ECLI:NL:RBSGR:2012:BX6403

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
11 juli 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
401039 / HA ZA 11-2267
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgplicht van de bank ten aanzien van een klant bijgestaan door een financieel adviseur

In deze zaak, uitgesproken op 11 juli 2012 door de Rechtbank 's-Gravenhage, staat de zorgplicht van de bank centraal in relatie tot een klant die werd bijgestaan door een professioneel financieel adviseur. De eiseres, [eiseres sub 1], had een kredietfaciliteit afgesloten in Zwitserse Franken bij Staalbankiers, en stelde dat de bank haar onvoldoende had geïnformeerd over de risico's van deze lening. De rechtbank oordeelde dat de bank, gezien de professionele status van de adviseur, mocht uitgaan van de kennis en ervaring van de adviseur bij het verstrekken van advies aan de klant. De adviseur werd geacht over voldoende kennis van financiële producten te beschikken, waardoor de bank niet tekortgeschoten was in haar informatieplicht. De rechtbank concludeerde dat er geen schending was van de informatieplicht door de bank, ook niet in de beleggingsadviesrelatie, ondanks dat de samenstelling van de beleggingsportefeuille niet voldeed aan het defensieve profiel van de klant. De vorderingen van de eiseressen werden afgewezen, en zij werden veroordeeld in de proceskosten. De uitspraak benadrukt de verantwoordelijkheden van zowel de bank als de klant in een beleggingsadviesrelatie, en de rol van de financieel adviseur in dit proces.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE
Sector civiel recht
zaaknummer / rolnummer: 401039 / HA ZA 11-2267
Vonnis van 11 juli 2012
in de zaak van
1.[eiseres sub 1],
wonend in [woonplaats], Spanje,
2.de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
METAPLAN BEHEER B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
eiseressen,
advocaat mr. W.M. Schonewille,
tegen
de naamloze vennootschap
STAALBANKIERS N.V.,
gevestigd te 's-Gravenhage,
advocaat mr. D. Knottenbelt.
Eiseressen worden tezamen aangeduid als "[eiseressen cs]" en apart als "[eiseres sub 1]" en "Metaplan Beheer". Gedaagde 'wordt aangeduid als "Staalbankiers".
1. De procedure
1.1Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 4 augustus 2012 met producties;
- het eenstemmig verzoek om doorhaling van de zaak ten aanzien van [A] cs;
- de conclusie van antwoord van Staalbankiers met producties;
- het vonnis van 28 maart 2012 waarin een comparitie van partijen is bevolen;
- het proces-verbaal van de op 5 juni 2012 gehouden comparitie van partijen.
1.2Tot slot hebben partijen vonnis gevraagd.
2. De feiten
2.1[eiseres sub 1] is de oprichter en voormalig bestuurder van Metaplan Consultants B.V. (hierna: Metaplan Consultants), een adviesbureau dat is gespecialiseerd in werving & selectie en executive search.
2.2[eiseres sub 1] is aandeelhouder in Metaplan Beheer, vanaf 2007 voor 100%. Metaplan Beheer had aandelen in Metaplan Consultants in eigendom. Metaplan Beheer heeft de helft van deze aandelen verkocht in 1998 en de andere helft in 2007.
Metaplan Beheer had een gemengde doelstelling, die voor 1/3 bestond uit de pensioenvoorziening van [eiseres sub 1]. Het doelvermogen van dit pensioen, dat op 1 juli 2007 is ingegaan, bedroeg ruim € 600.000.
2.3Tussen [eiseres sub 1] en Metaplan Beheer was sprake van een rekening-courantverhouding, uit hoofde waarvan [eiseres sub 1] maximaal € 2.000.000 kon lenen, tegen een jaarlijkse vergoeding over de uitstaande hoofdsom gelijk aan het Euribor tarief met een opslag van 0,9%.
2.4Van 2004 tot begin 2009 was De [A] Associatie B.V. (hierna: [A] B.V.) de financieel adviseur van [eiseressen cs]. [A] B.V. is als financieel dienstverlener geregistreerd bij de AFM. [A] (hierna: [A]) is beleidsbepaler in de zin van de Wet financieel toezicht van [A] B.V..
het CHF-krediet 1
2.5Op 14 december 2004 heeft [eiseres sub 1] het CHF-krediet 1 afgesloten bij Staalbankiers: een kredietfaciliteit van € 550.000 (inclusief een bouwdepot van € 32.000) in Zwitserse Franken tegen een rente op basis van het Libor tarief met een opslag van 1,20%, met als doel de financiering van een appartement te Amsterdam. Na iedere rentevaste periode van een maand was het CHF-krediet 1 in zijn geheel opeisbaar en kon [eiseres sub 1] deze in zijn geheel boetevrij aflossen.
2.6In de offerte van 9 december 2004 voor het CHF-krediet 1 van Staalbankiers staat:
"Wij wijzen u hierbij op het risico van een lening in Zwisterse Franken, namelijk het risico dat u ondanks het gunstige Libor-rentetarief, als gevolg van koersschommelingen van de Zwitserse Frank ten opzichte van de Euro, per saldo ongunstiger uit zou kunnen zijn dan in het geval de lening verstrekt zou zijn in Euro's, gecombineerd met het Euribor rentetarief. Door ondertekening van deze offerte bevestigt u dat u bekend bent met voornoemde financiële risico's."
2.7Tot zekerheid van het CHF-krediet 1 heeft [eiseres sub 1] ten gunste van Staalbankiers een recht van hypotheek van € 660.000 gevestigd op het appartement te Amsterdam. Daarnaast waren Staalbankiers en [eiseres sub 1] overeengekomen dat [eiseres sub 1] een pandrecht ten gunste van Staalbankiers zou vestigen op een door [eiseres sub 1] bij Staalbankiers aan te houden effectendepot met een eerste storting bij aanvang van € 275.250 en met een defensief beleggingsprofiel.
de privéportefeuille
2.8Op 25 januari 2005 heeft [eiseres sub 1] samen met [A] gesproken met [B] (hierna: [B]) en [C] (hierna: [C]) van Staalbankiers en heeft [eiseres sub 1] een Vragenlijst als ondersteuning bij het bepalen van het client- en beleggingsprofiel ingevuld. Op de vraag "Hoeveel ervaring hebt u met beleggen ?" is geantwoord "Geen ervaring" en op de vraag "Welke van de onderstaande antwoordmogelijkheden past het best bij uw kennisniveau met betrekking tot beleggen en uw (financieel/economische) werkervaring ? is geantwoord "Geen of geringe kennis, los van financieel/economische werkervaring". Voorts is ingevuld dat jaarlijks belegd is in obligaties en obligatiefondsen en aandelen (beleggingsfondsen) en niet in garantieproducten en structered products en/of derivaten. In antwoord op de vraag naar het doel van de beleggingen is ingevuld "aanvulling op uw huidig inkomen".
2.9Op 14 februari 2005 heeft Staalbankiers, onder verwijzing naar het onder 2.8 bedoelde gesprek, een beleggingsadvies aan [eiseres sub 1] gezonden, dat - voor zover hier van belang - gebaseerd was op de volgende uitgangspunten:
- het te beleggen vermogen bedraagt € 275.000;
- het doel van de beleggingen is vermogensvorming;
- de beleggingshorizon bedraagt 10 jaar;
- [eiseres sub 1]' beleggingsprofiel is aan te merken als zeer defensief;
- [eiseres sub 1] stelt periodiek contact ten aanzien van de beleggingen op prijs;
- [eiseres sub 1] heeft ervaring met beleggen in effecten en is bekend met de risico's van beleggen in effecten.
Staalbankiers adviseerde een portefeuille bestaande uit 60% obligaties, 25% floaters, 10% CDO's en 5% liquiditeiten en gaf daarbij informatie over de geadviseerde vastrentende waarden, cdo's en floaters. Bij het beleggingsadvies was aparte informatie bijgevoegd over floaters. Bij het beleggingsadvies was een beschrijving gevoegd van profiel A: "zeer defensief" dat - voor zover hier van belang - als volgt luidt:
"profiel: 100% vastrentende waarden
doel: instandhouding vermogen en/of genereren vermogen
risico: laag
bevoorschotting: tot maximaal 5% toegestaan
Het profiel kent een asset allocatie met minimaal 80% vastrentende waarden en maximaal 20% liquiditeiten."
2.10Op 21 maart 2005 heeft [eiseres sub 1] een Overeenkomst Effectenbemiddeling gesloten met Staalbankiers (hierna: de privéovereenkomst), uit hoofde waarvan Staalbankiers in opdracht van [eiseres sub 1] diensten van effectenbemiddeling zou gaan verrichten door in opdracht en voor rekening van [eiseres sub 1] te bemiddelen in de aan- en verkoop van effecten en andere bijkomende diensten.
2.11Staalbankiers heeft een effectendepot en een effectenrekening geopend voor [eiseres sub 1] (hierna: de privéportefeuille).
2.12Op 13 juni 2005 heeft [eiseres sub 1] een deel van het tot dan toe door haar bij de ABN Amro ondergebrachte portefeuille met een waarde van € 268.000 overgeboekt naar de privéportefeuille.
2.13Op 14 juli 2005 heeft Staalbankiers aan [eiseres sub 1] geschreven dat Staalbankiers haar effectenportefeuille heeft geanalyseerd en beoordeeld en haar op basis daarvan heeft ingedeeld in risicoprofiel B "defensief". Staalbankiers heeft [eiseres sub 1] gevraagd een exemplaar van deze brief voor akkoord te tekenen en terug te sturen als zij zich daarin kon vinden. In het bijgevoegde profiel B: "defensief" staat - voor zover hier van belang -:
"profiel: 75% vastrentende waarden, 25% zakelijke waarden
doel: instandhouding vermogen en/of genereren vermogen
risico: laag
Het profiel kent een asset allocatie met minimaal 65% vastrentende waarden en maximaal 35% zakelijke waarden."
2.14[eiseres sub 1] heeft de onder 2.13 bedoelde brief niet teruggezonden.
2.15 Op 26 oktober 2005 heeft Staalbankiers aan [eiseres sub 1] geschreven dat zij conform de kredietofferte van 9 december 2004 bevestigt dat sprake is van een defensief profiel. En: "Volgens ons is uw doel met betrekking tot uw beleggingen aflossing van uw hypotheek, daarvoor heeft u een lange horizon. Verder bent u niet zozeer afhankelijk van uw vermogen en heeft u langer dan 7 jaar beleggingservaring.
(...)
Zonder tegenbericht van u, zullen wij het voorgestelde beleggingsprofiel het uitgangspunt van onze advisering aan u laten zijn ."
De omschrijving van het beleggingsprofiel "defensief" was bij deze brief gevoegd.
2.16[eiseres sub 1] heeft niet op de onder 2.15 bedoelde brief gereageerd.
2.17Staalbankiers stuurde [eiseres sub 1] periodiek overzichten van de privéportefeuille, Op deze overzichten stond steeds:
"Uw beleggingsprofiel heeft een defensief karakter. (...) De samenstelling van uw huidige portefeuille wijkt af van uw beleggingsprofiel. Wij raden u aan uw portefeuille conform uw beleggingsprofiel aan te passen. Wij verzoeken u hierover contact op te nemen met uw beleggingsadviseur."
Deze afwijking ten opzichte van het defensieve beleggingsprofiel bestond eruit dat de privé portefeuille geen aandelen bevatte, terwijl dat profiel uitgaat van 25% aandelen, doch bestond uit obligaties (regulier en alternatief), spaargelden en andere liquiditeiten.
2.18Staalbankiers stuurde [eiseres sub 1] ook periodiek overzichten met de te verwachten cash flow van de privéportefeuille, waarin per individueel effect werden vermeld de couponrente, de contante waarde, de valutasoort en de cash flow.
2.19In november 2007 bedroeg de waarde van de privéportefeuille ca € 1.025.000.
2.20Op 31 december 2007 bedroeg de waarde van de privéportefeuille € 962.404,49. De privé portefeuille bestond toen uit 19 posities in financiële instrumenten. 12 daarvan waren perpetuals floaters of steepeners, bijvoorbeeld Perp. floater DT Postbank, 4,145% Perp Cum AG AGN 1995-0, 6% Rabo Steepener Notes 22,02, 6% Eureko Perp Capital secur, 8% Glitnir Banki Perp FRN en 5% Bayer Perp. -VRN-. Verder bevatte de prive portefeuille 2 asset backed obligaties, te weten Rabo Asset Backed AAA 07.04.1 en Rabo Asset Backed AA 07.04.11. Een aantal van de posities was genoteerd in vreemde valuta, bijvoorbeeld de 12% EIB 2005-10.02.10 in Turkse lire, de 8% EIB 2006-09.01.08 in IJslandse kroon en de 13,75% BNG 1998-2008 EMTN in Zuid Afrikaanse Rand.
2.21In de loop van 2008, in het bijzonder in augustus van dat jaar, daalde de waarde van de privéportefeuille. Nadat de waarde van de privéportefeuille was gedaald onder de maximaal toegestane bevoorschotting van € 840.000 moest [eiseres sub 1] in september € 21.320 bijstorten.
2.22Op 31 december 2008 bedroeg de waarde van de privéportefeuille € 595.098,227. De privéportefeuille was in grote lijnen net zo samengesteld als het jaar daarvoor.
2.23Op 31 december 2009 bedroeg de waarde van de privéportefeuille € 761.673,13. De privéportefeuille bestond toen uit 15 posities in financiële instrumenten. 5 daarvan waren perpetuals floaters of steepeners, bijvoorbeeld Perp. floater DT Postbank, 4,145% Perp Cum AG AGN 1995-0, 6% Eureko Perp Capital secur, 8% Glitnir Banki Perp FRN.
Verder bevatte de privé portefeuille 1 asset backed obligatie, te weten Rabo Asset Backed AAA 07.04.1.
2.24[eiseres sub 1] houdt de privéportefeuille nog altijd aan bij Staalbankiers.
de lening van Metaplan Beheer aan [eiseres sub 1]
2.25In januari 2007 heeft [eiseres sub 1] in het kader van haar rekening-courantverhouding met Metaplan Beheer € 840.000 geleend van Metaplan Beheer. [eiseres sub 1] heeft het geleende geld belegd in de privéportefeuille.
het CHF-krediet 2
2.26Op 7 november 2007 heeft [eiseres sub 1] het CHF-krediet 2 afgesloten bij Staalbankiers: een kredietfaciliteit van € 700.000 in Zwitserse Franken tegen een rente op basis van Libor verhoogd met een opslag van 0,7 % met als doel de financiering van een woonhuis in Spanje. Na iedere rentevaste periode van een maand was het CHF-krediet 2 in zijn geheel opeisbaar en kon [eiseres sub 1] deze in zijn geheel boetevrij aflossen. Verder vermeldde de brief - voor zover hier van belang -:
"U loopt hierbij het risico dat u ondanks het gunstige CHF-LIBOR-rentetarief, als gevolg van koersschommelingen van de Zwitserse Frank ten opzichte van de Euro, per saldo ongunstiger uit zou kunnen zijn dan in het geval de lening verstrekt zou zijn in Euro's, gecombineerd met het Euribor rentetarief.
Lees de bijlage "Achtergrondinformatie Staalbankiers Hypotecaire lening in Zwitserse Franken" bij deze offerte. Door ondertekening van deze offerte bevestigt u dat u bekend bent met voornoemde financiele risico's.
(...)
Let op: U loopt het risico dat u bij aflossing (op de einddatum of bij tussentijdse aflossing van de lening) meer Euro's dient aan te wenden voor de aflossing van de lening dan nodig waren bij aanvang van de lening.
Lees de bijlage "Achtergrondinformatie Staalbankiers Hypothecaire lening in Zwitserse Franken" bij deze offerte. Door ondertekening van deze offerte verklaart u dit risico te begrijpen en te aanvaarden.
2.27[eiseres sub 1] heeft tot meerdere zekerheid van het CHF-krediet 2 ten behoeve van Staalbankiers een pandrecht gevestigd op de privéportefeuille, met de voorwaarde dat de waarde van deze portefeuille gedurende de looptijd van het CHF krediet-2 steeds minimaal € 840.000 zou bedragen.
de B.V.-portefeuille
2.28Op 14 november 2007 heeft Metaplan Beheer een Overeenkomst Effectenbemiddeling gesloten met Staalbankiers (hierna: de B.V.-overeenkomst), met dezelfde inhoud als de privé overeenkomst.
2.29Staalbankiers heeft een effectendepot en een effectenrekening geopend voor Metaplan Beheer (hierna: de B.V.-portefeuille).
2.30Op 14 november 2007 heeft [eiseres sub 1] namens Metaplan Beheer een Vragenlijst als ondersteuning bij het bepalen van het cliënt- en beleggingsprofiel ingevuld. Op de vraag "Hoeveel ervaring hebt u met beleggen ?" is geantwoord "Geen ervaring" en op de vraag "Welke van de onderstaande antwoordmogelijkheden past het best bij uw kennisniveau met betrekking tot beleggen en uw (financieel/economische) werkervaring ?" is geantwoord "Geen of geringe kennis, los van financieel/economische werkervaring". Voorts is ingevuld dat jaarlijks belegd is in obligaties en obligatiefondsen en aandelen (beleggingsfondsen) en niet in garantieproducten en structered products en/of derivaten. In antwoord op de vraag naar het doel van de beleggingen is ingevuld "aanvulling op uw huidig inkomen".
2.31Op 27 november 2007 heeft [eiseres sub 1] namens Metaplan Beheer een cliëntrapport en een detailrapport van Staalbankiers ondertekend. Daarin staan als uitgangspunten vermeld:
- een startvermogen van € 500.000,
- een doelstelling (belegd vermogen) van 5% en een doelhorizon van 15 jaar,
- de keuze voor een defensief beleggingsprofiel.
De portefeuilleallocatietabel vermeldt 25% aandelen en 75% obligaties.
2.32Staalbankiers stuurde Metaplan Beheer periodiek overzichten van de B.V.-portefeuille, waar ook steeds de onder 2.17 bedoelde mededeling op stond, die betrekking had op dezelfde afwijking ten opzichte van het defensieve beleggingsprofiel, te weten het ontbreken van aandelen in deze portefeuille.
2.33Op 31 december 2008 bedroeg de waarde van de B.V. portefeuille € 383.061,25. De B.V.-portefeuille bestond toen uit 14 posities in financiële instrumenten. In ieder geval 9 daarvan waren perpetuals floaters of steepeners, bijvoorbeeld 5.125% Eureko Perpetual 2005, BFCM 25.02.05 Perpetual -FRN-, 8% Glitnir Banki Perp FRN, 6% Eureko Perp Capital secur, Perpetual Floater Jyske Bank, Oesterr. Volkasbanken 2008 FR, KBC Bank Debt Perp 2008 -FRN- en ING Perpetual Securities IV.
2.34Op 31 december 2009 bedroeg de waarde van de B.V. portefeuille € 406.098,10. De B.V.-portefeuille was toen in grote lijnen hetzelfde samengesteld als het jaar daarvoor.
2.35Metaplan Beheer houdt de B.V.-portefeuille nog altijd aan bij Staalbankiers.
2.36Eind 2008/begin 2009 hebben [eiseressen cs] en Staalbankiers gecorrespondeerd over de waardedaling van de privéportefeuille en de B.V.-portefeuille, de onderdekking van de privé portefeuille en door Staalbankiers in verband daarmee niet uitgevoerde betalingsopdrachten.
2.37Op 15 juli 2010 hebben [eiseressen cs] Staalbankiers en [A] cs aansprakelijk gesteld voor de door [eiseres sub 1] gestelde tekortkomingen en onrechtmatige handeling waar deze zaak op ziet.
2.38Op 2 december 2011 is het geschil tussen [eiseressen cs] en [A] cs geëindigd door een schikking, die onder meer inhoudt dat [A] cs € 20.000 zullen voldoen aan [eiseressen cs].
3.Het geschil
3.1[eiseressen cs] vorderen - samengevat - dat bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad,
primair: Staalbankiers en/of [A] cs voor zover mogelijk hoofdelijk worden veroordeeld:
i) om [eiseres sub 1] feitelijk in de situatie te brengen waarin [eiseres sub 1] zou hebben verkeerd, zoals nader gespecificeerd onder de punten 5.1-5.5 van de dagvaarding, indien de Bank en [A] zouden hebben gehandeld, zoals zij hadden behoren te doen, alles onverminderd de aansprakelijkheid van de Bank en/of [A] voor alle in verband met de ten processe gestelde gedragingen of nalatigheden door [eiseres sub 1] geleden schade, voor zover deze alsdan niet wordt vergoed, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 15 juli 2010, althans vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele vergoeding;
ii)tot betaling aan [eiseres sub 1] van € 9.103, aan kosten voor de vaststelling van de schade, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 15 juli 2010, althans vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele vergoeding;
iii)tot betaling van € 5.355 aan buitengerechtelijke incassokosten;
iv) in de kosten van deze procedure;
subsidiair:
i)Staalbankiers en/of [A] cs voor zover mogelijk hoofdelijk worden veroordeeld tot betaling aan [eiseres sub 1] en Metaplan Beheer van € 42.766, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 15 juli 2010, althans vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele vergoeding;
ii)Staalbankiers en/of [A] cs voor zover mogelijk hoofdelijk worden veroordeeld tot betaling aan [eiseres sub 1] en/of Metaplan Beheer van € 20.000, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 15 juli 2010, althans vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele vergoeding;
iii)Staalbankiers wordt veroordeeld tot betaling aan [eiseres sub 1] van € 206.000, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 15 juli 2010, althans vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele vergoeding;
iv)Staalbankiers wordt veroordeeld tot betaling aan Metaplan Beheer van € 91.000, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 15 juli 2010, althans vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele vergoeding;
v)Staalbankiers en/of [A] cs voor zover mogelijk hoofdelijk worden veroordeeld tot betaling aan [eiseres sub 1] van € 9.103,50, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 15 juli 2010, althans vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele vergoeding;
vi)Staalbankiers en/of [A] cs voor zover mogelijk hoofdelijk worden veroordeeld tot betaling aan [eiseres sub 1] van € 21.320, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 15 juli 2010, althans vanaf de dag der dagvaarding tot aan de dag der algehele vergoeding;
vii)Staalbankiers en/of [A] cs voor zover mogelijk hoofdelijk worden veroordeeld tot betaling van € 5.355;
viii) Staalbankiers en/of [A] cs voor zover mogelijk hoofdelijk worden veroordeeld in de kosten van deze procedure.
3.2[eiseressen cs] hebben aan deze vordering ten aanzien van Staalbankiers de volgende stellingen ten grondslag gelegd:
3.2.1Staalbankiers is toekenbaar tekortgeschoten en/of heeft onrechtmatig gehandeld jegens [eiseres sub 1] en Metaplan door:
i) de op haar rustende informatie- en waarschuwingsverplichtingen niet in acht te nemen;
ii) tekort te schieten in de zorgplicht door ondeugdelijke beleggingsadviezen te geven, namelijk adviezen die niet aansloten op het cliëntprofiel en daardoor te risicovolle en eenzijdige portefeuilles tot gevolg hadden, en onvoldoende waarschuwingen dienaangaande te geven;
iii) het onjuiste advies te geven dat [eiseres sub 1] zou lenen van Metaplan Beheer en met de geleende gelden zou gaan beleggen in de privéportefeuille te beleggen;
iv) niet te adviseren over de extra (rente en fiscale) risico's van beleggen met geleend geld;
v) de CHF-kredieten te adviseren, zonder voldoende en uitdrukkelijk te informeren over de kosten en de risico's van die leningen, waaronder in het bijzonder de risico's van effectenkrediet;
vi) alle hier bedoelde adviezen gecombineerd, waarmee een giftige cocktail is ontstaan die voor [eiseressen cs] desastreuze financiële consequenties heeft gehad.
3.2.2[eiseressen cs] hebben schade geleden omdat de hiervoor bedoelde risico's zich hebben gemanifesteerd. [eiseres sub 1] heeft voorts kosten gemaakt ter vaststelling van de schade
(€ 9.103,50) en heeft buitengerechtelijke kosten (€ 5.355).
3.2.3Staalbankiers is hoofdelijk aansprakelijk met [A].
3.3Staalbankiers heeft de vordering gemotiveerd betwist
4.De beoordeling
4.1Uit de vaststaande feiten en de inrichting van de dagvaarding blijkt dat de verwijten van [eiseressen cs] jegens Staalbankiers zich toespitsen op de periode tussen 2004 en begin 2009: [eiseressen cs] hebben eind 2008/begin 2009 met Staalbankiers gecorrespondeerd over de waardedaling in de portefeuilles en de onderdekking in de privé portefeuille en hebben gesteld dat het hun medio 2009, toen zij juridisch advies inwonnen, in volle omvang duidelijk werd wat de financiële stand van zaken was. De beoordeling zal zich daarom richten op het handelen/nalaten van Staalbankiers in de periode tussen 2004 en begin 2009.
4.2In navolging van partijen, die [A] en [A] B.V. steeds gezamenlijk aanduiden als "[A]" en hen als één entiteit behandelen, zullen deze twee (rechts)personen hierna tezamen worden aangeduid als "[A]" en zullen zij ook overigens bij de beoordeling als één (rechts)persoon worden gezien.
4.3De door Staalbankiers gemotiveerd betwiste stellingen van [eiseressen cs] over verlening van fiscaal en financieel advies door Staalbankiers vinden geen steun in de stukken of het verhandelde ter comparitie. Integendeel, uit de stukken blijkt dat [eiseres sub 1] zich liet bijstaan door een fiscalist, [D]. Vaststaat voorts dat [A] de financieel adviseur van [eiseressen cs] was. In eerste instantie verliepen de contacten tussen [eiseres sub 1] en Staalbankiers uitsluitend via [A]. Daarna heeft [A] [eiseressen cs] bijgestaan in de contacten met Staalbankiers en hen in voorkomende gevallen vertegenwoordigd tegenover Staalbankiers. [A] wordt als professioneel opererend, bij de AFM geregistreerd financieel adviseur geacht te beschikken over professionele kennis van en inzicht in financiële producten en hun bijzondere kenmerken, waaronder de daaraan verbonden risico's. Deze hoedanigheid maakt ook dat [A] kon worden beschouwd als zeer ervaren belegger. Nu [A] [eiseressen cs] jegens Staalbankiers bijstonden en in voorkomende gevallen vertegenwoordigde, moet ten aanzien van [eiseressen cs] worden uitgegaan van [A]s hiervoor bedoelde kennis, inzicht en beleggingservaring. Het geschilpunt over de beleggingservaring van [eiseressen cs] kan daarom onbesproken blijven.
het CHF-krediet 1
4.4[eiseressen cs] verwijten Staalbankiers dat zij [eiseres sub 1] onvoldoende heeft geïnformeerd over de bijzondere kenmerken en risico's van het CHF-krediet 1 en de mogelijkheid om de valutarisico's af te dekken.
4.5Staalbankiers trad bij de verstrekking van het CHF-krediet 1 op als kredietverstrekker en was uit dien hoofde gehouden gegevens te verstrekken over de kenmerken van het CHF-krediet 1, waaronder de daaraan verbonden risico's. Staalbankiers heeft dit gedaan in de offerte en heeft daarmee voldaan aan de op haar rustende informatieplicht.
4.6Ter comparitie heeft [eiseres sub 1] verklaard dat zij bij lezing van het onder 2.6 bedoelde citaat is geschrokken. Zij heeft toen navraag gedaan bij [A] en [C] Staalbankiers, die de risico's van het CHF-krediet 1 zouden hebben "weggewuifd" door te zeggen dat het zo'n vaart niet zou lopen en dat [eiseres sub 1] het CHF-krediet 1 iedere maand kon omzetten in een kredietfaciliteit in euro's. [eiseres sub 1] heeft vervolgens het CHF-krediet 1 afgesloten en heeft daar in de eerste jaren naar eigen zeggen ook veel voordeel van gehad.
4.7"Wegwuiven" is de door [eiseres sub 1] gegeven kwalificatie van wat tegen haar is gezegd. Niet blijkt dat de mededeling dat het zo'n vaart niet zou lopen, gelet op datgene wat toen bekend was en kon worden verwacht over de risico's van het CHF-krediet 1, onjuist was. Deze mededeling ging bovendien gepaard met de mededeling dat, als het risico waar Staalbankiers voor waarschuwde, zich zou openbaren, [eiseres sub 1] het CHF-krediet 1 iedere maand kon omzetten in een kredietfaciliteit in euro's.
het CHF-krediet 2
4.8Het verwijt van [eiseressen cs] dat Staalbankiers [eiseres sub 1] onvoldoende heeft geïnformeerd over het CHF-krediet 2 stuit reeds af op het feit dat [eiseres sub 1] eerder het CHF-krediet 1 had afgesloten, met dezelfde kenmerken en daaraan verbonden risico's. Zij moet dus die kenmerken en risico's geacht worden te hebben gekend. Bovendien heeft Staalbankiers [eiseres sub 1] daar opnieuw over geïnformeerd.
4.9[eiseressen cs] stellen voorts dat het CHF-krediet 2 een effectenkrediet is en verwijten Staalbankiers dat zij [eiseres sub 1] onvoldoende heeft gewezen op de risico's van zo'n krediet, namelijk dat een, door [eiseres sub 1] aan te zuiveren, dekkingstekort zou kunnen ontstaan als de waarde van de privé portefeuille zou dalen onder de € 840.000 en het risico van een restschuld als tegenover een in waarde stijgend CHF-krediet 2 een in waarde dalende privé portefeuille zou komen staan.
4.10[eiseressen cs], bijgestaan door [A], moeten hebben geweten dat de aan het pandrecht tot zekerheid van het CHF-krediet 2 verbonden voorwaarde dat de privé portefeuille een minimale waarde moest hebben, betekende dat daling onder die waarde kon leiden tot een dekkingstekort. In het midden kan blijven of het CHF-krediet 2 kan worden gekwalificeerd als effectenkrediet.
4.11Het wijzen op het risico als gevolg van een in de waarde stijgend CHF-krediet 2 en een in waarde dalende privé portefeuille komt neer op het hiervoor besproken wijzen op de aan een krediet in buitenlandse valuta verbonden risico's en het risico van het ontstaan van een dekkingstekort.
de beleggingsportefeuilles (privé en B.V.)
4.12Partijen zijn het erover eens dat met het afsluiten van de privéovereenkomst en de B.V.-overeenkomst een beleggingsadviesrelatie tussen Staalbankiers en [eiseres sub 1], respectievelijk Metaplan Beheer, tot stand is gekomen.
4.13In een beleggingsadviesrelatie is de belegger in beginsel zelf verantwoordelijk voor de gang van zaken met betrekking tot zijn beleggingen: de belegger moet zelf beoordelen en beslissen of hij de adviezen van de adviseur al dan niet wil opvolgen en de belegger is in beginsel zelf verantwoordelijk voor de door hem genomen beleggingsbeslissingen en de daaraan verbonden risico's.
Daar tegenover staat dat de bank dient te handelen als redelijk handelend en redelijk bekwaam adviseur en met inachtneming van de op haar rustende bijzondere zorgplicht. Deze bijzondere zorgplicht volgt uit de eisen van redelijkheid en billijkheid, in aanmerking genomen de maatschappelijke functie en deskundigheid van de bank. De precieze aard en omvang van deze bijzondere zorgplicht worden nader bepaald door de feiten en omstandigheden van het geval, waaronder de beleggingservaring van de cliënt, zijn beleggingsdoelstelling en -profiel.
4.14Gelet op de inhoud van het beleggingsadvies direct voorafgaand aan de totstandkoming van de privéovereenkomst, gold in eerste instantie een zeer defensief beleggingsprofiel voor de privéportefeuille. Staalbankiers heeft het beleggingsprofiel gewijzigd naar defensief en heeft dit in de onder 2.13 en 2.15 bedoelde brieven kenbaar gemaakt aan [eiseres sub 1]. Ter comparitie heeft [eiseres sub 1] verklaard dat zij zich niet kon herinneren dat zij deze brieven van Staalbankiers heeft ontvangen, doch dat het zou kunnen dat zij de brieven heeft gekregen. Daarnaast heeft Staalbankiers in de onder 2.17 bedoelde overzichten steeds vermeld dat het beleggingsprofiel defensief was en staat in de brief over het pandrecht tot zekerheid van het CHF-krediet 2 dat het beleggingsprofiel defensief is. [eiseres sub 1] heeft ter comparitie verklaard dat zij aan de aanduiding "defensief" geen betekenis heeft gehecht; er stond defensief in en dat leek haar goed. [eiseres sub 1] wist dus dat Staalbankiers uitging van een defensief beleggingsprofiel voor de privéportefeuille.
4.15[eiseressen cs] stellen dat Staalbankiers ten onrechte is uitgegaan van een defensief beleggingsprofiel voor beide portefeuilles, omdat uit de onder 2.8 en 2.30 bedoelde antwoorden van [eiseres sub 1] voor zichzelf en namens Metaplan Beheer op de vragenformulieren blijkt dat [eiseressen cs] een zeer laag risico wilden lopen.
4.16Staalbankiers was gehouden om, voor zover dit redelijkerwijs relevant was voor de door haar te verrichten diensten, informatie in te winnen over de financiële positie van [eiseressen cs], hun beleggingservaring, beleggingsdoelstellingen en risicobereidheid. Staalbankiers heeft dat onder meer gedaan door middel van de vragenformulieren, die echter niet van doorslaggevende betekenis zijn. Er zijn geen aanknopingspunten voor het oordeel dat Staalbankiers op grond van de relevante feiten en omstandigheden ten onrechte een defensief beleggingsprofiel passend heeft gevonden voor beide portefeuilles.
4.17Beide portefeuilles bestonden voor een (zeer) groot deel uit perpetuals, floating rate notes, steepeners, asset backed obligaties en cdo's en er waren voor nagenoeg 100% posities in instellingen in de financiële en verzekeringssector ingenomen. Verder waren in beide portefeuilles posities ingenomen in vreemde valuta, bijvoorbeeld in Turkse lire, IJslandse kroon en Zuid-Afrikaanse Rand.
4.18Vanwege het hoge aandeel relatief risicovolle (alternatieve) obligaties en de nagenoeg gehele concentratie van de beleggingen in één sector, was de samenstelling van de portefeuilles niet in overeenstemming was met het defensieve beleggingsprofiel. Voor de B.V. portefeuille geldt bovendien dat deze risicovolle en eenzijdige beleggingen niet stroken met de voor deze portefeuille geldende (gedeeltelijke) pensioendoelstelling.
4.19Een redelijk bekwaam en redelijk handelende bank mag de indringendheid en uitvoerigheid van haar adviezen afstemmen op de haar bekende kennis, inzicht en beleggingservaring van de cliënt. Zoals overwogen onder 4.3, kon Staalbankiers daarbij ten aanzien van [eiseressen cs] uitgaan van de bij [A] aanwezige kennis, inzicht en beleggingservaring.
[eiseressen cs], bijgestaan door [A], moeten worden geacht op de hoogte te zijn geweest van de bijzondere kenmerken van de posities in de portefeuilles, waaronder de daaraan verbonden risico's. Staalbankiers heeft [eiseressen cs] daar voorts, zowel bij het aangaan van de adviesrelatie als daarna, met de door haar verstrekte overzichten, voldoende over ingelicht.
Als Staalbankiers adviezen heeft verstrekt die niet in overeenstemming waren met de defensieve beleggingsprofiel, moeten [eiseressen cs], bijgestaan door [A], in staat zijn geweest om dat te onderkennen. Onder deze omstandigheden kan, als [eiseressen cs] bij het innemen van posities hebben gehandeld overeenkomstig eventuele te risicovolle adviezen van Staalbankiers, dat niet aan Staalbankiers worden tegengeworpen. Uit de stellingen van partijen blijkt overigens dat [eiseressen cs] ook posities hebben ingenomen die niet door Staalbankiers, maar (alleen) door [A] waren geadviseerd.
[eiseressen cs], bijgestaan door [A], moeten ook geacht worden zich bewust te zijn geweest van de risicovolle en eenzijdige samenstelling van de portefeuilles en de daarmee samenhangende risico's, inclusief het risico van onderdekking in de privéportefeuille.
4.20De verwijten van [eiseressen cs] aan Staalbankiers over de advisering en niet naleving van de informatie- en waarschuwingsplicht ten aanzien van beide portefeuilles stuiten af op het voorgaande.
de lening van [eiseres sub 1] van Metaplan Beheer en het beleggen met deze geleende gelden in de privé portefeuille
4.21Ter comparitie heeft [eiseres sub 1] verklaard dat [A] voorstelde dat [eiseres sub 1] geld zou lenen van Metaplan Beheer en dat zij daarmee zou gaan beleggen in de privéportefeuille. [eiseres sub 1] zou daarop hebben gevraagd of dat wel kon en zowel [A] als [C] zouden dat hebben beaamd.
4.22De stelling van [eiseressen cs] dat Staalbankiers heeft geadviseerd om geld van Metaplan Beheer te lenen en daarmee in privé te gaan beleggen strookt niet met de feitelijke gang van zaken die uit de verklaring van [eiseres sub 1] naar voren komt. Daaruit blijkt dat [A] degene is die dit advies heeft gegeven. Reeds hierom treft dit verwijt geen doel.
4.23Met Staalbankiers wordt voorts geoordeeld dat de belegging door [eiseres sub 1] met gelden die zij had geleend van Metaplan Beheer, waar zij toen 100% aandeelhouder van was, niet gelijkgesteld kan worden met het beleggen met geleend geld waar een bijzondere waarschuwingsplicht voor geldt. Reeds hierom treft Staalbankiers te dien aanzien geen verwijt.
"giftige cocktail"
4.24De voorgaande oordelen leiden ertoe Staalbankiers geen verwijt treft ten aanzien van de door [eiseressen cs] als een"giftige cocktail" gekarakteriseerde situatie.
slotsom
4.25Het voorgaande leidt tot afwijzing van de vordering van [eiseressen cs]. Aan bespreking van de overige geschilpunten worden niet toegekomen.
4.26[eiseressen cs] worden als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van Staalbankiers, die worden begroot op € 3.529 aan griffierecht en € 6.422 aan salaris advocaat (2 punten tarief VII). De vordering ter zake van de wettelijke rente over de proceskosten ligt als onweersproken voor toewijzing gereed.
5.De beslissing
De rechtbank:
- wijst de vordering af;
- veroordeelt [eiseressen cs] in de kosten van het geding, aan de zijde van Staalbankiers tot op deze uitspraak begroot op € 9.951, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 4 juli 2012 tot aan de dag van algehele voldoening;
- verklaart de veroordeling in de proceskosten uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. L. Alwin en in het openbaar uitgesproken op 11 juli 2012.