ECLI:NL:RBSGR:2012:BW2534
Rechtbank 's-Gravenhage
- Eerste aanleg - meervoudig
- R.J. Paris
- H. Wien
- J.M.C. Louwinger-Rijk
- Rechtspraak.nl
Vaststelling van de Nederlandse nationaliteit van een verzoeker geboren in Ghana
In deze zaak heeft de Rechtbank 's-Gravenhage op 29 maart 2012 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van een verzoeker, geboren op [geboortedatum] 1991 te [geboorteplaats] in Ghana. De verzoeker heeft verzocht om vast te stellen dat hij de Nederlandse nationaliteit bezit. Dit verzoek is ingediend op 29 oktober 2009, maar de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) heeft het verzoek aanvankelijk afgewezen, met als argument dat de verzoeker ten tijde van de indiening minderjarig was. De IND stelde ook dat er naar Ghanees recht een familierechtelijke relatie bestaat tussen de verzoeker en zijn vader, die op de geboorteakte staat vermeld.
Tijdens de mondelinge behandeling op 16 februari 2012 is de verzoeker, zijn moeder en een tolk verschenen, bijgestaan door zijn advocaat, mr. S.S. Jangali. De IND was vertegenwoordigd door mr. drs. C.J. Cappon. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoeker is geboren tijdens het huwelijk van zijn moeder met [C], die de Nederlandse nationaliteit had. Dit betekent dat [C] juridisch gezien de vader van de verzoeker is, ondanks dat de geboorteakte een andere vader vermeldt.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de verzoeker, geboren als kind van een Nederlandse vader, op grond van artikel 3 lid 1 van de Rijkswet op het Nederlanderschap (Rwn) vanaf zijn geboorte de Nederlandse nationaliteit bezit. De IND is veroordeeld in de kosten van de procedure, en de verzoeker heeft gelijk gekregen in zijn verzoek om vaststelling van zijn nationaliteit. De rechtbank heeft de uitvoerbaarverklaring bij voorraad afgewezen, omdat dit niet van toepassing was in deze zaak. De beschikking is openbaar uitgesproken op 29 maart 2012.