissement van [Z]. De rechtbank oordeelde dat [X] in de plaats van [Z] partij zou worden in het geding. De kosten van het incident werden gecompenseerd, omdat geen van de partijen als in het ongelijk gestelde partij kon worden aangemerkt. Het vonnis werd uitgesproken op 30 maart 2011 door mr. B.C.W. Geurtsen-van Eeden.