ECLI:NL:RBSHE:2003:AL7470
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Voorlopige voorziening+bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Overschrijding sluitingsuur ingevolge de Algemene Plaatselijke Verordening
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 15 augustus 2003 uitspraak gedaan in een geschil tussen een horecabedrijf en de gemeente over de handhaving van het sluitingsuur zoals vastgelegd in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV). De gemeente had de eigenaar van het horecabedrijf, verzoeker, verzocht zich aan het sluitingsuur te houden, na meerdere overtredingen. Bij besluit van 26 juni 2003 werd aan verzoeker medegedeeld dat hij een dwangsom van € 2.000,- zou verbeuren voor het overschrijden van het sluitingsuur op 22 juni 2003. Verzoeker betwistte de overtreding en voerde aan dat zijn horecabedrijf al jarenlang zonder veel overlast tot 03.30 uur geopend was.
De voorzieningenrechter oordeelde dat de gemeente bevoegd was om een last onder dwangsom op te leggen, maar dat het besluit niet deugdelijk gemotiveerd was. De voorzieningenrechter stelde vast dat het besluit pas in werking kon treden nadat het bekend was gemaakt, en dat verzoeker niet voorafgaand aan de bekendmaking van het besluit een dwangsom had kunnen verbeuren. Bovendien had de gemeente het verzoek van verzoeker om ontheffing van het sluitingsuur niet adequaat behandeld. Gelet op deze overwegingen schorste de voorzieningenrechter het besluit van 26 juni 2003 en wees het verzoek tot het treffen van een voorlopige voorziening toe.
De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige besluitvorming door bestuursorganen en de noodzaak om verzoeken om ontheffing serieus te overwegen. De voorzieningenrechter gelastte de gemeente om het door verzoeker betaalde griffierecht te vergoeden. Deze uitspraak heeft implicaties voor de handhaving van sluitingstijden en de rechten van horecabedrijven in vergelijkbare situaties.