ECLI:NL:RBSHE:2006:AY8859
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurachterstand en redelijkheid in invorderingsbeleid van verhuurder
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 21 september 2006 uitspraak gedaan in een geschil tussen de Stichting Brabantwonen en een huurder, Van der Wielen. De verhuurder had de huurder een aangetekende brief gestuurd op 12 juni 2006, waarin werd geëist dat de huurachterstand voor 20 juni 2006 zou worden ingelopen. Bij gebreke hiervan zou de zaak aan de rechter worden voorgelegd. De kantonrechter oordeelde dat Brabantwonen in strijd heeft gehandeld met de eisen van redelijkheid en billijkheid door de huurder op zo'n korte termijn in rechte te betrekken, zonder tijdige aankondiging van haar aangescherpte invorderingsbeleid. De rechter nam in overweging dat Brabantwonen op de hoogte was van het betalingsverleden van de huurder en dat deze in financiële problemen verkeerde. De kantonrechter concludeerde dat Brabantwonen de huurder onvoldoende gelegenheid had geboden om te anticiperen op de aangescherpte invorderingsmaatregelen. De rechter oordeelde dat Brabantwonen ten onrechte de huurder in rechte had betrokken en dat de proceskosten voor rekening van Brabantwonen dienden te komen. De uitspraak benadrukt het belang van redelijkheid en billijkheid in de relatie tussen verhuurder en huurder, vooral in situaties waarin de huurder financieel kwetsbaar is.