ECLI:NL:RBSGR:2012:BW9805
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Internationale omgangsregeling vastgesteld op grond van artikel 21 HKOV
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 8 juni 2012 een beschikking gegeven in een geschil tussen een vader en een moeder over de zorg- en opvoedingstaken van hun minderjarige kinderen. De moeder heeft verzocht om het ouderschapsplan, dat door beide partijen was ondertekend, in de beschikking op te nemen. Dit ouderschapsplan vervangt een eerder 'Agreement - Minutes of Settlement' uit 2004. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen bezwaren zijn tegen het opnemen van het ouderschapsplan, aangezien het belang van de minderjarigen niet in het geding is. De rechtbank heeft de overeenkomst tussen partijen, die de zorg voor de kinderen regelt, goedgekeurd en verklaard dat de beschikking uitvoerbaar is bij voorraad.
De rechtbank heeft ook overwogen dat de in Canada lopende procedures naar verwachting zullen worden ingetrokken, en heeft de regeling die partijen onderling hebben getroffen ten aanzien van hun minderjarige kinderen, zoals neergelegd in het ouderschapsplan, opgenomen in de beschikking. De beschikking is gegeven door kinderrechter S.J. Hoekstra-van Vliet, in aanwezigheid van griffier L.F.A. Bos, en is uitgesproken tijdens een openbare zitting. De vader en moeder zijn beiden Canadese nationaliteit en hebben gezamenlijk gezag over hun kinderen. De rechtbank heeft geoordeeld dat, gezien de gewone verblijfplaats van de minderjarigen in Nederland, de Nederlandse rechter bevoegd is om te beslissen op het verzoek tot vaststelling van de zorg- en opvoedingstaken.