ECLI:NL:RBSHE:2010:BN2332
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Bestuurdersaansprakelijkheid en voorzieningen voor schuldeisers in faillissementssituaties
In deze zaak, uitgesproken op 21 juli 2010 door de Rechtbank 's-Hertogenbosch, staat de aansprakelijkheid van de bestuurder van Astra BV centraal. Eiser, vertegenwoordigd door mr. J.A.Th.M. van Zinnicq Bergmann, vordert schadevergoeding van gedaagde, de bestuurder van Astra, omdat hij zou hebben nagelaten voorzieningen te treffen voor de schuldeisers van Astra. De procedure volgt op een eerdere arbitrageprocedure waarbij Astra werd veroordeeld tot schadevergoeding aan eiser. Eiser stelt dat gedaagde in strijd heeft gehandeld met zijn zorgplicht door de activiteiten van Astra over te hevelen naar nieuwe vennootschappen zonder adequate voorzieningen te treffen voor de vorderingen van eiser.
De rechtbank onderzoekt of gedaagde voldoende rekening heeft gehouden met de belangen van de schuldeisers bij de reorganisatie van Astra. Gedaagde voert aan dat er wel degelijk een boekhoudkundige voorziening is getroffen in de jaarrekening van 2005, ter hoogte van EUR 100.000,-, en dat Astra in staat was om aan haar betalingsverplichtingen te voldoen. Eiser betwist dit en stelt dat de getroffen voorziening onvoldoende is en dat gedaagde niet heeft gehandeld in het belang van de schuldeisers.
De rechtbank oordeelt dat gedaagde niet in strijd heeft gehandeld met zijn zorgplicht, omdat niet is komen vast te staan dat er geen adequate voorziening is getroffen. De rechtbank wijst de vorderingen van eiser af en veroordeelt hem in de proceskosten. Dit vonnis benadrukt de verantwoordelijkheden van bestuurders in faillissementssituaties en de noodzaak om zorg te dragen voor de belangen van schuldeisers.