ECLI:NL:RBSHE:2003:AF9763
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.A.H. Schifferstein
- Rechtspraak.nl
Proceskostenveroordeling na intrekking beroep wegens wetswijziging in bestuursrechtelijke zaak
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 6 juni 2003, heeft eiser, vertegenwoordigd door R.T. van Baarlen van De Fiscount Adviesgroep B.V., beroep ingesteld tegen een besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV). Eiser had bezwaar gemaakt tegen de toekenning van een WAO-uitkering aan een (ex-)werknemer, die met ingang van 22 maart 2002 was toegekend. Eiser stelde dat de WAO-uitkering geen gevolgen meer had voor de door hem te betalen gedifferentieerde premie vanaf het premiejaar 2004, en trok zijn beroep in, omdat hij geen belang meer had bij de voortzetting ervan.
Eiser verzocht de rechtbank om verweerder te veroordelen in de proceskosten, omdat hij van mening was dat verweerder tegemoet was gekomen aan zijn bezwaren. Verweerder daarentegen, stelde dat het bestreden besluit op goede gronden was genomen en dat er geen aanleiding was om de proceskosten te vergoeden. De rechtbank overwoog dat, hoewel eiser zijn beroep had ingetrokken, dit niet betekende dat verweerder zijn standpunt had gewijzigd. De rechtbank concludeerde dat de wetswijziging de reden was dat eiser geen belang meer had bij het beroep.
Uiteindelijk wees de rechtbank het verzoek van eiser om proceskostenvergoeding af, omdat het bestreden besluit ongewijzigd was gebleven en er geen aanleiding was om tot een proceskostenveroordeling over te gaan. De uitspraak werd gedaan met toepassing van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).