ECLI:NL:RBSHE:2010:BO3678
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M. Kramer
- L.F.A. Bos
- Rechtspraak.nl
Teruggeleiding van minderjarigen naar Italië en vaststellingsovereenkomst tussen ouders
In deze zaak heeft de Centrale Autoriteit haar verzoek tot teruggeleiding van de minderjarigen naar Italië ingetrokken. De vader en de moeder zijn op 31 juli 2010 overeengekomen dat de minderjarigen hun gewone verblijfplaats bij de moeder in Nederland zullen hebben. Dit heeft geleid tot het einde van de bevoegdheid van de Italiaanse rechter ter zake van de ouderlijke verantwoordelijkheid, zoals vastgelegd in artikel 10 aanhef en onder a van Brussel IIbis. De rechtbank heeft vastgesteld dat het verzoek tot opname van de vaststellingsovereenkomst is ingekomen nadat de minderjarigen hun hoofdverblijfplaats in Nederland hebben verkregen, waardoor de Nederlandse rechter bevoegd is om van het verzoek kennis te nemen.
De Centrale Autoriteit, mede namens de vader, en de moeder hebben gezamenlijk verzocht om de door hen ondertekende vaststellingsovereenkomst in de beschikking op te nemen. De rechtbank heeft besloten om hieraan te voldoen, aangezien niet is gebleken dat het belang van de minderjarigen zich daartegen verzet. De rechtbank heeft de onderlinge regeling ter zake van de ouderlijke verantwoordelijkheid aangaande de minderjarigen, geboren in Italië, opgenomen in de beschikking en verklaarde deze uitvoerbaar bij voorraad.
De zaak is behandeld door de enkelvoudige kamer van de rechtbank 's-Hertogenbosch, waarbij de vader en de moeder, samen met hun advocaten, aanwezig waren. De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken en het verhandelde ter terechtzitting, en heeft de relevante feiten en verzoeken in overweging genomen. De rechtbank heeft de beschikking op 3 september 2010 uitgesproken, waarbij de onderlinge afspraken tussen de ouders zijn bekrachtigd.