ECLI:NL:RBSHE:2008:BC4787

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
18 februari 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
01/996003-06
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
  • mr. drs. W.A.F. Damen
  • mr. K. Visser
  • mr. M. Lammers
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Valsheid in geschrift en onjuiste belastingaangifte door juwelier

In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 18 februari 2008 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een juwelier, die werd beschuldigd van valsheid in geschrift en het doen van onjuiste belastingaangiften. De verdachte, geboren in 1959 en woonachtig in Nederland, was directeur-grootaandeelhouder van een rechtspersoon die betrokken was bij de verkoop van horloges en sieraden. De tenlastelegging omvatte meerdere periodes van onjuiste aangiften voor de omzetbelasting tussen 2001 en 2006, waarbij het zogenaamde nultarief onterecht werd toegepast. De rechtbank oordeelde dat de verdachte, door niet te verifiëren of de kopers als ondernemers konden worden beschouwd, welbewust de kans aanvaardde dat de belastingaangiften onjuist waren. Dit leidde tot een aanzienlijke materiële schade en concurrentievervalsing ten opzichte van andere juweliers. De rechtbank achtte de verdachte schuldig aan het opzettelijk indienen van onjuiste aangiften en het vervalsen van facturen, en legde een voorwaardelijke gevangenisstraf van vier maanden op, samen met een werkstraf van 240 uren en een geldboete van €20.000.

Uitspraak

verkort vonnis
RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH
Sector Strafrecht
Parketnummer: 01/996003-06
Datum uitspraak: 18 februari 2008
Verkort vonnis van de rechtbank ’s-Hertogenbosch, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1959,
wonende te [adres].
Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 28 november 2007 en 4 februari 2008.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen van de zijde van verdachte naar voren is gebracht.
De tenlastelegging.
De zaak is aanhangig gemaakt bij dagvaarding van 22 oktober 2007.
Aan verdachte is tenlastegelegd dat:
1.
(rechtspersoon 1) en/of (verdachte) (rechtspersoon 1) en/of (rechtspersoon 2)
in of omstreeks de periode van 01 januari 2001 tot en met 21 januari 2006, te
Eindhoven, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met elkaar en/of met
een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk (een) bij de
Belastingwet voorziene aangifte(n), als bedoeld in de Algemene wet inzake
rijksbelastingen, te weten (een) aangifte(n) voor de omzetbelasting,
(t.n.v. [fiscale eenheid rechtspersoon 1 en verdachte (rechtspersoon 1), over de maand(en)
-maart en/of april en/of mei en/of juni en/of juli en/of augustus en/of
september en/of oktober en/of november en/of december van het jaar 2002
(bijlage(n) 1-D/372, 1-D/411 t/m 1-D/419) en/of
-januari en/of februari en/of maart en/of april en/of mei en/of juni en/of
juli en/of augustus en/of september en/of oktober en/of november en/of
december van het jaar 2003 (bijlage(n) 1-D/373 t/m 1-D/384) en/of
-januari en/of februari en/of maart en/of april en/of mei en/of juni en/of
juli en/of augustus en/of september en/of oktober en/of november en/of
december van het jaar 2004 (bijlage(n) 1-D/385 t/m 1-D/395) en/of
-januari en/of februari en/of maart en/of april en/of mei en/of juni en/of
juli en/of augustus en/of september en/of oktober en/of november en/of
december van het jaar 2005 (bijlage(n) 1-D/396 t/m 1-D/407) en/of over (een of
meer) (andere) maand(en)/tijdvak(ken) binnen de genoemde periode, (telkens)
onjuist en/of onvolledig heeft gedaan,
immers heeft/hebben die [rechtspersoon 1) en/of (verdachte) (rechtspersoon 1) en/of (rechtspersoon 2) en/of (een of meer van) haar/hun mededader(s) (telkens)
opzettelijk op (een) bij de Inspecteur der belastingen of de Belastingdienst
te Eindhoven, althans bij de Belastingdienst, ingeleverd(e)
aangiftebiljet(ten) voor de omzetbelasting over genoemde maand(en) van de/het
jaar/jaren 2002 en/of 2003 en/of 2004 en/of 2005 en/of over ander(e)
maand(en)/tijdvak(ken) binnen de genoemde periode, (telkens)
- een te laag en/of verkeerd en/of onjuist bedrag aan 'Leveringen/diensten
belast met 19%' en/of 'Bedrag waarover omzetbelasting wordt berekend' en/of
'Omzetbelasting' (rubriek 1a) en/of
- een verkeerd en/of onjuist bedrag aan 'Leveringen naar landen buiten de
EU(uitvoer)' (rubriek 3a) en/of
- een te laag en/of verkeerd en/of onjuist bedrag aan 'Verschuldigde
omzetbelasting' (rubriek 5a) en/of
- een te laag en/of verkeerd en/of onjuist bedrag aan 'Totaal te betalen en/of
terug te vragen' (rubriek 5g)
omzetbelasting opgegeven/aangegeven, althans doen of laten opgeven/aangeven,
terwijl het/de feit/feiten er (telkens) toe strekt/strekken dat te weinig
belasting wordt geheven,
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte
(telkens) opdracht heeft gegeven, dan wel aan welke bovenomschreven verboden gedraging(en)
verdachte (telkens) feitelijke leiding heeft gegeven;
(1-OPV 4.3.2.1 blz. 133 t/m 135, zaak 1, dossiernummer 35563 (naam verdachte))
(Bijlage(n) o.a. 1-D/372, 1-D/373 t/m 1-D/407)
(1-AH/028, behorende bij zaak 1, dossiernummer 35563 (naam verdachte))
(Bijlage(n) o.a. 1-D/411 t/m 1-D/419)
artikel 69 lid 2 Algemene wet inzake rijksbelastingen
art 47 Wetboek van Strafrecht
art 51 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden:
[rechtspersoon 1) en/of (verdachte) (rechtspersoon 1) en/of (rechtspersoon 2)
in of omstreeks de periode van 01 januari 2001 tot en met 21 januari 2006, te
Eindhoven, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met hem, verdachte,
en/of een ander of anderen, (telkens) opzettelijk (een) bij de Belastingwet
voorziene aangifte(n), als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen,
te weten (een) aangifte(n) voor de omzetbelasting,
(t.n.v. [Fiscale Eenheid rechtspersoon 1 en verdachte (rechtspersoon 2), over de maand(en)
-maart en/of april en/of mei en/of juni en/of juli en/of augustus en/of
september en/of oktober en/of november en/of december van het jaar 2002
(bijlage(n) 1-D/372, 1-D/411 t/m 1-D/419) en/of
-januari en/of februari en/of maart en/of april en/of mei en/of juni en/of
juli en/of augustus en/of september en/of oktober en/of november en/of
december van het jaar 2003 (bijlage(n) 1-D/373 t/m 1-D/384) en/of
-januari en/of februari en/of maart en/of april en/of mei en/of juni en/of
juli en/of augustus en/of september en/of oktober en/of november en/of
december van het jaar 2004 (bijlage(n) 1-D/385 t/m 1-D/395) en/of
-januari en/of februari en/of maart en/of april en/of mei en/of juni en/of
juli en/of augustus en/of september en/of oktober en/of november en/of
december van het jaar 2005 (bijlage(n) 1-D/396 t/m 1-D/407) en/of over (een of
meer) (andere) maand(en)/tijdvak(ken) binnen de genoemde periode, (telkens)
onjuist en/of onvolledig heeft gedaan,
immers hebben die (rechtspersoon 1) en/of (verdachte) en/of (rechspersoon 2)
en/of hij, verdachte, en/of (een of meer van) hun mededader(s) (telkens)
opzettelijk op (een) bij de Inspecteur der belastingen of de Belastingdienst
te Eindhoven, althans bij de Belastingdienst, ingeleverd(e)
aangiftebiljet(ten) voor de omzetbelasting over genoemde maand(en) van de/het
jaar/jaren 2002 en/of 2003 en/of 2004 en/of 2005 en/of over ander(e)
maand(en)/tijdvak(ken) binnen de genoemde periode, (telkens)
- een te laag en/of verkeerd en/of onjuist bedrag aan 'Leveringen/diensten
belast met 19%' en/of
'Bedrag waarover omzetbelasting wordt berekend' en/of 'Omzetbelasting'
(rubriek 1a) en/of
- een verkeerd en/of onjuist bedrag aan 'Leveringen naar landen buiten de
EU(uitvoer)' (rubriek 3a) en/of
- een te laag en/of verkeerd en/of onjuist bedrag aan 'Verschuldigde
omzetbelasting' (rubriek 5a) en/of
- een te laag en/of verkeerd en/of onjuist bedrag aan 'Totaal te betalen en/of
terug te vragen' (rubriek 5g)
omzetbelasting opgegeven/aangegeven, althans doen of laten opgeven/aangeven,
terwijl het/de feit/feiten er (telkens) toe strekt/strekken dat te weinig
belasting wordt geheven;
(1-OPV 4.3.2.1 blz. 133 t/m 135, zaak 1, dossiernummer 35563 (naam verdachte)
(Bijlage(n) o.a. 1-D/372, 1-D/373 t/m 1-D/407)
(1-AH/028, behorende bij zaak 1, dossiernummer 35563 (naam verdachte))
(Bijlage(n) o.a. 1-D/411 t/m 1-D/419)
artikel 69 lid 2 Algemene wet inzake rijksbelastingen
art 47 Wetboek van Strafrecht
2.
[rechtspersoon 2) op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks
de periode van 01 januari 2001 tot en met 31 december 2005,
te Eindhoven en/of Rotterdam en/of Schiedam, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen (telkens)
opzettelijk, 85 stuks, althans een of meer, (kopie) (verkoop-)factu(u)r(en),
blijkens de opdruk afkomstig van [naam bedrijf] gericht aan Marchi
Massimo te Moscow Russia (o.a 1-D/005) en/of Ching-Iun Yu te Oslo Norway (o.a.
1-D/025, 1-D/028) en/of A. Danyla te Kauno Litouwen (o.a. 1-D/063) en/of de
heer V. Souslov te Severodvinst Russia (o.a. 1-D/065 t/m 1-D/074) en/of V.
Valincius te Kalvarya Litouwen (o.a. 1-D/075) en/of J. Aoukchtchionis te
Maryampol Litouwen (o.a. 1-D/160) en/of Polishcuk Mykhailo te Ukraine (o.a.
1-D/231) en/of dhr. Alexander Tatarkin te Izshevsk Rusland (o.a. 1-D/233)
en/of Nikolay Mulganov te Sint Peterburg Rusland (o.a. 1-D/275-277) en/of P.
Valinskas te Marijampole Litouwen (o.a. 1-D/326) en/of een of meer (andere)
(kopie) (verkoop-)factu(u)r(en) gericht aan een of meer buitenlandse
perso(o)n(en) gedateerd binnen de genoemde periode, betrekking hebbende op een
verkooptransactie van juwelen en/of horloges en/of colliers, althans goederen,
- elk zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te
dienen- (telkens) valselijk heeft opgemaakt en/of heeft vervalst, immers
heeft/hebben [verdachte] en/of (een of meer van) haar
mededader(s), toen daar (telkens) valselijk en/of in strijd met de waarheid
-zakelijk weergegeven-
* op dat/die (kopie) (verkoop-)factu(u)r(en) en/of (kopie) geschrift(en)
vermeld en/of doen of laten vermelden dat er een of meer transactie(s) en/of
levering(en) van goederen had(den) plaatsgevonden door [naam bedrijf]
aan/voor Marchi Massimo en/of Ching-Iun Yu en/of A. Danyla en/of de heer V.
Souslov en/of V. Valincius en/of J. Aoukchtchionis en/of Polishcuk Mykhailo
en/of dhr. Alexander Tatarkin en/of Nikolay Mulganov en/of P. Valinskas,
althans een of meer buitenlandse perso(o)n(en),
zulks terwijl in werkelijkheid een of meer transactie(s) en/of levering(en)
van goederen, zoals op die (kopie) (verkoop-) factu(u)r(en) vermeld,
- was/waren gericht aan een afnemer, die in werkelijkheid niet bestond danwel
niet de afnemer was van de betreffende juwelen en/of horloges en/of colliers,
althans goederen, en/of
- niet (of niet volledig) had/hadden plaatsgevonden en/of was/waren verricht
voor/aan de eerder genoemde perso(o)nen en/of geadresseerde(n) en/of
- niet voor/aan de geadresseerde perso(o)n(en) was/waren verricht en/of
geleverd door [rechtspersoon 2] en/of
- geen buitenlandse, maar (een) binnenlandse transactie(s) en/of levering(en)
betrof(fen) aan een of meer Nederlandse afnemers in Nederland en/of
* op (een of meer van) die (kopie) (verkoop-)factu(u)r(en) en/of (kopie)
geschrift(en) een of meer (afwijkende) stempelafdruk(ken) van de (Nederlanse)
douane gezet en/of doen of laten zetten en/of middels een printtechniek en/of
reproductietechniek aangebracht en/of doen of laten aanbrengen,
terwijl deze stempelafdruk(ken) in werkelijkheid niet afkomstig is/zijn,
althans in werkelijkheid niet geplaatst is/zijn, van/door de (Nederlandse)
douane en/of terwijl deze (douane-)stempel niet meer werd gebruikt en/of uit
de roulatie was genomen (per 28-01-2003, althans in januari 2003, althans in
2003) door de (Nederlandse) douane en/of terwijl de uitvoer van de op de
factuur genoemde goederen niet buiten de Europese Unie heeft plaatsgevonden
en/of
* op (een of meer van) die (kopie) (verkoop-)factu(u)r(en) en/of (kopie)
geschrift(en) een of meer BTW-bedrag(en) vermeld en/of doen of laten
vermelden terwijl het niet de bedoeling was, dat dit/deze BTW-bedrag(en)
werd(en) betaald door de afnemer(s) en/of geadresseerde(n),
zulks (telkens) met het oogmerk dat/die factu(u)r(en) en/of geschrift(en) als
echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken,
tot het plegen van welk(e) bovenomschreven strafbare feit(en) verdachte
(telkens) opdracht heeft gegeven, dan wel aan welke bovenomschreven verboden
gedraging(en) verdachte (telkens) feitelijke leiding heeft gegeven;
(1-OPV 4.3.1 blz. 109-112, zaak 1, dossiernummer 35563 (naam verdachte)
(Bijlage(n) o.a 1-D/005, 1-D/025, 1-D/028,1-D/063, 1-D/065 t/m 1-D/074,
1-D/075, 1-D/160, 1-D/231, 1-D/233, 1-D/275-277, 1-D/326)
art 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 Wetboek van Strafrecht
art 51 Wetboek van Strafrecht
Subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of
zou kunnen leiden:
[rechtspersoon 2) op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks
de periode van 01 januari 2001 tot en met 31 december 2005,
te Eindhoven en/of Rotterdam en/of Schiedam, althans in Nederland,
tezamen en in vereniging met hem, verdachte, en/of een ander of anderen,
(telkens) opzettelijk, 85 stuks, althans een of meer, (kopie)
(verkoop-)factu(u)r(en), blijkens de opdruk afkomstig van [naam bedrijf]
gericht aan Marchi Massimo te Moscow Russia (o.a 1-D/005) en/of Ching-Iun Yu
te Oslo Norway (o.a. 1-D/025, 1-D/028) en/of A. Danyla te Kauno Litouwen (o.a.
1-D/063) en/of de heer V. Souslov te Severodvinst Russia (o.a. 1-D/065 t/m
1-D/074) en/of V. Valincius te Kalvarya Litouwen (o.a. 1-D/075) en/of J.
Aoukchtchionis te Maryampol Litouwen (o.a. 1-D/160) en/of Polishcuk Mykhailo
te Ukraine (o.a. 1-D/231) en/of dhr. Alexander Tatarkin te Izshevsk Rusland
(o.a. 1-D/233) en/of Nikolay Mulganov te Sint Peterburg Rusland (o.a.
1-D/275-277) en/of P. Valinskas te Marijampole Litouwen (o.a. 1-D/326) en/of
een of meer (kopie) (verkoop-)factu(u)r(en) gericht aan een of meer
buitenlandse perso(o)n(en) vallend binnen de genoemde periode, betrekking
hebbende op een verkooptransactie van juwelen en/of horloges en/of colliers,
althans goederen,
- elk zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te
dienen- (telkens) valselijk hebben opgemaakt en/of hebben vervalst immers
hebben [rechtspersoon 2] en hij, verdachte, en/of (een of meer
van) hun mededader(s), toen daar (telkens) valselijk en/of in strijd met de
waarheid - zakelijk weergegeven-
* op dat/die (kopie) (verkoop-)factu(u)r(en) en/of (kopie) geschrift(en)
vermeld en/of doen of laten vermelden dat er een of meer transactie(s) en/of
levering(en) van goederen had(den) plaatsgevonden door [naam bedrijf]
aan/voor Marchi Massimo en/of Ching-Iun Yu en/of A. Danyla en/of de heer V.
Souslov en/of V. Valincius en/of J. Aoukchtchionis en/of Polishcuk Mykhailo
en/of dhr. Alexander Tatarkin en/of Nikolay Mulganov en/of P. Valinskas,
althans een of meer buitenlandse perso(o)n(en),
zulks terwijl in werkelijkheid een of meer transactie(s) en/of levering(en)
van goederen, zoals op die (kopie) (verkoop-) factu(u)r(en) vermeld,
- was/waren gericht aan een afnemer, die in werkelijkheid niet bestond danwel
niet de afnemer was van de betreffende juwelen en/of horloges en/of colliers,
althans goederen, en/of
- niet (of niet volledig) had/hadden plaatsgevonden en/of was/waren verricht
voor/aan de eerder genoemde perso(o)nen en/of geadresseerde(n) en/of
- niet voor/aan de geadresseerde perso(o)n(en) was/waren verricht en/of
geleverd door (rechtspersoon2) en/of
- geen buitenlandse, maar (een) binnenlandse transactie(s) en/of levering(en)
betrof(fen) aan een of meer Nederlandse afnemers in Nederland en/of
* op (een of meer van) die (kopie) (verkoop-)factu(u)r(en) en/of (kopie)
geschrift(en) een of meer (afwijkende) stempelafdruk(ken) van de (Nederlanse)
douane gezet en/of doen of laten zetten en/of middels een printtechniek en/of
reproductietechniek aangebracht en/of doen of laten aanbrengen,
terwijl deze stempelafdruk(ken) in werkelijkheid niet afkomstig is/zijn,
althans in werkelijkheid niet geplaatst is/zijn, van/door de (Nederlandse)
douane en/of terwijl deze (douane-)stempel niet meer werd gebruikt en/of uit
de roulatie was genomen (per 28-01-2003, althans in januari 2003, althans in
2003) door de (Nederlandse) douane en/of terwijl de uitvoer van de op de
factuur genoemde goederen niet buiten de Europese Unie heeft plaatsgevonden
en/of
* op (een of meer van) die (kopie) (verkoop-)factu(u)r(en) en/of (kopie)
geschrift(en) een of meer BTW-bedrag(en) vermeld en/of doen of laten
vermelden terwijl het niet de bedoeling was, dat dit/deze BTW-bedrag(en)
werd(en) betaald door de afnemer(s) en/of geadresseerde(n),
zulks (telkens) met het oogmerk dat/die factu(u)r(en) en/of geschrift(en) als
echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken,
(1-OPV 4.3.1 blz. 109-112, zaak 1, dossiernummer 35563 (naam verdachte)
(Bijlage(n) o.a 1-D/005, 1-D/025, 1-D/028,1-D/063, 1-D/065 t/m 1-D/074,
1-D/075, 1-D/160, 1-D/231, 1-D/233, 1-D/275-277, 1-D/326)
art 225 lid 1 Wetboek van Strafrecht
art 47 Wetboek van Strafrecht
Tengevolge van een kennelijke omissie in de tenlastelegging, staat onder feit 1 primair en onder feit 2 primair telkens in de op een na laatste regel na “verboden”: “ged” vermeld in plaats van: “gedraging(en)”. De rechtbank herstelt deze omissie en leest telkens na “verboden”: “gedraging(en). Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.
Voorzover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. Blijkens het verhandelde ter terechtzitting is verdachte daardoor niet in de verdediging geschaad.
De geldigheid van de dagvaarding.
De dagvaarding voldoet aan alle wettelijke eisen.
De bevoegdheid van de rechtbank.
Krachtens de wettelijke bepalingen is de rechtbank bevoegd van het tenlastegelegde kennis te nemen.
De ontvankelijkheid van de officier van justitie.
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen omstandigheden gebleken die aan de ontvankelijkheid van de officier van justitie in de weg staan.
Schorsing der vervolging.
Bij het onderzoek ter terechtzitting zijn geen gronden voor schorsing der vervolging gebleken.
Nadere bewijsoverwegingen.
Verdachte was in de ten laste gelegde periode tot 1 januari 2006 (via de holding) directeur-grootaandeelhouder van [rechtspersoon 2], verder te noemen: de B.V. Na genoemde datum zijn de aandelen overgedragen aan [betrokkene 1].
Hoofdregel is dat over leveringen van goederen, zoals in dit geval de horloges en sieraden, door de koper aan de verkoper BTW (thans 19%) dient te worden betaald.
Een uitzondering op deze hoofdregel is geformuleerd in artikel 23a, eerste lid, van de Uitvoeringsbeschikking Omzetbelasting 1968. Uit die bepaling blijkt - voor zover hier van belang - dat een ondernemer gerechtigd is om, in afwijking van de hoofdregel, het 0 %- BTW tarief toe te passen in die gevallen waarin hij levert aan een natuurlijke persoon, die zijn normale verblijfplaats heeft buiten de EU en die anders dan als ondernemer binnen drie maanden na de aankoop de goederen in de persoonlijke bagage meemeent naar buiten de EU.
Verdachte heeft zich erop beroepen dat de hiervoor genoemde uitzondering van toepassing was op de transacties met [betrokkene 2]. Verdachte heeft aangevoerd dat [betrokkene 2] in al die gevallen optrad voor kopers van buiten de EU, zodat steeds sprake was van leveringen buiten de EU. Bij de retournering van de originele verkoopfacturen mocht uit het douanestempel worden afgeleid dat het gekochte ook daadwerkelijk was uitgevoerd. Op grond daarvan is verdachte steeds overgegaan tot terugbetaling van de BTW.
De rechtbank stelt vast dat [betrokkene 2] zeer geregeld in de winkel van verdachte kwam en daarbij zelf de horloges en sieraden uitzocht, kocht en betaalde. [Betrokkene 2] had daarbij uitsluitend contact met verdachte en (betrokkene 1]. Ook het retourneren van de facturen om de BTW contant terug te ontvangen, werd bijna uitsluitend gedaan door [betrokkene 2]. Een enkele maal gebeurde dit door een ander namens (betrokkene 2). Daarbij valt op dat deze persoon dan afkomstig is uit de directe sociale omgeving van [betrokkene 2], en dat nooit BTW is teruggevraagd door de in de gestempelde factuur/rekening aangeduide, buitenlandse, kopers. De personen, van wie de naam op de factuur werd gezet op aangeven van [betrokkene 2], zijn nooit door het winkelpersoneel of door verdachte zelf gezien.
Gelet op het aantal aankopen door [betrokkene 2], de frequentie ervan, de daarmee gemoeid zijnde bedragen en de kortingen die aan [betrokkene 2] werden gegeven, moet [betrokkene 2] naar het oordeel van de rechtbank worden beschouwd als een ondernemer, die zich beroepsmatig bezig hield met de handel in horloges en sieraden. Om die reden was de uitzondering van artikel 23a, eerste lid, van de Uitvoeringsbeschikking Omzetbelasting 1968 niet van toepassing op de verkopen aan [betrokkene 2] en is op die verkopen ten onrechte het zgn. nul-tarief toegepast.
Aan deze uitzonderingsmogelijkheid is de voorwaarde verbonden dat de koper geen ondernemer is en het gekochte zelf uitvoert. Verdachte (respectievelijk zijn personeel) diende voor iedere individuele transactie met [betrokkene 2] na te gaan of aan die voorwaarden was voldaan, voordat kon worden overgegaan tot toepassing van het zgn. nul-tarief. Door dat na te laten heeft verdachte welbewust de aanmerkelijke kans aanvaard dat ten onrechte het nul-tarief werd toegepast zonder dat aan de voorwaarden daarvoor was voldaan, en dat de gegevens van de kopers op die facturen onjuist waren. Deze valse facturen zijn in de normale bedrijfsvoering (en daarmee met instemming en medeweten van verdachte) door een andere medewerker van de B.V. verwerkt in de administratie en gebruikt ten behoeve van de aangiften omzetbelasting, waardoor die aangiften opzettelijk onjuist, want te laag, werden. In de ten laste gelegde (en bewezen verklaarde) periode is op een veelheid aan tijdstippen (zie daarvoor de individuele facturen en de ten onrechte terug betaalde BTW) een dergelijke verrekening in de aangifte betrokken. Telkens is daardoor de aangifte over die periode opzettelijk onjuist gedaan en strekte die onjuiste aangifte ertoe dat te weinig omzetbelasting zou worden geheven over die periode.
Verdachte heeft feitelijk leiding gegeven aan de hiervoor genoemde strafbare gedragingen.
De rechtbank verwerpt derhalve het verweer van de zijde van de verdediging.
De bewezenverklaring.
De rechtbank acht, op grond van de feiten en omstandigheden die zijn vervat in de bewijsmiddelen, wettig en overtuigend bewezen, dat verdachte
1.
(rechtspersoon 1) en/of (verdachte) (rechtspersoon 1) en/of (rechtspersoon 2)
in of omstreeks de periode van 9 april 2001 tot en met 21 januari 2006, te
Eindhoven, tezamen en in vereniging met elkaar en met een ander of anderen,
telkens opzettelijk een bij de Belastingwet voorziene aangifte,
als bedoeld in de Algemene wet inzake rijksbelastingen, te weten een aangifte voor de omzetbelasting, (t.n.v. Fiscale Eenheid (rechtspersoon 1) en verdachte (rechtspersoon 1), over de maand
-maart en/of april en/of mei en/of juni en/of juli en/of augustus en/of
september en/of oktober en/of november en/of december van het jaar 2002 en
-januari en/of februari en/of maart en/of april en/of mei en/of juni en/of
juli en/of augustus en/of september en/of oktober en/of november en/of
december van het jaar 2003 en
-januari en/of februari en/of maart en/of april en/of mei en/of juni en/of
juli en/of augustus en/of september en/of oktober en/of november en/of
december van het jaar 2004 en
-januari en/of februari en/of maart en/of april en/of mei en/of juni en/of
juli en/of augustus en/of september en/of oktober en/of november en/of december van het jaar 2005,
onjuist heeft gedaan,
immers hebben die (rechtspersoon 1 en/of (verdachte) (rechtspersoon 1) en/of (rechtspersoon 2) en (een of meer van) haar/hun mededader(s) telkens
opzettelijk op een bij de Belastingdienst ingeleverd
aangiftebiljet voor de omzetbelasting over genoemde maand van het
jaar 2002 en 2003 en 2004 en 2005
- een te laag en onjuist bedrag aan 'Leveringen/diensten belast met 19%'
en 'Bedrag waarover omzetbelasting wordt berekend' en
'Omzetbelasting' (rubriek 1a) en
- een verkeerd en onjuist bedrag aan 'Leveringen naar landen buiten de EU(uitvoer)' (rubriek 3a) en
- een te laag en onjuist bedrag aan 'Verschuldigde omzetbelasting' (rubriek 5a) en
- een onjuist bedrag aan 'Totaal te betalen en/of terug te vragen' (rubriek 5g)
omzetbelasting opgegeven/aangegeven, terwijl het feit er telkens toe strekt dat te weinig
belasting wordt geheven,
aan welke bovenomschreven verboden gedragingen verdachte feitelijke leiding heeft gegeven;
2.
(rechtspersoon 2) op tijdstippen in of omstreeks
de periode van 01 januari 2001 tot en met 31 december 2005,
in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
telkens opzettelijk, (verkoop-)factu(u)r(en),
blijkens de opdruk afkomstig van [naam bedrijf] gericht aan Marchi
Massimo te Moscow Russia en A. Danyla te Kauno Litouwen en de heer V. Souslov te Severodvinst Russia en V. Valincius te Kalvarya Litouwen
en J. Aoukchtchionis te Maryampol Litouwen en
Polishcuk Mykhailo te Ukraine en dhr. Alexander Tatarkin te Izshevsk Rusland
en Nikolay Mulganov te Sint Peterburg Rusland en P.
Valinskas te Marijampole Litouwen, gedateerd binnen de genoemde periode, betrekking hebbende op een verkooptransactie van juwelen en/of horloges en/of colliers,
- elk zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te
dienen- valselijk heeft opgemaakt, immers
hebben [rechtspersoon 2] en (een of meer van) haar
mededader(s), toen daar telkens valselijk en in strijd met de waarheid
-zakelijk weergegeven-
op die (verkoop-)factu(u)r(en)vermeld en/of doen of laten vermelden
dat er een transactie en levering van goederen
had plaatsgevonden door [naam bedrijf]
aan/voor Marchi Massimo en A. Danyla en de heer V.
Souslov en V. Valincius en J. Aoukchtchionis en Polishcuk Mykhailo
en dhr. Alexander Tatarkin en Nikolay Mulganov en P. Valinskas,
zulks terwijl in werkelijkheid transacties en leveringen
van goederen, zoals op die(verkoop-) factu(u)r(en) vermeld,
- waren gericht aan een afnemer, die in werkelijkheid niet de afnemer was van de betreffende juwelen en/of horloges en/of colliers,en
- niet voor/aan de geadresseerde perso(o)n(en) waren verricht en
geleverd door [rechtspersoon 2] en
- geen buitenlandse, maar binnenlandse transacties en leveringen
betroffen aan een of meer Nederlandse afnemers in Nederland,
zulks telkens met het oogmerk die factu(u)r(en) als
echt en onvervalst te gebruiken of door anderen te doen gebruiken, aan welke bovenomschreven verboden gedragingen verdachte feitelijke leiding heeft gegeven
De bewijsmiddelen worden slechts gebezigd met betrekking tot het feit waarop zij in het bijzonder betrekking hebben.
Hetgeen meer of anders is tenlastegelegd dan hierboven bewezen is verklaard, is naar het oordeel van de rechtbank niet bewezen. Verdachte zal hiervan worden vrijgesproken.
De kwalificatie.
Het bewezen verklaarde levert op de in de uitspraak vermelde strafbare feiten.
De strafbaarheid.
Er zijn geen feiten of omstandigheden gebleken die de strafbaarheid van de feiten of van de verdachte uitsluiten. Verdachte is daarom strafbaar voor hetgeen te zijnen laste bewezen is verklaard.
Toepasselijke wetsartikelen.
De beslissing is gegrond op de artikelen:
Wetboek van Strafrecht art. 9, 10, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 23, 24,
24c, 27, 47, 51, 57, 225 oud en 225
Algemene wet inzake rijksbelastingen art. 69 oud en 69
DE OVERWEGINGEN DIE TOT DE BESLISSING HEBBEN GELEID
De eis van de officier van justitie.
De officier van justitie acht het onder de feiten 1 primair en 2 primair tenlastegelegde wettig en overtuigend bewezen en eist:
- een gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren;
- een werkstraf voor de duur van 240 uren subsidiair 120 dagen hechtenis met aftrek van voorarrest;
- een geldboete van € 20.000,- subsidiair hechtenis.
De op te leggen straf(fen) en/of maatregel(en).
Bij de beslissing over de straffen die aan verdachte dienen te worden opgelegd heeft de rechtbank gelet op:
a. de aard van het bewezen verklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan,
b. de persoon en de persoonlijke omstandigheden van verdachte waaronder de draagkracht.
Bij de strafoplegging zal de rechtbank enerzijds in het bijzonder rekening houden met de volgende uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren gekomen omstandigheden ten bezware van verdachte:
- de ernst van de door verdachte gepleegde strafbare feiten in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals tot uitdrukking komt in het wettelijk strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd;
- de aanzienlijke materiële schade die het gevolg is van de door verdachte gepleegde strafbare feiten;
- verdachte is gedurende een lange periode bij het plegen van genoemde strafbare feiten betrokken geweest;
- dat verdachte door zijn handelen collega-juweliers heeft benadeeld in die zin dat hij zich jegens hen aan concurrentievervalsing heeft schuldig gemaakt.
Bij de strafoplegging zal de rechtbank anderzijds in het bijzonder rekening houden met de volgende uit het onderzoek ter terechtzitting naar voren gekomen omstandigheid die tot matiging van de straf heeft geleid:
- verdachte is niet eerder strafrechtelijk veroordeeld.
De rechtbank zal een lichtere straf opleggen dan de door de officier van justitie gevorderde straf, nu de rechtbank van oordeel is dat de op te leggen straf de ernst van het bewezen verklaarde voldoende tot uitdrukking brengt.
Met betrekking tot de op te leggen gevangenisstraf en de geldboete zal de rechtbank bepalen dat de gevangenisstraf en een deel van de geldboete niet zullen worden tenuitvoergelegd mits verdachte zich gedurende een hierna vast te stellen proeftijd aan de voorwaarde houdt dat hij zich niet aan een strafbaar feit zal schuldig maken . De rechtbank wil met een en ander enerzijds de ernst van de door verdachte gepleegde strafbare feiten tot uitdrukking brengen en anderzijds door invloed uit te oefenen op het gedrag van de verdachte het door verdachte opnieuw plegen van een strafbaar feit tegengaan.
DE UITSPRAAK
Verklaart het tenlastegelegde bewezen zoals hiervoor is omschreven.
Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte meer of anders is tenlastegelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op de misdrijven:
T.a.v. feit 1 primair:
medeplegen van opzettelijk een bij de belastingwet voorziene aangifte onjuist
doen, terwijl het feit ertoe strekt dat te weinig belasting wordt geheven,
begaan door een rechtspersoon, terwijl verdachte feitelijk leiding heeft gegeven
aan die verboden gedraging, meermalen gepleegd
T.a.v. feit 2 primair:
medeplegen van valsheid in geschrift, begaan door een rechtspersoon, terwijl verdachte feitelijk leiding heeft gegeven aan die verboden gedraging, meermalen gepleegd
Verklaart verdachte hiervoor strafbaar.
BESLISSING:
T.a.v. feit 1 primair, feit 2 primair:
Gevangenisstraf voor de duur van 4 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van
2 jaren
T.a.v. feit 1 primair, feit 2 primair:
Werkstraf voor de duur van 180 uren subsidiair 90 dagen hechtenis met aftrek
overeenkomstig artikel 27 Wetboek van Strafrecht
De rechtbank waardeert een in verzekering doorgebrachte dag op 2 uur te
verrichten arbeid.
T.a.v. feit 1 primair, feit 2 primair:
Geldboete van EUR 20000,00 subsidiair 130 dagen hechtenis waarvan EUR 10000,00
subsidiair 80 dagen hechtenis voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren
Dit vonnis is gewezen door:
mr. drs. W.A.F. Damen, voorzitter,
mr. K. Visser en mr. M. Lammers, leden,
in tegenwoordigheid van L.F.M. Schulte, griffier,
en is uitgesproken op 18 februari 2008.