ECLI:NL:RBSHE:2005:AT9495
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - meervoudig
- K. Visser
- W.A.F. Damen
- W.J. Kolkert
- Rechtspraak.nl
Medeplegen van seksueel binnendringen bij iemand met gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Hertogenbosch op 19 juli 2005 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het medeplegen van seksueel binnendringen bij een slachtoffer met een gebrekkige ontwikkeling van de geestvermogens. De tenlastelegging betrof een incident dat plaatsvond tussen 15 en 20 mei 2004 in Eindhoven, waarbij de verdachte en medeverdachten wisten dat het slachtoffer niet in staat was haar wil te bepalen of kenbaar te maken. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich bewust was van de geestelijke toestand van het slachtoffer en dat hij de aanmerkelijke kans had aanvaard dat het slachtoffer niet in staat was om weerstand te bieden tegen de seksuele handelingen. De rechtbank verwierp het verweer van de verdediging dat de verdachte een beroep op artikel 39 van het Wetboek van Strafrecht zou toekomen, en oordeelde dat er voldoende bewijs was voor de bewezenverklaring van het tenlastegelegde feit. De rechtbank legde een voorwaardelijke gevangenisstraf van vier maanden op, met een proeftijd van drie jaar, en een werkstraf van 80 uren. De rechtbank hield rekening met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder zijn verstandelijke beperking, en de ernst van het gepleegde feit. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheid van de verdachte in het licht van de geestelijke toestand van het slachtoffer en de noodzaak om dergelijke delicten te bestraffen.