ECLI:NL:RBSGR:2012:BX1926
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Incidentiële vordering tot inzage in documenten in het kader van een overnamegeschil
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 11 juli 2012 uitspraak gedaan in een incident naar aanleiding van een vordering van [eiser] tot inzage in documenten op grond van artikel 843a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). [eiser] vorderde inzage in diverse documenten, waaronder een (concept) due diligence rapport en correspondentie met betrekking tot de overname van aandelen in de besloten vennootschap [B] Automotive B.V. door Dome Vastgoed Wassenaar B.V. en andere betrokken partijen. De rechtbank heeft vastgesteld dat voor toewijzing van een vordering op basis van artikel 843a Rv een rechtmatig bewijsbelang moet bestaan. De rechtbank oordeelde dat [eiser] niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij een voldoende bewijsbelang had bij het verkrijgen van de gevraagde documenten. De rechtbank concludeerde dat de redenen voor het afzien van de koopovereenkomst door Dome en [B] niet uitsluitend gebaseerd waren op de due diligence-rapportages, maar ook op andere gronden die in een eerdere brief waren uiteengezet. Hierdoor was er geen sprake van een 'doorslaggevende stelling' die de gevraagde inzage rechtvaardigde. De incidentele vordering van [eiser] werd afgewezen, en hij werd veroordeeld in de proceskosten. De rechtbank besloot dat er geen hoger beroep openstond tegen dit vonnis, gezien het belang van een voortvarende procesvoering.