ECLI:NL:RBSHE:2003:AF6102
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.W. Govers
- Rechtspraak.nl
Betaling van ziektegeld door werkgever in het kader van arbeidsongeschiktheid wegens zwangerschap
In deze zaak, uitgesproken op 11 maart 2003 door de Rechtbank 's-Hertogenbosch, staat de betaling van ziektegeld door de werkgever centraal. De werkneemster was sinds 13 december 2000 arbeidsongeschikt wegens zwangerschap en had recht op ziekengeld volgens artikel 29a van de Ziektewet. De werkgever, eiseres, bleef echter het loon doorbetalen, terwijl de verweerder, het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, aanvankelijk geen ziekengeld uitbetaalde. Pas op 8 mei 2001 werd aan de werkneemster medegedeeld dat zij per 16 januari 2001 niet meer arbeidsongeschikt was wegens zwangerschap, wat leidde tot verwarring over de uitbetaling van het ziekengeld.
Eiseres heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van 8 mei 2001, maar verweerder verklaarde het bezwaar niet-ontvankelijk, omdat eiseres niet als belanghebbende werd aangemerkt. De rechtbank oordeelde dat het primaire besluit van 8 mei 2001 wel degelijk een besluit was in de zin van artikel 2a van de Ziektewet, en dat eiseres geen belanghebbende was. De rechtbank vernietigde het bestreden besluit, maar liet de rechtsgevolgen in stand, en gelastte verweerder om het griffierecht aan eiseres te vergoeden.
De rechtbank benadrukte dat de wetgever de reikwijdte van het belanghebbende-begrip in sociale zekerheidszaken zorgvuldig heeft overwogen. De uitspraak heeft implicaties voor de interpretatie van het begrip belanghebbende in geschillen over arbeidsongeschiktheid en de rechten van werkgevers en werknemers in dergelijke situaties. De uitspraak biedt ook inzicht in de procedurele aspecten van het indienen van bezwaren en de rol van de werkgever in het proces van arbeidsongeschiktheid.