ECLI:NL:RBSHE:2000:AD5257
Rechtbank 's-Hertogenbosch
- Voorlopige voorziening
- P.H.C.M. Schoemaker
- Rechtspraak.nl
Sluiting van coffeeshop 'C' in Oss na overtredingen van de Opiumwet en gemeentelijke gedoogvoorwaarden
In deze zaak heeft de president van de Rechtbank 's-Hertogenbosch op 16 november 2000 uitspraak gedaan over het verzoek van A, h.o.d.n. "C", om een voorlopige voorziening te treffen tegen de sluiting van zijn coffeeshop. De sluiting was bevolen door de burgemeester van de gemeente Oss op basis van artikel 13b van de Opiumwet, na herhaalde overtredingen van de gedoogvoorwaarden. De verzoeker, vertegenwoordigd door zijn gemachtigde mr. M.F.J. Martens, betwistte de sluiting en voerde aan dat de burgemeester zijn bevoegdheid onterecht had gebruikt en dat de Notitie Coffeeshopbeleid Oss niet meer van toepassing was na de invoering van artikel 13b van de Opiumwet.
De president oordeelde dat de burgemeester terecht had besloten tot sluiting van de coffeeshop, gezien de eerdere waarschuwing en de ernst van de overtredingen, waaronder de verkoop van softdrugs aan een minderjarige en de handel in gestolen goederen. De president stelde vast dat de burgemeester bevoegd was om bestuursdwang toe te passen en dat de Notitie Coffeeshopbeleid Oss nog steeds van kracht was. De president concludeerde dat de sluiting van de coffeeshop gerechtvaardigd was op basis van de overtredingen en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een afwijking van het beleid rechtvaardigden.
De president wees het verzoek om een voorlopige voorziening af, omdat het bezwaarschrift geen redelijke kans van slagen had. De uitspraak bevestigde de bevoegdheid van de burgemeester om op te treden tegen overtredingen van de Opiumwet en de gemeentelijke gedoogvoorwaarden, en benadrukte het belang van handhaving van de openbare orde en veiligheid.