ECLI:NL:RBSGR:2012:BY3408
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen afwijzing asielaanvraag wegens gebruik niet beëdigde tolk
In deze zaak gaat het om een beroep tegen de afwijzing van een asielaanvraag door de Minister voor Immigratie, Integratie en Asiel. Eiser, een Iraakse nationaliteit, heeft op 25 november 2008 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel. Deze aanvraag werd aanvankelijk afgewezen op grond van de verantwoordelijkheid van Griekenland voor de behandeling. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, dat door de rechtbank gegrond werd verklaard. Echter, de Minister heeft de asielaanvraag opnieuw afgewezen op 12 juni 2012, wat leidde tot het huidige geschil.
De rechtbank heeft vastgesteld dat tijdens de gehoren gebruik is gemaakt van een niet beëdigde tolk, wat in strijd is met artikel 28 van de Wet beëdigde tolken en vertalers. Eiser heeft aangevoerd dat de motivering van de Minister voor het gebruik van een niet beëdigde tolk te laat en onvolledig was. De rechtbank oordeelt dat de Minister niet heeft voldaan aan de wettelijke verplichtingen en dat de motivering in het bestreden besluit onvoldoende was. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard en het bestreden besluit vernietigd, met de opdracht aan de Minister om opnieuw te beslissen op de aanvraag van eiser, met inachtneming van de uitspraak.
De rechtbank heeft ook de proceskosten aan eiser toegewezen, en benadrukt het belang van het gebruik van beëdigde tolken in asielprocedures, gezien de impact op de kwaliteit van de vertalingen en de rechtsbescherming van de betrokkenen. De uitspraak is openbaar gedaan op 7 november 2012.