ECLI:NL:RBSHE:2000:AF0161
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging schuldsanering op verzoek van de schuldenaar wegens hervatting betalingen
In deze zaak heeft de rechtbank 's-Hertogenbosch op 15 juni 2000 uitspraak gedaan in een verzoek tot beëindiging van de schuldsanering. De schuldenaar, die eerder in een schuldsanering was geplaatst, heeft verzocht om de regeling te beëindigen omdat hij in staat is zijn betalingen te hervatten. Tijdens de zitting op 13 juni 2000 zijn zowel de schuldenaar als de bewindvoerder gehoord. De schuldenaar heeft aangegeven dat hij zwaar onder de gevolgen van de schuldsanering lijdt en heeft verklaringen overgelegd van schuldeisers die akkoord gaan met een betalingsregeling. Hij stelde voor om het gespaarde bedrag in de regeling te gebruiken voor het terugbetalen van kleinere crediteuren, zodat er meer afloscapaciteit overblijft voor de grotere crediteuren.
De rechtbank heeft overwogen dat de crediteuren die zich bij de bewindvoerder hebben aangemeld geen bezwaar hebben tegen de hervatting van betalingen buiten de schuldsanering. Echter, het voorstel van de schuldenaar om alleen de kleinere crediteuren te betalen werd door de rechtbank niet acceptabel geacht. De rechtbank heeft daarom besloten dat het gespaarde bedrag door de schuldenaar na vrijgave moet worden aangewend voor alle bekende crediteuren. De rechtbank heeft ook bepaald dat het salaris van de bewindvoerder en de gemaakte kosten in een aparte beslissing zullen worden vastgesteld.
De rechtbank heeft uiteindelijk de schuldsanering beëindigd en bepaald dat het boedelsaldo, na aftrek van de nog vast te stellen boedelkosten, ten behoeve van alle aangemelde crediteuren moet worden aangewend. Deze beslissing is genomen door mr. R.R.M. de Moor, lid van de eerste enkelvoudige kamer, en is uitgesproken in tegenwoordigheid van griffier C.M. Sweep.