ECLI:NL:RBSHE:2006:BQ3208
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vordering tot schadevergoeding na seksueel misbruik en de beoordeling van causaal verband
In deze zaak vordert eiseres, aangeduid als [partij A], schadevergoeding van gedaagde, aangeduid als [partij B], naar aanleiding van seksueel misbruik dat zij heeft ondergaan. De rechtbank 's-Hertogenbosch heeft op 18 januari 2006 uitspraak gedaan in deze civiele procedure, waarin de feiten en omstandigheden van de zaak uitvoerig zijn behandeld. Eiseres heeft gesteld dat zij in de periode van 1963 tot 1980 seksueel misbruikt is door haar vader en later, van 1991 tot 1995, door [partij B], die als fysiotherapeut werkzaam was. Daarnaast heeft eiseres in 1996 een gewelddadige verkrachting meegemaakt. Eiseres heeft psychische klachten die zij toeschrijft aan het misbruik door [partij B], terwijl [partij B] betwist dat de klachten het gevolg zijn van zijn handelen, en stelt dat deze voortkomen uit het incestverleden van eiseres en de verkrachting in 1996.
De rechtbank heeft deskundigen ingeschakeld om de oorzaak van de psychische klachten van eiseres vast te stellen. De deskundige, [drs. O], concludeert dat eiseres lijdt aan een complexe posttraumatische stressstoornis (PTSS) die is veroorzaakt door een combinatie van de drie vormen van seksueel misbruik. De rechtbank heeft vastgesteld dat de schade die eiseres heeft geleden, niet kan worden toegeschreven aan één enkele gebeurtenis, maar dat alle drie de vormen van misbruik hebben bijgedragen aan haar psychische toestand. Dit leidt tot de conclusie dat [partij B] hoofdelijk aansprakelijk is voor de volledige schade van eiseres, op basis van artikel 6:102 lid 1 BW.
De rechtbank heeft ook de vorderingen van eiseres beoordeeld met betrekking tot smartengeld en andere schadeposten, zoals kosten voor haptotherapie en beslagkosten. De rechtbank heeft het smartengeld vastgesteld op EUR 25.000, rekening houdend met de ernst van de psychische schade en de impact op het leven van eiseres. De zaak is aangehouden voor verdere behandeling van de schadevergoeding en de hoogte van de beslagkosten. De uitspraak is openbaar uitgesproken door mr. S. Riemens.