ECLI:NL:RBSGR:2012:BX6255
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toepassing van de hardheidsclausule bij niet-tijdige betaling griffierecht in echtscheidingsprocedure
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 23 augustus 2012 uitspraak gedaan in een echtscheidingsprocedure waarbij de verzoekers, een man en een vrouw, een gemeenschappelijk verzoek tot echtscheiding hadden ingediend. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoekers het verschuldigde griffierecht niet tijdig hebben voldaan, wat hen niet-ontvankelijk verklaarde in hun verzoek. De griffie had de ontvangst van het verzoekschrift op 2 juli 2012 bevestigd, maar de betaling van het griffierecht was pas na een aanmaning gedaan, wat na de wettelijke betalingstermijn viel. De advocaat van de man had aangevoerd dat de betaling van het griffierecht was voldaan, maar dit was niet tijdig gebeurd. De rechtbank heeft de hardheidsclausule van artikel 282a, lid 4, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) overwogen, maar oordeelde dat er geen onbillijkheid van overwegende aard was die toepassing van deze clausule rechtvaardigde. De rechtbank heeft daarom de verzoekers niet-ontvankelijk verklaard in hun verzoek tot echtscheiding. Deze beschikking is gegeven door mr. I.D. Bellaart, bijgestaan door K.D. van den Berg als griffier, en is uitgesproken ter openbare terechtzitting.