ECLI:NL:RBSGR:2012:BX0936
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- E. Timmermans
- J.J. Peters
- S.M. Krans
- Rechtspraak.nl
Tenuitvoerlegging van voorwaardelijk opgelegde ISD-maatregel na veroordeling
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 28 juni 2012 uitspraak gedaan over de tenuitvoerlegging van een voorwaardelijk opgelegde ISD-maatregel. De rechtbank behandelde de vordering van de officier van justitie tot tenuitvoerlegging van deze maatregel, die eerder was opgelegd bij vonnis van 2 augustus 2011. De veroordeelde, bijgestaan door zijn advocaat mr. C.L. Koets - Bolhuis, was aanwezig en werd gehoord over de vordering. De officier van justitie, mr. K. Sanders, heeft de schriftelijke vordering tot tenuitvoerlegging gehandhaafd.
Tijdens de zitting heeft een reclasseringsmedewerker verklaard dat de veroordeelde ambivalente motivatie vertoont om clean te worden, wat een strikter kader voor zijn behandeling noodzakelijk maakt. De rechtbank heeft, rekening houdend met de adviezen van de reclassering en de eerdere veroordelingen van de veroordeelde, besloten de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel te gelasten. De rechtbank benadrukte dat de intramurale fase zo kort mogelijk dient te zijn, om de veroordeelde te motiveren om aan zijn verslavingsproblematiek te werken.
De rechtbank heeft kennisgenomen van een rapport van de Reclassering Nederland, waarin wordt geadviseerd om de veroordeelde ambulant te behandelen. De rechtbank oordeelde dat, hoewel de inhoudelijke informatie uit het rapport waardevol is, de beslissing over de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel op basis van de huidige vordering moet worden genomen. Uiteindelijk heeft de rechtbank de tenuitvoerlegging van de ISD-maatregel gelast, met de verwachting dat de veroordeelde na de intramurale fase kan overgaan naar ambulante behandeling.