ECLI:NL:RBSGR:2012:BW8736
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vervallen verklaring schriftelijke aanwijzing voor gesloten opname in jeugdzorg
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank 's-Gravenhage op 7 mei 2012 uitspraak gedaan over een verzoek tot vervallen verklaring van een schriftelijke aanwijzing die ouders door jeugdzorg was opgelegd. De ouders waren opgedragen mee te werken aan een gesloten opname van hun minderjarige kind in een accommodatie voor gesloten jeugdzorg. De kinderrechter oordeelde dat een dergelijke vrijheidsbenemende maatregel niet bij schriftelijke aanwijzing kan worden opgelegd, maar dat hiervoor de procedure zoals voorgeschreven in de Wet op de Jeugdzorg gevolgd moet worden. Dit houdt in dat er formele vereisten en waarborgen zijn, zoals rechtsbijstand en instemming van een gedragswetenschapper, die in dit geval niet waren nageleefd.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de schriftelijke aanwijzing, die de ouders en de minderjarige verplichtte om mee te werken aan de opname, niet in het belang van de minderjarige was. De gedragswetenschapper had namelijk aangegeven dat een gesloten plaatsing niet noodzakelijk was. De kinderrechter heeft daarom het verzoek tot vervallen verklaring van de schriftelijke aanwijzing gegrond verklaard en deze beslissing uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
De zaak werd behandeld met gesloten deuren, waarbij de vader, de moeder, de minderjarige en hun advocaat aanwezig waren. De kinderrechter heeft de belangen van de minderjarige vooropgesteld en benadrukt dat de waarborgen die de wet biedt, niet mogen worden genegeerd. De beslissing van de kinderrechter is een belangrijke uitspraak in het kader van de rechten van minderjarigen en de procedures rondom jeugdzorg.