ECLI:NL:RBSHE:2009:BK5649
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van de stichting in haar vorderingen wegens niet voldoen aan substantiëringsplicht
In deze zaak heeft de kantonrechter te Helmond op 11 november 2009 uitspraak gedaan in een geschil tussen de stichting Stichting W en J.C. Z, die beiden betrokken waren bij een huurkwestie. Eiseres, de stichting, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde vanwege een huurachterstand van € 602,79. De stichting stelde dat de gedaagde, Z, in ernstige mate tekortschiet in zijn verplichtingen. Z voerde echter aan dat de huurachterstand onterecht was opgeblazen en dat de huursom onjuist was vermeld in de dagvaarding. Hij stelde dat de huurprijs vanaf juli 2009 € 435,51 per maand bedroeg en dat de achterstand niet meer dan € 441,79 was.
Tijdens de comparitie op 23 oktober 2009 werd duidelijk dat de stichting niet had voldaan aan de substantiëringsplicht in de dagvaarding. De kantonrechter oordeelde dat de stichting willens en wetens foutieve informatie had verstrekt over de huurprijs, wat in strijd was met een goede procesorde. Hierdoor werd de stichting niet-ontvankelijk verklaard in haar vorderingen.
In reconventie vorderde Z dat de stichting zou worden bevolen om werkzaamheden op een lijst van 35 punten uit te voeren en een vergoeding van € 900,= te betalen. De kantonrechter wees deze vorderingen af, omdat Z onvoldoende had onderbouwd dat de punten op de lijst gebreken aan het gehuurde betroffen. De kantonrechter concludeerde dat er geen sprake was van ernstige gebreken die de stichting verplichtten tot herstel. De kosten van de procedure werden toegewezen aan de stichting, die in de kosten van Z werd veroordeeld tot een bedrag van € 100,= voor reis- en verletkosten.