RECHTBANK ’s-HERTOGENBOSCH
Sector bestuursrecht
Zaaknummer: AWB 08/2249 PROCES-VERBAAL
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van 4 juli 2008
[verzoeker], h.o.d.n. Café [café],
te [plaats],
verzoeker,
gemachtigde mr. W. Bosma,
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Geldrop-Mierlo,
verweerder,
gemachtigden H.T.J. Keyzers, ing. J.W.A. Bastiaans en J.W. [medewerkster].
Bij besluit van 26 juni 2008, verzonden 27 juni 2008, heft verweerder verzoeker onder meer ontheffing verleend voor het in gebruik hebben van eeen geluids-/muziekinstallatie en het ten gehore brengen van live muziek vanaf het podium aan de [weg] op zaterdag 5 juli 2008 van 08.00 tot 02.00 uur. Aan deze ontheffing zijn - voor zover hier van belang - onder het kopje “Geluid” onder punt 3 en 4 de voorwaarden verbonden dat de geluidsinstallatie om 02.00 uur wordt uitgeschakeld en van 02.00 uur tot 04.00 uur uitsluitend akoestische (dus niet versterkte) muziek ten gehore mag worden gebracht.
Bij brieven van 3 juli 2008 heeft verzoeker tegen dit besluit bij verweerder bezwaar gemaakt en heeft hij de voorzieningenrechter van deze rechtbank verzocht ter zake van dit besluit een voorlopige voorziening te treffen als bedoeld in artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Ingevolge artikel 8:81 Awb kan, indien tegen een besluit bij de rechtbank beroep is ingesteld, dan wel, voorafgaand aan een mogelijk beroep bij de rechtbank bezwaar is gemaakt of administratief beroep ingesteld, de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is of kan worden in de hoofdzaak op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
Het verzoek is behandeld op de zitting van 4 juli 2008, waar verzoeker is verschenen in persoon, bijgestaan door zijn gemachtigde en verweerder zich heeft doen vertegenwoordigen door zijn gemachtigden.
Gezien de gedingstukken en gehoord het verhandelde ter zitting wijst de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening toe in dier voege dat:
- het besluit van 26 juni 2008 wordt geschorst voor zover het betreft de hieraan onder het kopje “Geluid” onder punt 3 en 4 gestelde voorwaarden;
- verzoeker in plaats daarvan moet worden geacht in het bezit te zijn van een ontheffing voor het in gebruik hebben van een geluids-/muziekinstallatie en het ten gehore brengen van al dan niet versterkte live muziek vanaf de in het besluit van 26 juni 2008 genoemde locatie op zaterdag 5 juli 2008 tot 03.30 uur.
De voorzieningenrechter overweegt daartoe het volgende.
De verleende ontheffing houdt verband met het organiseren van een evenement door Café [café] in het kader van het passeren van de Kennedymars door de kern van [plaats]in de nacht van 5 op 6 juli 2008. Verzoeker wenst die nacht op een podium buiten het café een aantal optredens te doen plaatsvinden, waarvan het optreden van de PSV-DJ van 23.30 uur tot 03.30 uur het hoogtepunt moet vormen.
Verzoeker voert aan dat de door verweerder in het besluit van 26 juni 2008 onder het kopje “Geluid” onder punt 3 en 4 gestelde voorwaarden in strijd zijn met de onlangs vastgestelde Nota Evenementenbeleid, waarin is aangegeven dat tijdens de Kennedymars de enige norm is dat de eindtijd van de activiteiten 04.00 uur dient te zijn en met betrekking tot het geluid tijdens de Kennedymars geen extra normen zullen worden gesteld .Uitgaande van dit beleid alsmede gelet op het feit dat verweerder in voorgaande jaren geen nadere voorwaarden heeft gesteld, mocht verzoeker er naar zijn mening op vertrouwen dat het hem ook dit jaar zou zijn toegestaan tot na 02.00 uur buitenactiviteiten met versterkte muziek te organiseren. Verzoeker wijst in dit verband tevens op het emailbericht van 24 juni 2008 van mw. [medewerkster], werkzaam bij de afdeling Bestuurszaken en Veiligheid van verweerders gemeente, waarin deze naar aanleiding van verzoekers aanvraag om een evenementenvergunning enkel opmerkt dat het podium dient te worden verschoven en verder aangeeft dat de vergunning die week naar verzoeker wordt opgestuurd. Afgaande op het Evenementenbeleid, verweerders eerdere gedragslijn en het emailbericht van mw. [medewerkster] heeft verzoeker de nodige investeringen gedaan om tot een aantrekkelijk programma te komen. Handhaving van de door verweerder gestelde voorwaarden betekent dat verzoeker aanzienlijke schade zal lijden.
Verweerder stelt zich op het standpunt dat uit de Nota Evenementenbeleid en het Integraal Horecabeleid volgt dat slechts voor activiteiten binnen de horeca-inrichting als enige norm de eindtijd van 04.00 uur geldt. Voor buitenactiviteiten tijdens de Kennedymars gelden de eindtijden en geluidsnormen vermeld in bijlage 8 bij het Evenementenbeleid.
Partijen twisten derhalve met name over de uitleg van het van toepassing zijnde Evenementenbeleid c.q. Integraal Horecabeleid wat betreft de tijdens de Kennedymars geldende geluidsnormen.
De voorzieningenrechter stelt in dit verband voorop dat het spoedeisend karakter van de onderhavige voorlopige voorziening in de weg staat aan het verkrijgen van een afgewogen of definitief oordeel over wie in dezen gelijk heeft.
De voorzieningenrechter is wel van oordeel dat de uitleg die verweerder voorstaat op voorhand in ieder geval voor een niet juridisch geschoold persoon als verzoeker niet direct en als eenduidig uit de tekst van het Evenementen- en Integraal Horecabeleid naar voren komt. De strikte scheiding tussen activiteiten binnen en buiten de horeca-inrichting, zoals verweerder deze ter zitting aanbrengt, is niet als zodanig herkenbaar in de passages handelend over de Kennedymars. Verzoeker behoefde er op voorhand dan ook geen rekening mee te houden dat hij in tegenstelling tot voorgaande jaren geen ontheffing na 02.00 uur zou verkrijgen.
Gelet hierop en gelet op het feit dat met het emailbericht van mw. [medewerkster] de indruk is gewekt dat aan verzoeker de evenementenvergunning -met uitzondering van de voorgestelde locatie van het podium- zou worden verleend zoals deze was aangevraagd, is de voorzieningenrechter van oordeel dat in dit stadium het belang van verzoeker bij het ongewijzigd kunnen handhaven van het door hem geplande programma zwaarder dient te wegen dan het belang van omwonenden bij het voorkomen geluidsoverlast, welk belang verweerder beoogt te beschermen. De voorzieningenrechter heeft hierbij mede in aanmerking genomen dat verzoeker ten behoeve van de festiviteiten reeds de nodige investeringen heeft gedaan en zelf de nodige maatregelen heeft getroffen om mogelijke geluidsoverlast voor omwonenden te voorkomen. Zo is onder meer gekozen voor minder volume op de geluidsset en zal er minder housemuziek worden gedraaid dan in voorgaande jaren.
De voorzieningenrechter acht termen aanwezig verweerder te veroordelen in de door verzoeker gemaakte proceskosten. Deze kosten zijn met inachtneming van het Besluit proceskosten bestuursrecht en de daarbij behorende bijlage begroot op in totaal € 644,00 voor kosten van door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand:
• 1 punt voor het indienen van een (aanvullend) verzoekschrift;
• 1 punt voor het verschijnen ter zitting;
• waarde per punt € 322,00;
• wegingsfactor 1.
De voorzieningenrechter wijst de gemeente Geldrop-Mierlo aan als de rechtspersoon die het bedrag van de proceskosten dient te vergoeden.
De voorzieningenrechter ziet voorts aanleiding te bepalen dat door de gemeente
Geldrop-Mierlo aan verzoeker het griffierecht van € 288,00 dient te worden vergoed.
De voorzieningenrechter maakt er melding van dat tegen deze uitspraak geen rechtsmiddel openstaat.
Aldus in het openbaar gedaan en uitgesproken door mr. P.H.C.M. Schoemaker als voorzieningenrechter, in tegenwoordigheid van mr. D.M. Manie als griffier op 4 juli 2008.
Waarvan is opgemaakt proces-verbaal,
Griffier Voorzieningenrechter