ECLI:NL:RBSGR:2012:BX3661

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
17 juli 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
420568 FA RK 12-4181
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontkenning vaderschap en toepassing van de hardheidsclausule in het civiel recht

In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 17 juli 2012 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontkenning van het vaderschap. Verzoekster had op 31 mei 2012 een verzoekschrift ingediend, maar had het verschuldigde griffierecht niet tijdig voldaan. De griffie bevestigde de ontvangst van het verzoekschrift op 6 juni 2012 en herinnerde verzoekster aan de betaling van het griffierecht, dat uiterlijk op 28 juni 2012 voldaan diende te zijn. Verzoekster heeft echter niet tijdig betaald, wat leidde tot een brief van de griffier op 5 juli 2012 waarin verzoekster werd uitgenodigd om binnen twee weken te reageren op het verzuim of een beroep te doen op de hardheidsclausule van artikel 282a, vierde lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).

De advocaat van verzoekster heeft op 9 juli 2012 aangevoerd dat haar kantoor op 22 juni 2012 getroffen was door een aanhoudende internet- en telefoonstoring, waardoor betalingen niet verwerkt konden worden. De advocaat verzocht de rechtbank om verzoekster niet de dupe te laten worden van deze ongelukkige omstandigheden. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat verzoekster niet-ontvankelijk moet worden verklaard in haar verzoek, omdat het niet tijdig voldoen aan het griffierecht in strijd is met de wet.

De rechtbank overwoog dat, hoewel de advocaat een beroep deed op de hardheidsclausule, de omstandigheden niet voldoende waren om een onbillijkheid van overwegende aard aan te tonen. De internet- en telefoonstoring viel onder het risico van de advocaat, die had moeten controleren of de betaling was verwerkt. De rechtbank heeft daarom de verzoekster niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek tot ontkenning van het vaderschap.

Uitspraak

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE
Sector familie- en jeugdrecht
Enkelvoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 12-4181
Zaaknummer: 420568
Datum beschikking: 17 juli 2012
Ontkenning vaderschap
Beschikking op het op 31 mei 2012 ingekomen verzoek van:
[de vrouw],
wonende te [woonplaats vrouw],
advocaat: mr. E.F.A. Linssen-van Rossum te 's-Gravenhage.
Procedure
De rechtbank heeft kennis genomen van het verzoek, strekkende tot ontkenning van het vaderschap.
De griffie heeft de ontvangst van het verzoekschrift bij schrijven 6 juni 2012 bevestigd.
Gelet op artikel 3, vierde lid, van de Wet griffierechten burgerlijke zaken is verzoekster griffierecht verschuldigd vanaf de indiening van het verzoekschrift en dient zij ervoor te zorgen dat het griffierecht binnen vier weken nadien, in dit geval dus uiterlijk op 28 juni 2012, is bijgeschreven op de rekening van het gerecht waar de behandeling plaatsvindt dan wel ter griffie is gestort. Verzoekster heeft het verschuldigde griffierecht niet tijdig voldaan.
Bij brief van 5 juli 2012 heeft de griffier verzoekster in de gelegenheid gesteld zich binnen twee weken na dagtekening van deze brief schriftelijk en gemotiveerd uit te laten met betrekking tot het geconstateerde verzuim en/of alsnog een beroep te doen op de hardheidsclausule van artikel 282a, vierde lid, van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv).
Bij bericht van 9 juli 2012 heeft de advocaat - zakelijk weergegeven - aangevoerd dat op 22 juni 2012 haar kantoor is getroffen door een aanhoudende internet- en telefoonstoring van de KPN en xs4all, waardoor betalingen die diezelfde ochtend zijn voldaan niet zijn verwerkt. De advocaat is niet gealarmeerd door een (eerste) aanmaning van de rechtbank, nu deze gelijktijdig met bovengenoemde brief van de rechtbank van 5 juli 2012 binnenkwam. Inmiddels is de nota voldaan. De advocaat verzoekt de rechtbank om verzoekster niet de dupe te laten worden van deze ongelukkige samenloop van omstandigheden.
Beoordeling
Nu verzoekster het verschuldigde griffierecht niet tijdig heeft voldaan, dient de rechter verzoekster gelet op het bepaalde in artikel 282a, tweede lid, Rv niet-ontvankelijk te verklaren in het verzoek, tenzij toepassing van die bepaling, gelet op het belang van één of meer van de partijen bij toegang tot de rechter, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard (artikel 282a, vierde lid, Rv, de hardheidsclausule).
Voor zover bovengenoemd bericht van de advocaat moet worden gelezen als een beroep op genoemde hardheidsclausule, wijst de rechtbank dat beroep af. De - overigens niet aangetoonde - internet- en telefoonstoring op 22 juni 2012 komt in het onderhavige geval voor rekening en risico van de gebruiker, in dit geval de advocaat. Het had op diens weg gelegen om te controleren of de onderhavige betaling ondanks de storing was verwerkt en zo niet alsnog te betalen. Niet-ontvankelijkverklaring leidt dan ook niet tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Verzoekster zal dan ook niet-ontvankelijk worden verklaard in haar verzoek.
Beslissing
De rechtbank:
verklaart verzoekster niet-ontvankelijk in het verzoek.
Deze beschikking is gegeven te 's-Gravenhage door mr. M. Kramer, bijgestaan door K.D. van den Berg als griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 17 juli 2012.