Uitspraak
RECHTBANK ‘s-HERTOGENBOSCH
[Internationaal Transportbedrijf] B.V.,
1.De procedure
- de dagvaarding van 23 september 2008 met negen producties;
- de conclusie van antwoord van 6 november 2008 zijdens [Internationaal Transportbedrijf] met negen producties;
- de aantekeningen die de griffier heeft gemaakt tijdens de comparitie van partijen d.d. 13 januari 2009, alwaar namens eiser verschenen eiser zelf en zijn gemachtigde voornoemd, die tevens als tolk is opgetreden, en namens gedaagde verschenen de heer [Van E.], manager Afdeling Personeelszaken bij [Internationaal Transportbedrijf] en de gemachtigde van gedaagde voornoemd.
2.De vaststaande feiten
Op donderdag 28 juni neemt u met ondergetekende telefonisch contact op om aan te geven dat u met onmiddellijke ingang 3 weken vakantie wenst om voor uw vrouw , die eerder deze week haar been brak, te zorgen. Toen aan u te kennen werd gegeven dat, dat problematisch zou zijn in verband met de reeds lopende vakanties van uw collega chauffeurs, gaf u aan dan per direct ontslag te nemen.
I do not accept the comments in your letter dated 29 June 2007. I have not resigned nor terminated my contract”.
voor de nodige feitenvaststelling is de kort gedingprocedure niet het geëigende forum”.
dat onvoldoende aannemelijk is geworden dat er sprake is van een blijvende verstoring van de arbeidsverhouding”, dit omdat [Internationaal Transportbedrijf] herhaalde malen ter zitting zou hebben aangegeven dat zij [eiser] graag als chauffeur terug wilde hebben.
Ter voorkoming van verder procedures blijft cliënte bereid u werkzaamheden aan te bieden. Indien u uw werkzaamheden voor cliënte voort wenst te zetten, verneem ik dat gaarne van u; u kunt uw werkzaamheden dan ingang 1 januari 2008 hervatten”.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Brussel I”) bevoegd in deze zaak waarbij een werknemer die niet woonachtig is in Nederland, zijn wel in Nederland – gezien artikel 60 EEX-Verordening – ‘woonachtige’ werkgever heeft gedagvaard.
I get the leave or I resign”of woorden van gelijke strekking; dat [Van E.] aan [eiser] heeft voorgehouden wat de consequenties waren van zelf ontslag nemen en een document voor beëindiging met wederzijds goedvinden heeft opgesteld; dat [eiser] de aan [Internationaal Transportbedrijf] toebehorende zaken heeft ingeleverd; dat [eiser] bij het verlaten van het pand van [Internationaal Transportbedrijf] tegen de heer [J.], ook werkzaam bij [Internationaal Transportbedrijf], heeft gezegd dat hij ontslag had genomen; dat mevrouw [H.], ook werkzaam bij [Internationaal Transportbedrijf], het gesprek tussen [Van E.] en [eiser] heeft gevolgd en daarover kan verklaren.
geen arbeid geen loon’) dient te gelden. [Internationaal Transportbedrijf] heeft hierbij er tevens op gewezen dat zij diverse malen aan [eiser] heeft aangeboden dat hij weer bij [Internationaal Transportbedrijf] kon komen werken. In de brief van 20 december 2007 (zie onderdeel 2.8) is een dergelijk aanbod, namelijk hervatting per 1 januari 2008 met zoveel woorden inderdaad te lezen.
5.De beslissing
donderdag 19 maart 2009voor conclusie na comparitie zijdens [eiser] als bedoeld in onderdeel 4.12.;