ECLI:NL:RBSHE:2008:BG7973
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Schorsing van de vervolging in een strafzaak betreffende namaakmerken van Crocs
In de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1956 en wonende te [woonplaats], werd op 4 november 2008 door de Rechtbank 's-Hertogenbosch uitspraak gedaan. De verdachte werd beschuldigd van het opzettelijk invoeren en verkopen van valse merken, specifiek namaak Crocs-schoenen, in strijd met artikel 337 van het Wetboek van Strafrecht. De zaak was aanhangig gemaakt bij dagvaarding op 3 maart 2008, en de tenlastelegging betrof een incident dat plaatsvond op of omstreeks 1 september 2007 te Helmond.
Tijdens de zitting werd vastgesteld dat de dagvaarding geldig was en dat de rechtbank bevoegd was om van de zaak kennis te nemen. De officier van justitie kon in zijn vervolging worden ontvangen. Echter, de rechtbank besloot de vervolging te schorsen tot 7 april 2009. Dit besluit was gebaseerd op het feit dat het modelrecht van Crocs op 12 december 2007 door het Bureau voor Harmonisatie binnen de Interne Markt nietig was verklaard, en dat Crocs in hoger beroep was gegaan tegen deze beslissing. De rechtbank oordeelde dat de waardering van het tenlastegelegde feit afhankelijk was van de uitspraak van de burgerlijke rechter over dit geschilpunt.
De rechtbank verwachtte dat de kamer van beroep begin 2009 uitspraak zou doen, en schorste daarom de vervolging voor een bepaalde tijd om deze uitspraak af te wachten. De rechtbank gaf aan dat de verdachte en zijn raadsman zonder nadere oproeping weer aanwezig moesten zijn op het tijdstip van hervatting van de zaak. Dit vonnis werd uitgesproken door de voorzitter en twee leden van de rechtbank, in tegenwoordigheid van de griffier.