ECLI:NL:RBSHE:2008:BC9694
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening en schuldsaneringsregeling in het kader van wettelijke schuldsanering
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 8 april 2008 uitspraak gedaan in een verzoek tot een voorlopige voorziening en een verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling. Verzoeker, die huurde van Stichting Woonbedrijf SWS.Hhvl, had een huurschuld en was geconfronteerd met een ontruiming van zijn woning. De rechtbank behandelde het verzoek tot voorlopige voorziening op basis van artikel 287b van de Faillissementswet (Fw), dat bedoeld is om een minnelijk schuldtraject mogelijk te maken en de goede trouw van de schuldenaar te waarborgen. Verzoeker stelde dat hij woonbegeleiding nodig had en dat zijn situatie eerst gestabiliseerd moest worden voordat hij in aanmerking kon komen voor een minnelijk traject.
De rechtbank oordeelde dat het verzoek tot een voorlopige voorziening niet kon worden toegewezen, omdat het stabilisatietraject niet gelijkgesteld kon worden aan het minnelijk traject zelf. De rechtbank concludeerde dat de gevraagde adempauze niet bedoeld was om het minnelijk traject voort te zetten, maar om de situatie van verzoeker te stabiliseren. Dit betekende dat er geen ruimte was voor het geven van een voorlopige voorziening zoals bedoeld in artikel 287b Fw.
Daarnaast werd het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling afgewezen, omdat verzoeker niet in staat was om zijn verplichtingen na te komen. De rechtbank benadrukte dat verzoeker gedurende acht dagen na de uitspraak het recht had om hoger beroep aan te tekenen tegen de afwijzing van het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling, waarbij dit uitsluitend door een advocaat en procureur kon worden gedaan.