ECLI:NL:RBSGR:2012:BY4769
Rechtbank 's-Gravenhage
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Voorlopige voorziening bij intrekking verblijfsvergunning asiel en recht op bijstand
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage op 15 november 2012 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een vreemdeling wiens verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd was ingetrokken. De vreemdeling had bezwaar gemaakt tegen de intrekking van zijn verblijfsvergunning en verzocht om een bijstandsuitkering op grond van de Wet werk en bijstand (Wwb). De rechtbank oordeelde dat de vreemdeling rechtmatig verblijf had in Nederland, omdat hij tijdig een rechtsmiddel had ingediend tegen de intrekking van zijn verblijfsvergunning. Dit rechtmatig verblijf gaf hem in beginsel recht op bijstand, ook al was zijn verblijfsvergunning ingetrokken.
De voorzieningenrechter overwoog dat het bestreden besluit van de verweerder, waarin de bijstandsaanvraag was afgewezen, niet in overeenstemming was met de wet. De ratio van de wetgeving is dat een vreemdeling die de uitkomst van een rechtsbeschermingsprocedure mag afwachten, gedurende die periode recht heeft op bijstand. De rechtbank concludeerde dat de motivering van het bestreden besluit niet voldeed en dat de vreemdeling recht had op bijstand vanaf de datum van zijn verzoek om voorlopige voorziening, 24 augustus 2012.
De voorzieningenrechter heeft de verweerder opgedragen om de bijstandsuitkering toe te kennen en het betaalde griffierecht te vergoeden. Daarnaast werd de verweerder veroordeeld in de proceskosten van de vreemdeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en er kan geen hoger beroep tegen worden ingesteld.