ECLI:NL:RBSGR:2012:BW9805

Rechtbank 's-Gravenhage

Datum uitspraak
8 juni 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
410642 - FA RK 12-100
Instantie
Rechtbank 's-Gravenhage
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Internationale omgangsregeling vastgesteld op grond van artikel 21 HKOV

In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 8 juni 2012 een beschikking gegeven in een geschil tussen een vader en een moeder over de zorg- en opvoedingstaken van hun minderjarige kinderen. De moeder heeft verzocht om het ouderschapsplan, dat door beide partijen was ondertekend, in de beschikking op te nemen. Dit ouderschapsplan vervangt een eerder 'Agreement - Minutes of Settlement' uit 2004. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen bezwaren zijn tegen het opnemen van het ouderschapsplan, aangezien het belang van de minderjarigen niet in het geding is. De rechtbank heeft de overeenkomst tussen partijen, die de zorg voor de kinderen regelt, goedgekeurd en verklaard dat de beschikking uitvoerbaar is bij voorraad.

De rechtbank heeft ook overwogen dat de in Canada lopende procedures naar verwachting zullen worden ingetrokken, en heeft de regeling die partijen onderling hebben getroffen ten aanzien van hun minderjarige kinderen, zoals neergelegd in het ouderschapsplan, opgenomen in de beschikking. De beschikking is gegeven door kinderrechter S.J. Hoekstra-van Vliet, in aanwezigheid van griffier L.F.A. Bos, en is uitgesproken tijdens een openbare zitting. De vader en moeder zijn beiden Canadese nationaliteit en hebben gezamenlijk gezag over hun kinderen. De rechtbank heeft geoordeeld dat, gezien de gewone verblijfplaats van de minderjarigen in Nederland, de Nederlandse rechter bevoegd is om te beslissen op het verzoek tot vaststelling van de zorg- en opvoedingstaken.

Uitspraak

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE
Sector familie- en jeugdrecht
Enkelvoudige Kamer
Rekestnummer: FA RK 12-100
Zaaknummer: 410642
Datum beschikking: 8 juni 2012
Gezagsuitoefening
Beschikking op het op 4 januari 2012 ingekomen verzoek van:
[de moeder],
de moeder,
wonende te [woonplaats moeder],
advocaat: mr. A.H. van Haga te 's-Gravenhage.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:
[de vader],
de vader,
wonende te [woonplaats vader], (Canada),
advocaat: mr. --.
Procedure
De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:
- het verzoekschrift;
- de brief d.d. 27 april 2012 van de zijde van de moeder, met als bijlage onder meer het door partijen ondertekende ouderschapsplan;
- de brief d.d. 31 mei 2012 van de zijde van de moeder, met als bijlage de schriftelijke uitlating van de minderjarigen [minderjarige 1], [minderjarige 2], en [minderjarige 3] over de afspraken in het ouderschapsplan.
Verzoek en verweer
De moeder heeft verzocht, uitvoerbaar bij voorraad, onder wijziging van de tussen partijen gesloten overeenkomst, de Agreement - Minutes of Settlement, getekend op 30 augustus 2004 en 31 augustus 2004 door respectievelijk de man en de vrouw, en onder wijziging van na te melden beslissing van 26 oktober 2004, te bepalen dat:
1. in het kader van de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken de minderjarige kinderen van partijen hun hoofdverblijf hadden, hebben en zullen hebben bij de moeder;
2. de teruggeleiding wordt gelast van de minderjarigen, waarbij tevens de Canadese paspoorten van de minderjarigen alsmede de Nederlandse identiteitskaarten van de minderjarigen dienen te worden afgegeven, naar Nederland, naar de moeder, wonende te [woonplaats moeder], waarbij de teruggeleiding dient te geschieden binnen 72 uur na de datum van de in dezen te wijzen beschikking, waarbij de vader de minderjarigen dient terug te brengen naar Nederland en daarbij te bevelen dat indien de vader nalaat de minderjarigen terug te brengen naar Nederland, de vader de minderjarigen met de benodigde reisdocumenten aan de moeder zal afgeven, zolang als zij nog in Canada verblijft, uiterlijk binnen 72 uur na datum van de in dezen te wijzen beschikking, opdat de moeder de minderjarigen zelf naar Nederland mee terug kan nemen;
3. met veroordeling van de vader in de kosten van deze procedure.
Feiten
- Partijen zijn met elkaar gehuwd op [datum huwelijk] te [plaats huwelijk] Canada.
- Uit dit huwelijk zijn de volgende thans nog minderjarige kinderen geboren:
- [minderjarige 1], op [geboortedatum] te [geboorteplaats];
- [minderjarige 2], op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (Canada);
- [minderjarige 3], op [geboortedatum] te [geboorteplaats].
- Het tussen partijen gesloten huwelijk is op [datum ontbinding huwelijk] 2004 ontbonden door de beslissing van het hooggerechtshof van [plaats] te Canada, welke beslissing op de 31e daaropvolgende dag in kracht van gewijsde is gegaan.
- In het kader van de ontbinding van het huwelijk hebben partijen een zogenaamd "Agreement - Minutes of Settlement" gesloten, getekend op 30 augustus 2004 en 31 augustus 2004 door respectievelijk de man en de vrouw, welke is opgenomen in de Corollary Relief Judgment van het hooggerechtshof van [plaats] te Canada van 26 oktober 2004. In deze overeenkomst is onder meer een regeling opgenomen ten aanzien van de minderjarigen.
- Partijen oefenen het gezamenlijk gezag over de minderjarigen uit.
- Partijen hebben beiden de Canadese nationaliteit.
Beoordeling
Nu de gewone verblijfplaats van de minderjarigen in Nederland is, is de Nederlandse rechter bevoegd om naar Nederlands recht te beslissen op het verzoek tot vaststelling van de verdeling van de zorg- en opvoedingstaken.
De vader en de moeder hebben - ter vervanging van voormeld "Agreement - Minutes of Settlement" uit 2004 - een ouderschapsplan (parental plan) opgesteld, dat zij respectievelijk op 20 april 2012 en 26 april 2012 hebben ondertekend.
De moeder heeft verzocht het door partijen ondertekende ouderschapsplan in de beschikking op te nemen. De rechtbank zal dienovereenkomstig beslissen nu niet is gebleken dat het belang van de minderjarigen zich daartegen verzet.
Gelet op de bereikte overeenstemming tussen partijen zal de rechtbank het meer of anders verzochte als ingetrokken beschouwen.
De rechtbank gaat ervan uit dat de in Canada eventueel nog lopende procedures zullen worden ingetrokken.
Beslissing
De rechtbank:
neemt op de door partijen getroffen onderlinge regeling ten aanzien van hun minderjarige kinderen, zoals neergelegd in het (in fotokopie) aan deze beschikking gehechte ouderschapsplan (parental plan) en verklaart deze beschikking in zoverre uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. S.J. Hoekstra-van Vliet, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. L.F.A. Bos als griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 8 juni 2012.