ECLI:NL:RBSHE:2002:AF8781

Rechtbank 's-Hertogenbosch

Datum uitspraak
10 december 2002
Publicatiedatum
4 april 2013
Zaaknummer
00/312 R
Instantie
Rechtbank 's-Hertogenbosch
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voortzetting van de schuldsanering na overlijden van de schuldenaar

In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 10 december 2002 uitspraak gedaan in een civiele procedure betreffende de voortzetting van de schuldsanering na het overlijden van de schuldenaar. De rechtbank heeft kennisgenomen van het proces-verbaal van de verificatievergadering die op 26 november 2002 heeft plaatsgevonden, evenals van een ontwerp van een saneringsplan. Tijdens de zitting op 10 december 2002 zijn er geen bezwaren van schuldeisers naar voren gebracht, noch zijn er gronden voor beëindiging van de schuldsaneringsregeling geconstateerd. Dit leidde de rechtbank tot de conclusie dat de toepassing van de schuldsanering moest worden voortgezet.

De rechter-commissaris heeft voorgesteld om de termijn in het saneringsplan vast te stellen tot de datum van de zitting, gezien het overlijden van de schuldenaar. De rechtbank heeft dit voorstel overgenomen en heeft besloten dat de toepassing van de schuldsanering wordt voortgezet. De rechtbank heeft het saneringsplan vastgesteld, waarbij de termijn van de schuldsanering wordt vastgesteld tot de datum van de zitting, 10 december 2002. Tevens is bepaald dat het vermogen van de schuldenaar, voor zover aanwezig, te gelde zal worden gemaakt en in de boedel zal worden ingebracht.

Deze uitspraak is van belang voor de betrokken partijen, aangezien het de voortzetting van de schuldsanering regelt en de voorwaarden waaronder dit zal plaatsvinden. De rechtbank heeft hiermee een belangrijke beslissing genomen die de schuldeisers en de boedel van de overleden schuldenaar raakt.

Uitspraak

Rechtbank 's-Hertogenbosch,
sector civiel recht - enkelvoudige kamer
Bij vonnis van deze kamer van 3 juli 2000 is de schuldsanering uitgesproken ten aanzien van:
L
geboren op,
overleden op,
voorheen wonende te 's-Hertogenbosch.
De rechtbank heeft kennisgenomen van het proces-verbaal van de op 26 november 2002 gehouden verificatievergadering, alsmede van een ontwerp van een saneringsplan.
De rechtbank heeft het ontwerp saneringsplan behandeld ter terechtzitting van 10 december 2002. De rechter-commissaris heeft bij die gelegenheid schriftelijk verslag uitgebracht. Bezwaren van schuldeisers zijn noch bij de verificatievergadering, noch ter zitting naar voren gebracht. Evenmin is gebleken dat zich één van de gronden voor beëindiging van de toepassing van de schuldsaneringsregeling voordoet.
Derhalve dient de toepassing van de schuldsanering te worden voortgezet.
In verband met het overlijden van de schuldenaar heeft de rechter-commissaris voorgesteld om de termijn in het saneringsplan vast te stellen tot op heden. De rechtbank kan zich met dit voorstel verenigen en zal derhalve, gelet op artikel 338 van de Faillissementswet, beslissen als volgt.
BESLISSING
De rechtbank:
- bepaalt dat de toepassing van de schuldsaneringsregeling wordt voortgezet;
- stelt het saneringsplan als volgt vast:
1. De termijn van de schuldsaneringsregeling gedurende wordt vastgesteld tot de datum van deze zitting, zijnde 10 december 2002.
2. Het vermogen van de schuldenaar, voor zover aanwezig, zal te gelde worden gemaakt en worden ingebracht in de boedel.
Gedaan door mr. R.R.M. de Moor, lid van de eerste enkelvoudige kamer, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van
10 december 2002 in tegenwoordigheid van C.M. Sweep, griffier.