ECLI:NL:RBSHE:2005:AT7805
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - meervoudig
- J.M.P. Willemse
- R.C. Stijnen
- I.L.P. Crombeen
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van de chef van de trein na ongeval met treinpassagier
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Hertogenbosch op 21 juni 2005 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een chef van de trein, die werd beschuldigd van nalatigheid na een ongeval waarbij een treinpassagier gewond raakte. De passagier was begonnen met instappen in de trein terwijl deze al in beweging was, waardoor zij vast kwam te zitten tussen de deuren van het treinrijtuig. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, als chef van de trein, niet verwijtbaar heeft gehandeld. Tijdens de zitting op 7 juni 2005 is de tenlastelegging gewijzigd, en de rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie en de verdediging gehoord.
De rechtbank heeft verschillende feiten en omstandigheden in overweging genomen, waaronder de werking van de inklembeveiliging van de treindeuren en de procedures die de chef van de trein moet volgen bij het vertrek. De rechtbank concludeerde dat de inklembeveiliging correct functioneerde en dat de verdachte niet kon waarnemen of de passagier veilig kon instappen. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet in staat was om de situatie correct in te schatten, vooral omdat de passagier op een moment instapte dat de trein al in beweging was gekomen.
Uiteindelijk heeft de rechtbank geoordeeld dat het tenlastegelegde niet wettig en overtuigend bewezen kon worden, en heeft de verdachte vrijgesproken van alle beschuldigingen. Dit vonnis benadrukt de verantwoordelijkheden van treinpersoneel en de noodzaak van strikte naleving van veiligheidsprocedures, maar ook de onvoorspelbaarheid van het gedrag van passagiers in dergelijke situaties.